Voor kleine en grote boekenwurmen sa™/. In een zojuist verschenen brievenboek is te volgen hoe het Arnon Grunberg verging vanaf het moment dat hij het gymnasium verliet tot hij zijn naam vestigde met de roman Blauwe maandagen. Arnon Grunberg (1971) is hyperproductief; sinds zijn debuut roman Blauwe maan dagen in 1994, publi ceerde hij naast columns en losse verhalen minimaal één boek per jaar. Ook als briefschrijver was hij onstuitbaar, getuige de dikke bun del die zijn uitgever Vic van de Reijt bij elkaar bracht onder de veelzeggende titel Aan nederlagen geen gebrek. Het was een roerige, tamelijk wanhopige tijd, van het moment dat Grunberg in 1988 voortijdig van school ging tot het verschijnen van zijn eerste boek. Uit nieuwsgierigheid stemde hij in met het brievenboek: hij wilde zijn verleden zelf ook nog wel eens onder ogen zien. „Ik was verbaasd hoezeer ik me nog verwant voelde met degene die ik toen was. Je zou zelfs kun nen zeggen dat ik door al die brieven terug te lezen mezelf nu beter begrijp." „Het was in zoverre echt een sen timentele exercitie dat ik besefte hoeveel ik was vergeten - hoeveel brieven ik aan een persoon had geschreven, hoe verliefd ik was - en hoeveel ook definitief voorbij was. Soms wekte het mijn ver wondering, schaamte, interesse; soms moest ik ook om mijn oude ik lachen. En ik was verbaasd dat sommige correspondenten de brieven heel goed hadden be waard. Dat geeft toch aan dat die anderen blijkbaar niet alleen be langrijk voor mij waren geweest, maar dat ik ook een rol had ge speeld in hun leven. Dat vond ik wel emotioneel." „Ja, dat vind ik ook bijzonder. Maar dat ervan langs krijgen was natuurlijk ook een poging tot aandacht, ik voelde mij verwaar loosd, had meer verwacht van die vriendschap, en dacht: als het niet goedschiks kan, dan maar kwaadschiks. „Natuurlijk zijn brieven be heerst, ze hebben een bepaalde stijl. Maar ik liet me ook echt gaan. Aan de ene kant denk ik dat het wel goed is voor een schrijver om niet al te veel zelf censuur te hebben, aan de andere kant vind ik het choquerend te merken hoe boos ik kon worden, hoe verliefd, hoezeer ik mij kon laten meeslepen door eigen emo ties, ja. In zoverre ben ik natuur lijk wél veranderd, ik ben iets onthechter geworden." „Dat is waar, en dat heb ik ook nog lange tijd gehad met e-mails, zeker als die van iemand waren die mij raakte; ik liet er echt alles voor liggen. „Het bracht natuurlijk inspira tie, dat laten de brieven wel zien. Maar het was ook afleidend, omdat ik dan in plaats van aan mijn roman te schrijven toch weer aan een brief ging zitten. Het waren lange brieven, dus dat kostte veel tijd." Samenstelling: Ellen den Hollander, Ruud Roodhorst Weerzien meteen oude ik Tekst: Esther Wils Foto's: privécollectie Was het nog dichtbij toen je alles teruglas, of voelde je je al erg oud? Het kan wel aankomen, zo'n kijkje in je eigen verleden. Het verbaasde mij dat ook men sen die er stevig van langs krijgen in de brieven toestemming voor publicatie hebben gegeven. Als er een brief werd bezorgd, onderbrak je waar je mee bezig was om direct terug te schrijven. Dat schrijven was heel acuut, kennelijk. Als lezer raak je onwillekeurig bezorgd omdat je het in alle opzichten moeilijk had. Gaat het nu beter met je? Praatstoel Arnon rond zijn 16de. 30 zaterdag 5 november 2016 WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 119