m
J:
24 ZE
100 JAAR PATERS SC J
Religieuze gemeenschappen in Nederland verdwijnen in rap
tempo. Daarom maakt een aantal van hen, zoals de
congregatie van de Priesters van het Heilig Hart van Jesus, de
balans op. „Dichtbij de mensen zijn, dat paste goed bij ons."
De sociale inslag
van onze mensen
werkt door in de
samenleving
Paul de Vries (82) wacht
ons breed lachend en
met gespreide armen op
in de gang van het kloos
ter in Asten. Oud-Berge-
naar pater De Vries heeft vandaag
de spreekkamer gereserveerd, spe
ciaal voor het interview over het
boek Midden tussen de mensen, ge
schreven door Marieke Smulders
naar aanleiding van het 100-jarig
bestaan van de congregatie Pries
ters van het Heilig Hart van Jezus
(SCJ). Wanneer we met zijn drieën
de kamer binnenstappen, staat niet
alleen de koffie klaar, maar ook en
kele smakelijke petitfourtjes. „Als
we weten dat er mensen op bezoek
komen, regelen we dat zo."
SCJ'ers zijn nou eenmaal van het
gewone, eerst mens, dan pas pries
ter. Het zal een paar keer ter sprake
komen tijdens het gesprek. Paul de
Vries woont sinds 2010 met zo'n
vijftien hoogbejaarde confraters in
het Oost-Brabantse Asten waar hij
ooit als jonge knul vanuit Amster
dam zijn reli-carrière begon. Hij is
er tevreden en gelukkig. Maar:
„Volgend jaar moeten we hier weg
zijn, de gemeente wil er een cen
trum voor verenigingen van ma
ken, met kantoren en zo. Misschien
dat wij naar de overkant kunnen
verhuizen, naar het klooster van de
zusters. Daar willen ze dan contai
ners bij zetten, zoals bij het nieuwe
ABG in Bergen op Zoom. Van dat
vooruitzicht word ik niet vrolijk."
De onzekerheid over de toe
komst illustreert de almaar verder
gaande afkalving van het Neder
landse kloosterleven waarvan het
definitieve einde nu langzamer
hand echt in zicht komt. Op het
hoogtepunt in 1961 telde de SCJ 816
paters en broeders, in zowel Ne
derland als ver over de grens. Ze
deden allerlei 'werken', in paro
chies, op scholen, in tehuizen voor
moeilijke jeugd, vormingscentra,
in de havens van Rotterdam en na-
tuurlijk in de missie in landen als
Congo en Brazilië. Nu leven er nog
zestig SCJ'ers in Nederland.
De verdiensten van de congrega
tie moeten vooral op niveau van de
individuele SCJ-leden worden ge
zocht, zegt De Vries. „De sociale
inslag van onze mensen, veelal
jongens uit agrarische en midden
standsgezinnen, is iets dat naar
mijn idee doorwerkt in de samen
leving. En ook degenen die in de
jaren zestig uittraden, vonden bij
voorbeeld vaak werk op terrein van
zorg en welzijn. Dat dichtbij de
mensen zijn, de sociale omgang
met mensen op voet van gelijk
waardigheid, dat paste heel goed
bij ons."
Grote inspirator was voor velen
Leo Dehon, de Franse grondlegger
van de congregatie die eind 19de
eeuw veel met arbeiders aan de
slag was. Marieke: „Hij wist: ik
moet eerst voor brood zorgen,
daarna komt geloof pas aan de
orde. Hij zocht naar een evenwicht
tussen spiritualiteit en de prakti
sche aanpak. Voor alle SCJ'ers is de
praktische inzet altijd vanzelfspre
kend gebleven, er zijn er die echt
geploeterd hebben. Voor de bouw
van het St. Josefgesticht in Heer (L)
bijvoorbeeld hebben ze zelf staan
hakken in de mergelgroeve. Er was
een enorme gretigheid om zich
met huid en haar over te leveren
aan de idealen, het eigen leven in
zaterdag 8 april 2017
2W
Eerst
mens
y
A Een SCJ'er om achteraf fier op te zijn
is Jan van Vugt. Hij was hoofdaalmoeze
nier bij Justitie en zorgde er mede voor
dat de zogeheten Twee van Breda in
1989 om humanitaire redenen werden
vrijgelaten. Van Vugt hielp Aus der Fün-
ten en Fischer onder meer met het schrij
ven van een brief waarin zij spijt betuig
den over hun oorlogshandelingen.
dan pas priester
Florence Imandt
Y
A Schrijfster Marieke Smulders en pater Paul de Vries.
Asten
Studenten aan het kleinseminarie tijdens een uitje in de Bergse Haven, fotos archief congregatie priesters scj
Paul de Vries