ZEELAND GEBOEKT Sprookje over een ijsblauw vogeltje Nelleke Noordervliet vertelt in Terneuzen Een dichter die durft 13 Zeeland heeft in de loop der eeuwen heel wat oude boekverzamelingen verloren. Oorlogen en branden, het is een tragisch verhaal. Als je van eeuwenoude boe ken houdt, van kunstzinnig uitgevoerde initialen, van locaties waar de historie je meteen in een liefdevolle maar dwingende omarming vangt, dan moet je, helaas, niet in Zeeland zijn. Het nog naar drukinkt geurende boek Histo rische stadsbibliotheken in Nederland maakt dat in één oogopslag duidelijk. Zestien hoofdstukken, waarvan de eer ste vijftien gaan over stadsbibliotheken in steden als Amsterdam, Haarlem, Lei den, Deventer, Zutphen, Maastricht, Antwerpen, die meest in de 16e eeuw ontstonden. Het laatste, zestiende hoofdstuk gaat over Zeeland. Dan reali seer je je pas, dat we hier vergeleken met andere steden en regio's veel cultureel erfgoed zijn kwijtgeraakt. We moeten weten dat een librije in vroeger tijden een openbare leeszaal was. Dan leest de inleiding van het boek als een uitnodiging om meteen in de auto of de trein te stappen: „Wie in de St. Walburgiskerk van Zutphen de li brijeruimte binnengaat, stapt de mid deleeuwen in. De gewelfde ruimte, de pilaren, de glas-in-loodramen, maar bo venal de houten lessenaars met daarop oude boeken aan kettingen, brengen de bezoeker terug in de tijd. Om precies te zijn: terug naar 1564, het jaar dat deze 'Benedenlibrije' voor het eerst wordt opengesteld." Vervolgens bladeren we door naar het hoofdstuk over Zeeland, geschreven door Marinus Bierens, conservator bij zondere collecties en vakreferent gods dienst en vreemde talen van de ZB I Bi bliotheek van Zeeland in Middelburg. Tragisch, dat is het woord. Zijn verhaal begint zo: „De boekgeschiedenis van Zeeland is vooral een verhaal van ver woeste collecties, verdwenen archief stukken en vergeten ruimten." Dat is dus een heel ander verhaal dan we voor de andere stadsbibliotheken voorge schoteld krijgen. Zeeland was, vertelt Bierens, een witte vlek. Hij is er dan ook trots op dat hij nu een overzicht kan bie den van het 'grotendeels verloren papie ren erfgoed uit de periode 1400-1800'. Bibliothecapublica oftewel openbare bibliotheken en leeszalen werden meestal na het verdrijven van de Span jaarden in de 16e en 17e eeuw gesticht. Bierens komt voor zijn Zeeuwse over zicht met een opsomming, waarin in elk geval Goes, Hulst, Middelburg, Vlissin- gen, Tholen en Zierikzee voorkomen. Goes wordt niet voor niets als eerste ge noemd. In de kelder van het stadhuis ligt daar een collectie handgeschreven missalen en gedrukte zangboeken, die vanaf de 16e eeuw 'ononderbroken' tot ons is gekomen. Maar Goes is een uit- zondering. De meeste andere boek verzamelingen gingen grotendeels verloren. Van de protestantse ge meenten in Middelburg en Vlissin- gen liggen in het depot van de ZB nog circa 500 exemplaren, die met zekerheid aan die oude collecties kunnen worden toegeschreven. Waarom er in Zeeland zo weinig bewaard is gebleven? Daarvoor zijn twee duidelijke oorzaken aan te wij zen. Op 17 mei 1940 gingen de in de Provinciale Bibliotheek in Middel burg ondergebrachte boekerijen in vlammen op. Een tweede factor is het vertrek van de aristocratie: ka tholieke adel naar Vlaanderen in de 16e eeuw, verarmde aristocraten naar Holland in vooral de 19e eeuw. Ze namen hun boekenbezit mee. De uit Hulst afkomstige Mischa van Broekhoven (1972) debuteerde een jaar geleden met haar jeugdro man Sleutelhart. Nu komt ze met een sprookje voor kinderen en volwassenen: Het meisje en de ker- senbloem (Uitgeverij Tattawa, 14,95 euro). Irma Jansen voorzag het boek van kleurrijke illustra ties. Het verhaal speelt op een ei land ver weg, waar een meisje sa men met haar oma woont. Er groeien kersenbomen, en in elke boom zit een ijsblauwe vogel. Als het meisje een vergeten of ver stoten vogeljong vindt, neemt ze het mee naar huis om te verzor gen. Er komt een dag, dat ze het vogeltje weer vrij moet laten: „Tranen vulden haar ogen en maakten dat ze de vogel niet meer zag. Blauwe veren tegen een blauwe lucht; het was alsof hij door de hemel was opge slokt." 