7
Zaterdag overleden Ajax-icoon Piet Keizer ging altijd zijn eigen weg
Met het overlijden van Piet Keizer (73), gestorven aan de gevolgen van
longkanker, valt na Johan Cruijff weer een Ajax-icoon uit de gouden jaren 70
weg. Een geniale linksbuiten, meester van de schaarbeweging.
En wars van aandacht buiten het veld.
Na Johan was
Pietje de beste
die er was. In zijn
acties geniaal
490 duels
voor Ajax
luist daarom genoot hij zo op het
veld, weet oud-ploeggenoot Ruud
Krol. „Het mooiste moment voor mij
was zijn doelpunt tegen Celtic", zegt
Krol over de 3-0 zege tegen de Schot
ten in de kwartfinale van de Europa
Cup 1 in 1971. „Hij verraste de tegen
stander weer eens en scoorde nota
bene met rechts. Maar het mooiste
was het juichen daarna. Met twee
handen in de lucht. Stilstaand en dan
even om zich heen kijkend. Gewel
dig. Dan zag je hem echt glimmen."
Meningsverschil
De geboren Amsterdammer, een
voetballeven lang Ajacied, stopte op
zijn 31ste abrupt met voetballen. Een
meningsverschil met trainer Hans
Kraay senior was genoeg reden om
een loopbaan vol glorie en zilverwerk
van het ene op het anderen moment
te beëindigen. Na die tijd voetbalde
de geniale linksbuiten amper nog.
„We konden letterlijk heel de we
reld aan", zegt Sjaak Swart, die in
korte tijd afscheid moest nemen van
oetbal is van van-
daag. Een klein
beetje van morgen.
Als je je heel lang
verveelt van giste-
ren. Maar zeker niet
V meer van eergiste
ren. Mijn beurt is voorbij.' Piet Keizer
sprak deze bijna filosofische woor
den drieënhalf jaar geleden tijdens
een van de spaarzame interviews die
hij de laatste jaren gaf. Het is precies
zoals Keizer was. In de schijnwerpers
voelde hij zich niet comfortabel. Hij
bekommerde zich genoeg om zijn
club Ajax, maar hoefde nooit vooraan
op het podium te staan.
Eigengereid, eigenwijs en vaak on
doorgrondelijk. Maar bovenal een
van de beste spelers uit de geschiede
nis van ons voetbal. Samen met Jo
han Cruijff en Sjaak Swart vormde
Keizer de Ajax-aanval waarmee de
Amsterdammers de wereld verover
den. Iconisch werden zijn actie en
voorzet waaruit Dick van Dijk het
openingsdoelpunt maakte in 1971 tij
dens de finale van de Europa Cup 1
op Wembley tegen Panathinaikos.
De schaar, de afgemeten trap, het was
Piet Keizer ten voeten uit.
Dat Keizer een Ajax-icoon werd,
was helemaal niet zo vanzelfspre
kend. In zijn jonge jaren (1964) liep
hij een schedelbreuk op tijdens een
bekerwedstrijd tegen DWS. Ge
vreesd werd zelfs voor zijn leven.
zijn twee aanvalskameraden. „Na Jo
han was Pietje de beste die er was. Ik
koester eigenlijk alle momenten die
ik met hem op het veld heb meege
maakt. Geniaal in zijn acties. Hij had
zijn nukken. Dan vroegen mensen
aan mij: waarom loopt hij door zon
der iets te zeggen? Dat was ook Piet."
Eeuwig waren de vergelijkingen
tussen tegenpolen Cruijff en Keizer,
de absolute vedettes van het gouden
Ajax. Alsof het publiek een keuze
móest maken. Wie was nu de beste?
Voetbalschrijver Nico Scheepmaker
beschreef hun verhouding ooit het
origineelste. „Cruijff is de beste, maar
Keizer is beter."
In werkelijkheid gingen de twee
Ajacieden, karakterologisch zo ver
schillend, door een achtbaan van
wisselende verhoudingen. Waar
Cruijff, die de vier jaar oudere Keizer
aanvankelijk als zijn grote voorbeeld
zag, uitgroeide tot een wereldwijde
ster en hét symbool van het Neder
landse totaalvoetbal, bleef er rond
Keizer altijd iets van mysterie han-
KEIZER
gen. Als voetballers konden de twee
elkaar blindelings vinden, maar nog
tijdens hun carrières ontstond er al
een soort haat-liefdeverhouding.
Keizers verstandhouding met suc-
cescoach Rinus Michels, die meer op
had met oogappel Cruijff, was slecht.
Keizer werd altijd opgesteld, maar
verder genegeerd door de trainer.
Voor de historische finale tegen Pa
nathinaikos spraken de twee meer
dan een jaar niet met elkaar. Op het
WK van 1974 had routinier Keizer
onder Michels een rol in de marge.
Hij speelde alleen de tweede groeps
wedstrijd (tegen Zweden), meteen
ook zijn laatste interland ooit.
Erelid
Na zijn actieve loopbaan werkte Kei
zer bij Ajax als scout en technisch ad
viseur een lange periode in de luwte.
Zijn eigenzinnige karakter werd nog
maar eens bevestigd toen hij geen
erelid van Ajax meer wilde zijn, een
onderscheiding die hij anderhalfjaar
daarvoor had gekregen. De gang van
zaken bij zijn club beviel hem totaal
niet. Keizer was een van de spaar
zame oud-spelers die openlijk twij
fels hadden toen Cruijff in 2010 zijn
veelbesproken revolutie bij Ajax ont
ketende. Niet zozeer qua denkbeel
den, maar wél over de uitvoering.
„Een slagveld, niet mijn manier", zei
Keizer daarover.
Juriste Marjan Olfers, voormalig lid
van de raad van commissarissen,
werd een van de slachtoffers van de
Cruijff-revolte. „In het voetbal kom
je veel wuivend riet tegen. Mensen
die met alle winden meewaaien",
zegt zij. „Piet Keizer was van nie
mand een marionet. Een man van
weinig woorden, maar als hij iets zei,
was er geen woord Spaans bij. Zijn
liefde voor Ajax was enorm. Je had
nooit het idee dat hij zijn zorgen over
de club uitte om er zelf beter van te
worden. Hij trotseerde de hetze. Kei
zer bleef in de branding staan. Dat
kwam natuurlijk ook omdat hij een
geweldige voetballer was. Hij had au
thentieke geloofwaardigheid."
maandag 13 februari 2017
GO
Geniaal en eigenzinnig
Daniel Dwarswaard
Amsterdam
—Sjaak Swart
Piet Keizer droeg
490 keer het shirt
van Ajax, waaron
der 365 keer in de
Nederlandse com
petitie. Met dat aan
tal staat hij op de
vierde plaats van
Ajacieden met de
meeste duels. Al
leen Sjaak Swart
(463), Wim Suurbier
(393) en Danny
Blind (372) speel
den vaker voor
Ajax. Keizer kwam
ook 34 keer uit
voor Oranje en
maakte daarin 11
doelpunten.
Piet Keizer (r) en
Johan Cruijff tonen de
Europa Cup I in 1972.
De koning van de
schaar.
Keizer schudt San-
dro Mazzola de hand
voorafgaand aan de
finale van de Europa
Cup I tegen Interna-
zionale op 31 mei 1972
in Rotterdam.
FOTO'S VI IMAGES, AJAX IMAGES,
PRO SHOTS