1 Whatsappen wordt steeds lastiger met dat beroerde zicht. Nou en, dan stuurt hij toch voortaan gewoon ingesproken berichtjes? Anderhalfjaar geleden hoorde Dominique Prins dat haar broertje darmkanker had. Ze schreef er voor dit magazine al eerder over: van de zoektocht naar genezing tot het vieren van het leven. Vandaag deel vier. Kijk uit, een olifant!" Geschrokken kijkt mijn broertje ineens naar iets achter mij. Ik reageer gelaten: „Rustig maar, het is goed." Maar hij voelt haarfijn aan dat ik zijn waarschuwing niet serieus neem en wordt boos: „Er staat er godverdomme écht één!" Het is grappig, als het tegelijkertijd niet zo schrijnend was. We bevinden ons namelijk niet op safari in zuidelijk Afrika, maar ge woon in een Nederlandse huiskamer. Mijn broertje ligt in een speciaal voor dit doel gehuurd ziekenhuisbed, ik zit ernaast. En die olifant, die is het gevolg van de morfine- pomp die een dag tevoren is aangesloten. Morfine tegen de pijn (in pil-, pleister- en nu dus ook pompvorm), cortisone tegen de zwel lingen in de hersenen, maagbeschermers (de naam zeg het al: om de maag tegen alle an dere rotzooi te beschermen) en alle mogelijke middelen tegen de misselijkheid; ze maken sinds een paar weken deel uit van mijn dage lijks leven. Een bizar dagelijks leven, dat begint wanneer ik een paar dagen na mijn zomervakantie opnieuw richting Wenen ver trek. „Wanneer kom je weer?" had mijn broer tje enigszins dringend gevraagd. Sinds de ontdekking van uitzaaiingen in zijn hersenen brokkelen alle zekerheden in zijn leven lang zaam maar gestaag af. Het lukt zelfs hem - mijn held van de afgelopen anderhalfjaar, degene die ons allemaal overeind hield sinds de diagnose 'darmkanker met uitzaaiingen' bij hem werd gesteld - nu niet langer om de angst buiten de deur te houden. Helemaal niet wanneer de zeurende rugpijn waar hij al weken last van heeft („Misschien moet ik meer bewegen") het gevolg blijkt te zijn van een gebroken rugwer vel, veroorzaakt door opnieuw uitzaaiingen, deze keer dus in de botten. Op dat moment weet zelfs mijn broertje het even niet meer: „Kun je alsjeblieft hier komen?" Ik heb hem een paar weken niet gezien en schrik: wat is hij mager geworden! Ondanks de uitzaaiingen die nu op elke wille keurige plek lijken op te duiken, heeft hij nog steeds maar één doel voor ogen: „Aansterken en dan op vakantie naar Nederland." De bestralingen die nodig waren tegen de uitzaaiingen in zijn rug hebben hem flink verzwakt, en hij heeft nauwelijks energie, maar hij is vastbesloten. „Even een rondje om de kerk", grapt hij vermoeid wanneer hij door zijn appartement heen en weer schui felt om toch vooral maar in beweging te blijven. Grappig is de situatie al lang niet meer natuur lijk, maar hij laat zich daar niet door uit het veld slaan. „Dokter, ik heb zo'n zwaar gevoel op mijn benen", zegt hij quasiopgewekt wanneer de kat zich gezellig op zijn benen nestelt. Het geeft een heel klein beetje lucht in een situatie die steeds beklemmender wordt, niet in de laatste plaats voor mijn broertje zelf. Zijn gezichtsvermogen laat hem af en toe in de steek, vanwege de gebroken rugwervel moet hij een korset dragen en mag hij abso luut niet meer bukken, tillen of zijn rug op een andere manier belasten. Als hij al de straat op gaat, heeft hij een kruk nodig om bij het lopen zijn evenwicht te bewaren. Hij ziet niet goed waar hij zijn voeten zet, wat al eens een valpartij heeft opgeleverd. H Dag broerti e 28 zaterdag 15 oktober 2016 WG

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 90