kroniek Wekelijks schrijft Hugo Borst over zijn moeder, die aan alzheimer lijdt. Als hij haar bezoekt, spreekt hij de specialist ouderengeneeskunde. at als jullie moeder een longontsteking krijgt?" De verpleeghuisarts overvalt me met de vraag. Niet alleen de bewoners lossen elkaar in het Verpleeghuis in hoog tempo af. Deze arts is sinds ma hier zit al de vierde specialist ouderen geneeskunde - en ook zij vertrekt binnenkort. We hebben de verpleeg huisarts niet vaak gesproken. Dat geeft niet, zij vaart als arts mede op het kompas van het zorgpersoneel. Tja, die vraag, dat dilemma, die levensvraag. Bij ma's intake zeiden mijn broer en ik dat onze moeder onder geen beding gereanimeerd mag worden, haar wilsverklaring indach tig. Bij een vraag over ontstekingen formuleerden Laurens en ik een beetje halfslachtig antwoord. Als de ontsteking licht is wel antibiotica, als de ontsteking zwaar is geen antibiotica. En daar vraagt de verpleeghuisarts nu over door. „Er zijn in het geval van een longontsteking grofweg twee op ties. Ik geef jullie moeder antibiotica. We proberen te zorgen dat ze vol doende drinkt, dat we de koorts dem pen, zo nodig wat zuurstof. De andere weg is: geen antibiotica, we zorgen dat ze zich comfortabel voelt. Dat kan met pijnstillers, morfine en zo nodig een slaapmiddel. Palliatie, ja. Gericht op comfort, niet op levensverlenging. We blijven je moeder eten en drinken aanbieden, maar ze neemt steeds minder. Natuurlijk houd je haar mond vochtig. Zo glijdt ze langzaam weg." Hoe lang gaat dat duren? „Een mens kan een dag of zeven zonder drinken, maar ik heb mensen meegemaakt die het langer volhielden. Doorgaans duurt het bij ouderen drie, vier dagen, maar je kunt het nooit zeker weten. In die dagen zorg je ervoor dat ie mand niet of zo min mogelijk lijdt." Ik vertel over ma's euthanasiever klaring uit 1996. Dat ze met haar huis arts niet meer over vrijwillige levens beëindiging heeft gesproken, in elk geval niet diepgaand. En dat de vorige verpleeghuisarts vertelde dat die ver klaring daardoor niet meer geldig is. Ze knikt. „Die verklaring gaat haar niet meer helpen en zou zelfs niet hebben geholpen als ze elk jaar de inhoud mondeling bekrachtigd had." „Meestal gaat het als volgt: als ie mand hoort dat hij alzheimer heeft, is er een moment dat de patiënt zou kunnen afspreken wanneer hij uit het leven zou willen stappen. Maar dan blijkt in de praktijk dat diegene er nog niet aan toe is om een beslissing te nemen, er een datum aan te ver binden. Dan volgt een opname en wordt, naarmate de tijd vordert, eu thanasie steeds meer een gepasseerd station. Want neem je moeder. Als ik nu met haar spreek over kleine zaken - 'Vindt u het een lekker koekje?' - dan wordt me meestal niet duidelijk wat zij vindt. Ze zal niet vragen: 'Mag ik nog een krakeling?' Ze is in het sta dium beland dat ik van haar geen dui delijke antwoorden kan verwachten op vragen als 'Hoe erg vindt u dit leven nu?', 'Wilt u nog wel leven?', 'Wilt u dood?' Ze is te ver in haar dementie om haar wil kenbaar te maken. Ik kan me voorstellen dat ze, als ze met de ogen van vroeger naar zichzelf zou kijken, heel ongelukkig zou zijn. Maar er is een nieuwe situa tie ontstaan." Ik knik. „Jouw moeder maakt op mij niet de indruk dat ze heel erg lijdt. Als ik haar in de huiskamer zie, zoekt ze meestal contact met die kraaloogjes. Ik zwaai of ga even naar haar toe. Ze lijkt mij niet per se ongelukkig." <1 E Reageren? magazine @persgroep.nl Levensvragen „Niet?" magazine 19

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 75