n dit jaar heb
erkeljjk gedacht
it meer uit die
u komen'
'Tot juli va
ik soms w1-
dat ik nooi
rolstoel z<
gen. De boom was er, maar van versieren
is het niet gekomen. Ik voelde me ineens
zo ontzettend ziek. Ben met een ambu
lance afgevoerd, gereanimeerd en heb
zelfs even in coma gelegen. Ik kan me
mijn zoons nog herinneren die aan mijn
bed zeiden: "We halen je hier wel door
heen, mam.' Toen ik echt weer bij mijn
positieven was, was het al het al lang en
breed 2015, was ik enkele keren geope
reerd en gelukkig buiten levensgevaar.
Zoiets moet uit je hart komen. En dat
kwam het, zei iedereen na afloop."
„Ik heb mezelf ook vaak moeten toespre
ken, ja. 'Kom op, Terp. Doorzetten. Je
weet waar je het voor doet.' Ik voelde
me die maanden ook weer topsporter.
Met uitgekiende trainingsschema's en
strakke doelstellingen. En in het besef
datje een terugval kunt krijgen. Die
kreeg ik helaas ook. Dan komt het aan
op accepteren, je niet laten afleiden van
je doel. Met die ervaring heb ik andere
patiënten, die soms ook ondervonden
dat hun schema's anders liepen dan
gehoopt, kunnen helpen. Je moet afzien.
En dat heb ik gedaan."
„Fit for travel worden. Dat hebben we
met z'n allen op die manier benoemd.
Toen ik zwemster was, zei ik: 'Ik wil naar
de Olympische Spelen.' Nu was ik net zo
stellig: ik wil weer kunnen reizen voor
mijn tv-programma. Dat heb ik elke dag
in gedachten gehouden. Tijdens de oefe
ningen met de revalidatiearts, maar
ook als mijn neef Harald en nicht Mimi
kwamen om een stukje te wandelen.
Elke avond om half 8 maakten zij een
ommetje met mij, elke dag letterlijk één
stapje verder. Ik kon in het begin zelfs
met een rollator geen voet buiten mijn
kamer zetten, moet je weten. Tot juli van
dit jaar heb ik soms werkelijk gedacht
dat ik nooit meer uit die rolstoel zou
komen."
Met in elke hand een oranje nordic
walkingstok heeft ze deze morgen het
restaurant van het Scheveningse Kur-
haus doorkruist. Op weg naar haar favo
riete tafel, met uitzicht op zee. „Tjonge
jonge, wat blijft dat machtig, die golven",
verzucht Terpstra (73), die in het appar
tementencomplex naast het hotel woont.
De wandelstokken stalt ze naast de
kunststof kerstboom. „Ik kan al ook
best zonder die dingen", meldt ze met
zichtbare trots. „Alleen nog geen grote
afstanden."
„Ik weet nog flarden. Het is onze familie
traditie de kerstboom pas op de avond
voor kerst in huis te halen en op te tui-
„Nee, nee. Ik was zo ziek dat ik daar niet
eens aan toe ben gekomen. Ik heb zelfs
nog een delirium gehad, helemaal van
het padje af. Ben met m'n geopereerde
been en open wonden uit mijn zieken
huisbed gestapt. Ze hebben mijn been
ternauwernood kunnen redden.
„Maar ik ben nooit bang geweest om
te sterven, als je dat bedoelt. Ik geloof
heilig in reïncarnatie. Ik heb ooit het
voorrecht gehad de Dalai Lama te inter
viewen. Hij zei het zo mooi: 'Als je
lichaam op is, leg je dat neer als een
versleten jas. En daarna komt er weer
een nieuwe jas.'
„Nee, nee! Want ik ging nog reizen! Ik
was nog niet klaar hier."
„Als je zo lang stil in een bed hebt gele
gen, ben je gewoon al je spierkracht
kwijt. Ik moest echt opnieuw leren
lopen. En daarbij kreeg ik nog allerlei
andere fysieke malheur. Maar laten we
er niet te veel Vinger aan de Pols van
maken, hoor. Mijn lichaam heeft gewoon
een ongelooflijke optater gehad."
U revalideerde in hetzelfde centrum als
die militairen. Waren uw woorden ook
voor uzelf bedoeld?
Naar welke doelstelling leidde uw
trainingsschema?
De misère begon met een agressieve
bacterie in uw been. Die manifesteerde
zich op de dag voor kerst 2014. Wat
gebeurde er die dag?
U lag zeven weken op de intensive care.
Dacht u aan de dood?
U had er vrede mee gehad als dat
moment was aangebroken?
De intensieve revalidatie duurde wel
veel langer dan gedacht.
10 zaterdag 17 december 2016