6 ZEELAND DEMENTIE WORSTELEN MET GEHEUGENPROBLEMEN A Heel bewust maakt Janny van der Moere mee dat het geheugen haar steeds vaker in de steek laat. Samen met haar man Leen en casemanager dementie Christa probeert ze zich erdoorheen te slaan. Ik merkte het wel, Maar om nou te zeggen dat ik aan de bel moest trekken, nee. Het gaat heel sluipend Ik weet nog heel goed wat ik gisteren heb gegeten of wat ik vorige week heb gedaan Haar leven lang is Janny van der Moere (75) er bang voor geweest. „Mijn moeder was het en - wijzend naar haar man Leen - zijn moeder was het ook. Ik had altijd het idee dat het mij ook zal overkomen. En verdorie het is nog waar ook, ik word dement." Ze ziet er nog vief uit en wie het niet weet, heeft het niet direct in de gaten. „Ach joh, iedereen vergeet toch wel eens wat", krijgt de Goese dan ook regelmatig te ho ren. Zelfs mensen die redelijk dichtbij staan, snappen lang niet altijd wat er in Jan- ny's hoofd gebeurt. En in die van Leen (75). Want hij ziet dat de vrouw waarmee hij al meer dan vijftig jaar is getrouwd en waar mee hij drie kinderen heeft grootgebracht, langzaam ten prooi valt aan een slopende geheugenziekte. „Ik schrok eigenlijk niet eens toen ik het drie jaar geleden te horen kreeg", vertelt Janny. „Gek he?" Al vergeet ze van alles, dat weet ze nog als de dag van gisteren. Ze is dan voor con trole op bezoek bij de praktijkondersteuner van haar huisarts. „Je vraagt zoveel aan je man. Merk je dat zelf niet?", merkt ze op. „Nee", antwoordt Janny, „ik ben me er hele maal niet bewust van. Misschien heb ik al- tijd wel veel aan Leen gevraagd." Maar ergens voelt ze dat het niet goed zit. „Uit testen blijkt daarna dat er meer aan de hand is dan zomaar een beetje vergeten." Ze lijdt aan Lewy body dementie. Na alzhei- mer en vasculaire dementie, de meest voor komende vorm van dementie. Leen had natuurlijk wel eens wat ge merkt. „Maar het gaat zo geleidelijk. Je ziet het, voelt het, hoort het en merkt het wel. Maar om nou te zeggen dat er een grens is bereikt en dat ik de behoefte had om er gens aan de bel te trekken, nee. Het gaat heel sluipend." Janny besluit om aan bekenden te vertel len wat er aan de hand is. Want ze heeft in haar nabijheid mensen gezien die dat niet deden en die in een isolement terechtkwa men. „Ik dacht: zo ga ik het niet doen. Ik zeg het gewoon en daarmee klaar. Ik zal zeggen dat mensen geen medelijden met me moeten hebben. Wel mogen ze meele ven." Maar van de daken schreeuwen doen Jan ny en Leen het ook weer niet. „Eerst vertel je het goede vrienden en vriendinnen. Die schrikken zich dan rot. Al hadden vriendin nen het al eens gemerkt. Want ik zat een keer met ze in de auto - ik zat achter het stuur - en was helemaal de weg kwijt. Ik raakte compleet in paniek. Dat was het mo ment dat ik dacht: het zit niet goed. Toen moest ik stoppen met autorijden. Dat was jammer, want dan ben je meer afhanke lijk." Anders dan met alzheimer is Janny zich heel erg bewust van wat de ziekte met haar doet. Alzheimer tast het korte termijn ge heugen aan. Bij Lewy body blijft dat intact. „Ik weet nog heel goed wat ik gisteren heb gegeten of wat ik vorige week heb gedaan." Toch vallen er regelmatig gaten in het ge heugen. Ze kijkt Leen aan. „Weet je", be gint ze aarzelend, „je vindt jezelf heel erg dom. Omdat je dingen vergeet. Dingen die mensen niet lang geleden tegen je hebben verteld. Maar je weet ze gewoon niet meer. Dan voel ik me wel eens minderwaardig. Dat vind ik echt moeilijk. Zeker als mensen er geen begrip voor hebben en reageren van: dat heb ik je toch verteld? Ja, vast wel. Maar dat is dan niet blijven hangen." Ook voor Leen betekent de ziekte van zijn vrouw een ommezwaai in zijn leven. „Ik zit niet in zak en as. Je bent samen en je blijft samen", zegt hij met licht trillende stem. „Er verandert veel. Het is moeilijk om dat te benoemen. Je houding ten opzichte van elkaar bijvoorbeeld. Die verandert." Hij overweegt zorgvuldig wat hij gaat zeg gen. „Ik moet