ZEELAND GEBOEKT Oud-politicus Jan Terlouw verzorgt PZC-lezing Arthur Frankel was Schouwse journalist Pas op voor Zeeuwse meisjes 13 Kester Freriks. foto Catherine hermans Kop uit 't zand Bob don Uyl Vreemde verschijn- Verbalen Querido De schrijver Kester Freriks (62) is een enthousiaste vogelaar. In 'Het nieuwe vogels kijken' speurt hij, vaak in Zeeland, naar de zeldzaamste soorten. Kijk uit je raam en je ziet vast een vogel. Sommige trouwe vogel- gasten in mijn tuin krijgen zelfs namen. Zo was er een kleine kauw met een grote handicap, hij ging als Eenpoot door het leven. Met veel brioche, bruinbrood beliefde hij niet meer, is hij een paar jaar extra op dat ene been gebleven. En zie, daar is Robo, het roodborstje dat de lek kerste hapjes uit de voerbak van het konijn Zwervertje pikt. Genieten van zulke alledaagse soorten, ik ben daarmee gedegradeerd tot een aanhanger van het oude vogelkijken. De man nen (vrouwen zijn schaars in dit wereldje) van het nieuwe vogelkijken jagen juist op zeld zaamheden. Op soorten die nooit eerder in Ne derland zijn gezien. Het is een vriendelijke jacht, met ogen in plaats van kogels, toch zitten er merkwaardige kanten aan. De bekendste soorten verdwijnen in een angstaanjagend tempo. Heb je dit jaar ei genlijk wel een koekoek gehoord? Maar door de fanatieke vogelaars en hun fantastische kijkers lijkt het of we voortdurend soorten rijker wor den. Kester Freriks schrijft in Het nieuwe vogels kijken aanstekelijk over 'het virus van het wed strijdvogelen'. Hij zet tweehonderdvijftien on verwachte nieuwkomers vanaf alpengierzwa luw tot en met zwartkopgors op een rij. Zeifis hij duidelijk gegrepen door het virus. Trots ver telt hij over zijn brilzee-eend te Breskens: 'Ik had het licht mee, zodat de verentooi oplichtte.' Of over zijn eerste geelpootmeeuw, gezien te Amsterdam: 'Op een vuilnisbak zittend streed hij met een zilvermeeuw.' Voor zzz-vogels (jargon voor zeer zeer zeld zaam) moeten de vogelaars vaak naar Zeeland. Freriks vertelt over de Amerikaanse bosruiter in het Bokkegat (Noord-Beveland) en over de blauwe rotslijster, zomaar nabij Westkapelle. Ook bij Westkapelle was in 2002 vier minuten lang Wilsons stormvogeltje te zien. Er vlogen roze pelikanen boven de Neeltje Jans. Veere mocht zich verheugen op de eerste Neder landse waarneming van de kleine topper, waarvoor je anders bijvoorbeeld naar Hawaï moet. Terwijl Tholen, in 1922, de primeur had van de Amerikaanse smient. Verhalen zo verrukkelijk dat je bijna vergeet dat er een harde wedstrijd achter zit. Maar dan komt het relaas van de middelste Canadese gans uit de Prunjepolder (Schouwen). Een commissie bemoeide zich er mee: 'De veldwaarneming is niet aanvaard'. De zeldzaamste Zeeuw is stellig de stekelstaart- gierzwaluw. O, die namen waarvan je gaat dro men. 'Donkere verschijningen boven storm achtige zeeën,' is Freriks oordeel over de dons stormvogel. Ik kijk rich- ,/j ting raam. Wenkt daar Nederlands eerste wenkbrauwalbatros? Oud-politicus en schrijver Jan Terlouw (1931) komt donderdag 5 januari voor de eerste PZC-Drvkkerylezing van 2017 naar de Kloveniersdoe len in Middelburg. In de jaren 1971-1981 was Ter louw Tweede-Kamerlid voor D66. In 1981-1982 was hij minis ter van Economische Zaken en vicepremier in het tweede kabi net Van Agt. Terlouw kwam een maand geleden in het nieuws toen hij in het televisiepro gramma De Wereld Draait Door zijn zorg uitsprak over de heden daagse samenleving. Hij herin nerde aan het touwtje dat in de jaren vijftig uit elke brievenbus hing. In zijn recent verschenen novelle Kop uit 't zand staat hij stil bij het kli- maat- pro- bleem. PZC- verslag- gever Ernst Jan Rozendaal interviewt Ter louw. Wie een kaartje koopt voor de lezing krijgt de novelle Kop uit 'tzand erbij. PZC-abonnees beta len 10 euro (inclusief het boek), niet-abonnees 13 euro. Zie ook pzc.nl/pzc-club. Het winternummer van het tijdschrift Nehalennia staat voor een belangrijk deel in het teken van Arthur Frankel (1853-1924). Hij was van 1899 tot 1920 (hoofd)redacteur van de Zierikzeesche Nieuws bode. Frankel werd in Zwolle ge boren in een joods gezin. Hij werd ondernemer in Amster dam. Tot hij in 1899 besloot met zijn vrouw Mietje Wijzenbeek naar Zierikzee te verhuizen. 