'oensdag 14 december is Nelleke Noorder vliet te gast in Porgy en Bess in Terneuzen (20.00 uur). Zij vertelt dan over haar nieuwste boek Het eind van de dag. Nelleke Noordervliet (1945) heeft een veelzijdig literair oeuvre opgebouwd. Ze debuteerde in 1987 met de roman Tine of de dalen waar het leven woont: het fictieve dagboek van barones Everdina van Wijnbergen, de eerste vrouw van Multatuli. Daarna schreef ze behalve romans ook novellen, ver halen, essays, toneel, een verha lend gedicht en columns. Met De naam van de vader won ze in 1994 de Multatuliprijs. Belangstelling voor het verleden is een constante in haar werk, de hoofdfiguren zijn vaak 'sterke vrouwen'. In haar in oktober verschenen roman Het eind van de dag (19,99 euro) is de hoofdrol weggelegd voor Katharina Mercedes Donker, ex-minister en auteur van twee bestsellers over politiek en de rol van de vrouw. Ze krijgt het ver zoek mee te werken aan haar ei gen biografie. In een reeks sleutel scènes voert de schrijfster haar hoofdpersoon terug naar de jaren zeventig-tachtig, naar Suriname en de DDR. Volgens critici 'een grootse roman over ouder wor den, falen en doorleven'. ZEEUWSE SCHRIJVERS Als woorden niet bestaan, maakt de grote Zeeuws- Vlaamse dichter Jacques Hamelink (1939) gewoon nieuwe. Sla zijn pas verschenen bundel (128 pag., €17,99) er maar op na. Hij dicht over zijn school van vroeger, schrijfles, de verboden linkerhand en Juffrouw Koster met haar ge vreesde 'mepmeetlat'. Ze nadert de leerling - en nu komt het - tot 'ruikvlakbij'. Er is bijna geen ge dicht zonder zulke grillige neolo gismen. Hij kan schrijven over de 'kernenergieke zon' of over 'schelp- jesvergruizend golvegerotzooi'. Of over 'zomerzomplandschap' dan wel 'nazonsondergangsspotlight'. Deze laatste tongbreker vinden we in een opwindend gedicht In het Zwin, naar zijn zeggen 'de zand woestijn van de min'. Want 'onze Jacques Hamelink iacqu,?s, Uden voor (1939) komende nacht Gedichten Querido handen, monden, tere delen von den' daar 'al wat ze wilden'. Geen andere dichter zou het durven, zulke onverhulde romantiek. Zie ook de ongepantserde titel van het nieuwe boek: Oden voor komende nacht. Maar Hamelink durft het dus allemaal wel, zijn poëzie is en blijft een avontuur. Vaak een Zeeuws avontuur. Daaraan herinneren geografische namen als het Zwin of de Zwarte Polder. Hij wijdt zo'n typisch Ha- melinkgedicht, lang en met brede regels, aan 'de hoorn blazende zee schepen' op de Schelde. En, een toppunt van nostalgie, we stuiten op een monteur 'in PZEM-werk- pak'. Prachtige Zeeuws-Vlaamse jeugdsouvenirs uit de tijd van zijn 'ijzeren piepledikant vlak onder de kwarrekraaldelen van het dakbe schot'. De jongen schrok wakker door 'het erfveten botvierend krijgsgehuil der katten' in de 'nachtrimboe', al had hij toen stel lig zulke woorden niet bij de hand. De poëzie van fluitenkruid en klimop, maar ook van vuilnisbelt en varkensschuur, met tussendoor nog een treffend portret van een strandloper, de vogel: 'chic gebo gen/oranjerode lange steeksnavel'. Je zou haast denken: poëzie die misschien gevaarlijk is van vorm, maar sussend van inhoud. Maar in menig gedicht schuilt een onheils profetie, het vers bijvoorbeeld over het verdwijnen van de vogels. De eerste keer dat de zwaluw zijn plek 'aan de baksteen van het boeren huis' niet benut. De dichter met de machtige taal staat machteloos. De droomachtige titel klinkt bij nader inzien juist sinister. Niet één nieuw woord maakt de vernieti ging ongedaan. vrijdag 9 december 2016 Wekelijkse rubriek met boeken over Zeeland en boeken van Zeeuwse schrijvers Gehavende biebs Jan van Damme Historische stadsbiblio theken in Nederland Ad Leerintveld en Jan Bedaux WalburgPers, 176 pagina's, 39,50 euro. w Mario Molegraaf nHamelink Marinus Bierens, conservator bijzondere collecties van de ZB Bibliotheek van Zeeland. FOTO LEX DE MEESTER SjjifcMjiMothttan

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 44