'Ik heb dat niet gezocht, maar veel vrouwen zien mij als voorbeeld' Vrijdag is haar vaste omadag. De vrouw die normaal 149 Kamerleden in het gareel houdt, is dan de oppas van twee 4-jarigen en een baby. „Ze hebben me in de tang", lacht Khadija Arib (56). „Ik ben erg toegeeflijk. Alles waar ik me vroeger aan ergerde bij mijn moeder die mijn kinderen veel te veel verwende, daarvan merk ik nu dat ik precies het zelfde doe. Als ze langer willen spelen bijvoorbeeld, ben ik heel snel om. Of als ze toch nog willen zwemmen. Hoe moe ik ook ben, dan ga ik toch. „De jongste is nog een baby, de twee oudsten gaan nu naar school en dan haal ik ze op. Maar zeker toen ik ze nog de hele dag voor mezelf had, vond ik het heerlijk. Het zal de leeftijd zijn: je maakt je kleinkinderen bewuster mee. Toen mijn eigen drie kinderen klein waren, was ik én aan het studeren én had ik een baan. Ik was 23 toen mijn eerste dochter geboren werd. Het was gewoon veel drukker. Je wilt ze van alles meegeven. Dat geeft stress. Maar als je één dag op je kleinkinderen past, kun je je ontspan nen. Je kunt de rest laten liggen en alleen van hen genieten." „Ik was bijzonder gesteld op de moe der van mijn moeder. Ze heeft nooit op school gezeten, maar was erg onafhan kelijk en ging met haar tijd mee. Ze was een mooie, grote vrouw. Ik ben klein, dat heb ik van mijn vaderskant. En ze was sterk! Ze liet zich door niemand wat zeggen. Ze nam haar leven in eigen hand. Ze deed iets wat in die tijd, de jaren 40, ondenkbaar was in Marokko. Ze was getrouwd met een man die ziels veel van haar hield. Maar zij hield niet van hem. En hoewel ze naar de maat staven van die tijd geen reden had om weg te gaan, zei ze: 'Ik wil zo niet leven'. Ze pakte haar vijf kinderen op en ver trok. Ze ging in het dorp op zichzelf wonen. In een hutje. Ze voorzag in haar levensonderhoud door te werken als vroedvrouw. Ondertussen voedde ze in haar eentje haar kinderen op. Ze was een voorbeeld voor me. „Mijn moeder is ook altijd econo misch onafhankelijk geweest. Een trotse vrouw. Zij leeft gelukkig nog. Mijn vader was een rijkeluiskind. Verwend. Al zijn geld ging op aan drank en vrouwen. Mijn moeder vond dat niet leuk, maar zei: 'Prima dat je dat allemaal doet, maar ik heb mijn eigen leven, met mijn eigen inkomen'. Als mijn vader het moeilijk had en zijn geld was op, was ze blij dat ze niet afhankelijk van hem was. In Marokko is het normaal dat je bij iedereen zo kunt binnenvallen en mee-eten. Maar mijn moeder heeft altijd iets gehad van: 'Als ik er geen zin in heb, doe ik het niet. Ik bel ook niet zomaar bij anderen aan'. Ik ben haar enige kind. Haar omgeving zegt vaak: 'Stel je eens wat socialer op, dan heb je mensen om je heen'. Maar ze doet alleen waar ze zelf zin in heeft. Vindt het heerlijk om thuis op de bank te zitten en een film te kijken." „Toen ik nog klein was en we nog in Marokko woonden, is mijn moeder weggegaan bij mijn vader. Samen met mijn oma gingen mijn moeder en ik in Casablanca wonen. Nadat mijn vader naar Nederland was vertrokken, zijn mijn moeder en ik na een paar jaar toch overgekomen. En eenmaal hier, nam ze haar leven weer in eigen hand. Het was een moeilijke periode. In Marokko had ze altijd gewerkt als naaister en hier zat ze ineens thuis met mijn vader. Die wilde dat ze thuis bleef. Maar toen zei ze tegen hem: 'Of ik ga werken, of ik pak mijn koffers en ga terug'. Toen is ze gaan werken. „Ze ging aan de slag in een wasserij in Schiedam, waar mijn vader ook al werkte. Zwaar, vies werk. Oude fabrie ken zijn nu heel erg in, als hippe cafés of zo. Ik voel me daar nooit prettig. Het roept bij mij altijd het gevoel op van vroeger: hier hebben mensen zich let terlijk dood gewerkt. Ik heb vakantie werk gedaan in die wasserij... De hitte, de stoom. Mijn vader moest eerst alle was sorteren: lakens uit ziekenhuizen met bloed en ontlasting, het stonk ver schrikkelijk. Nog geen mondkapjes. De machines maakten kabaal. Mijn vader heeft het niet lang volgehouden. Hij is jong gestorven. Niet alleen daardoor - hij rookte en dronk - maar het heeft zijn leven wel verkort. „Ik heb van hen geleerd dat je de regie over je eigen leven moet houden. Dat je 101 zaterdag 11 maart 2017

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2017 | | pagina 67