'Het is opmerkelijk dat het echtpaar, waarvan de vrouw zwanger is, kiest voor een woonplaats in de mediene (buiten Amsterdam)', schrijft G.J. Kouwen in zijn arti kel. Frankel was actiefin de kleine joodse gemeenschap. Als Zeeuwse schrijvers Het gebeurde in het jaar 1971. Bijna was Bob den Uyl (1930-1992) een Zeeuwse schrijver geworden. Hij had zijn oog op een huisje aan de Abbekindersezandweg laten val len, even ten zuiden van Goes. Ten slotte bleef zijn woonplaats ge woon Rotterdam. Of eigenlijk was het vooral een uitvalsbasis, hij is vooral beroemd dan wel berucht geworden als reisschrijver. Eén ding is zeker, na het lezen van zijn verhalen blijf je liever thuis. We weten het alle maal wel, maar bijna niemand durft het toe te geven: reizen mag volgens de plaatjes een aaneen- schakeling van heerlijke avontu ren zijn, de werkelijkheid bestaat doorgaans uit vermiste bankpas sen, mislukte maaltijden, ontoe gankelijke bezienswaardigheden, tergende verveling. Bob den Uyl beschreef met huiveringwek kende humor nog veel meer ram pen die de reiziger kunnen treffen. Zelfs in Zeeland teistert je te genslag, als je hem mag geloven. Sla zijn bundel Vreemde verschijnse len (1978) er maar op na. 'De merk waardigste Chinees waarbij ik ooit heb gegeten, oefende zijn bedrijf uit in Vlissingen', verteit hij. An dere gasten ontbreken en al snel wordt duidelijk waarom. Bij de Zeeuwse Chinezen moet je dus niet wezen, maar ook voor de Zeeuwse meisjes is het oppassen. 'Vrouwen van wie bekend is dat zij uit Zeeland geboortig zijn behan del ik altijd met de grootste voor zichtigheid', onthult Den Uyl. In Vlissingen meende hij eens beet te hebben, hij stemde in met een wandeling naar het huis van de schone. Er volgde vijf kilometer vergeefs christelijk bekeringswerk. Desondanks heeft hij dus even met Zeeuwse verhuisplannen ge speeld. Ze hebben de biografie Een zeker onbehagen die Nico Keuning aan hem wijdde niet gehaald. In dat boek lezen we wel over een voettocht die Den Uyl ooit over Zeeuwse wegen voerde. Zo wan delde hij van Zierikzee naar Sint- Philipsland. Zou deze expeditie zijn aandacht voor de Abbekinder sezandweg verklaren? Een gedicht erover bevat zwarte regels: 'Regen druppelt in je ogen/zon verzengt je rode kop.' Maar al lopend werd hij 'van de ondergang gered door 'kluutgekwetter en spechtenklop'.' 77 O. jtiAscUrr EAJjER journalist manifes teerde hij zich op twee ma nieren in de Zierik zeesche Nieuws bode: als redacteur schreef hij nieuwsverhalen en 'hoofd commentaren', waarbij hij tege moet kwam aan de roep om meer lokale berichtgeving. Verder was hij ook de 'anonieme commenta tor', die zijn vaak kritische me ning gaf over de ontwikkelingen in stad en regio. vrijdag 30 december 2016 Wekelijkse rubriek met boeken over Zeeland en boeken van Zeeuwse schrijvers Freriks kijkt vogels Mario Molegraaf Het nieuwe vogels kij ken. Tweehonderd en meer zeldzame vogel soorten in de Lage Lan den. Kester Freriks. Athenaeum-Polak Van Gennep, Amsterdam, 336 pagina's, 24,99. Jan Terlouw Een novelle over het klimaat Mario Molegraaf Bob den Uyl 1930-1992)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 45