soms oppassen met wat ik zeg. Als ik niet in de buurt ben, voelt ze zich alleen. Maar als ik te nadrukkelijk aan wezig ben, is dat ook niet goed. Want dan zegt ze snel: ik ben niet gek hoor. En dat is ook zo." Magnetron Hij kijkt weg, maar herpakt zich snel. „Je vindt samen wel een modus hoor", ver volgt hij met een glimlach. „Om een voor beeld te geven: sinds we hier wonen, koken we op inductie en niet meer op gas. Ook hebben we een andere magnetron. Het on der de knie krijgen van die nieuwe appara tuur is voor Janny niet te doen. Ik help haar daarbij. Ook gebeurde het wel eens dat Jan ny bij het koken vergat zout op de aardap pels te doen of ze vergat jus te maken. We zijn daarom samen gaan koken. Janny heeft zich aangewend om te bedenken wat we gaan maken, wat er bij hoort en dat ai klaar te zetten op het aanrecht. Zo vergeet ze niet snel meer iets en voelt ze zich veel zeker der." Zo slaan Janny en Leen zich er samen doorheen. Ondanks de moeilijkheden, is hun huwelijk sterk. Het houdt hen op de been. Leen: „Tijdens een alzheimer-café zei iemand eens: wat gezegd wordt moet je niet beschouwen alsof je vrouw, je vader of moeder het zegt. Het is de ziekte die het zegt. Daar heb ik houvast aan." Janny zit te kijken naar de foto van de kin deren aan de muur. „Ja, ik heb veel steun aan ze", onderstreept ze, terugkijkend op haar leven. Als kleuter juf stond Janny tot haar 24e voor de kleuterklas. „Als je trouwt, werd je vaste aanstelling omgezet in een tij delijk contract. En zodra je zwanger was moest je stoppen met werken. Zo ging dat toen. Daarna was ik in dienst van het ge zin." Hoewel de ziekte steeds meer toeslaat, houdt Janny moed. „Contacten met ande ren worden minder. Mijn fijne motoriek raakt aangetast en ik kan niet meer breien, haken of schrijven. Heel moeilijk om dat mee te maken. Maar dan zoek ik weer ande re dingen. Ik lees graag een boek. Al is dat ook lastig, want een paar dagen later ben ik sommige dingen weer vergeten. Dat geeft niet hoor, dan lees ik het boek nog een keer." Sinds Lewy body dementie bij Janny is vastgesteld, komt Christa Henstra van Zeeuwse Zorgschakels elke zes weken op huisbezoek. Ze is - zoals dat heet - casema nager dementie. „Wat Christa doet? Christa is er", zegt Janny. „Ik zou haar niet graag missen." Christa: „Ik hoop begrijpelijk te maken wat er gebeurt. Bij iedereen is het ziekte beeld anders. En iedereen heeft andere pro blemen. Deze vorm van dementie gaat ge paard met stijfheid, hallucinaties en visuele problemen. Terwijl iedereen de suiker op ta fel ziet staan, ziet iemand met Lewy body het potje over het hoofd." Ook kijkt Christa naar welke zorg nodig is en begeleidt mensen daarin. „Wil ie mand bijvoorbeeld gebruik maken van dag- besteding dan leg ik uit wat er kan en ik kan als dat gewenst is een schakel tussen cliënten en zorgaanbieders zijn." Maar ze is meer dan een vraagbaak en een raadgever. „Stel dat mijnheer van de trap valt en zijn been breekt, dan wil ik meteen gebeld worden. Want dan wil ik kij ken wat er voor mevrouw aan zorg nodig is. Want het eten wordt lastiger, dus dan wil ik gelijk Tafeltje dekje inschakelen. Dat soort dingen regel ik dan." Hoe moeilijk het ook is, Janny probeert zo veel mogelijk te blijven doen. Zo gaat ze naar de Kopgroep, een gespreksgroep voor mensen met dementie. „Ik zie wel waar het uitkomt." Samen met Leen kijkt ze vooruit; zo rea listisch is ze ook. Ze praten bijvoorbeeld over delicate kwesties als euthanasie. „Hoe het ook verder gaat, ik geniet nog waar ik kan. Weet je dat ik deze zondag in het Amsterdamse concertgebouw sta? Ja, echt. Ik zit in een koor met mensen uit heel Nederland en we treden op. Met de kerst sta ik er ook weer. Ik geniet daarvan. Want weet je? Niemand weet wat het leven brengt." zaterdag 22 oktober 2016 Dementie gooit het leven van Janny en Leen overhoop Jeffrey Kutterink Goes Christa Henstra Leen van der Moere Janny van der Moere

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 43