Het bij een paar
drankjes houden
vergt misschien
wel meer
discipline dan
er helemaal
van afzien
voor stuk prima te doorstaan zonder drank.
Zelfs de bruiloft waar ik lichtelijk tegenop zag
omdat ik er maar een handjevol mensen
kende, blijkt alcoholvrij geen enkel probleem:
ik heb meteen een dankbaar onderwerp pa
raat waar ik met onbekenden over kan praten.
Opvallend: in plaats van het verwachtte on
begrip reageren veel mensen juist positief
als ik zeg dat ik een maandje niet drink.
'Dat moet ik ook echt eens doen.' Ik hoor
het meerdere malen.
Is het echt zo eenvoudig, de drank laten
staan? Zeker niet. Ik kom mezelf tegen als ik
na een dag waarin werkelijk niks wil lukken
snak naar een glas wijn, om even tot bedaren
te komen. Net zo confronterend vind ik mijn
beslissing om een afspraakje met iemand,
waar ik via een dating-app al enige tijd con
tact mee heb, toch nog even uit te stellen tot
na mijn drooglegging. Ik word al zenuwachtig
bij het idee: zo'n eerste ontmoeting zonder
drank om het ijs te breken. Kennelijk zijn
mijn redenen om te drinken toch niet zo
zuiver als ik in eerste instantie dacht.
In de laatste dagen van mijn experiment be
kruipt me ineens een gevoel dat ik niet had
zien aankomen: in plaats van het verwachte
enthousiasme om weer te drinken, zie ik er
lichtelijk tegenop. Het heeft wel iets, zo'n zelf
opgelegd nultolerantiebeleid: het schept hel
derheid, het geeft je een focus. Straks moeten
er weer afwegingen gemaakt worden. Het bij
een paar drankjes houden vergt misschien
wel meer discipline dan er helemaal van
afzien - in mijn geval tenminste. 'Drinken
is van het dak springen met het voornemen
slechts één etage te vallen', schreef Simon
Carmiggelt al treffend.
Er helemaal mee stoppen dan? Het past in
de tijdgeest. Maar ik zou de drank op den
duur gaan missen, denk ik. Het venijnige van
alcohol - het onvoorspelbare - is in mijn ogen
tegelijkertijd het waardevolle. Rond een uur
of 5 een borrel inschenken en wel zien waar
de avond je brengt. Even de teugels laten vie
ren. Er kunnen mooie dingen gebeuren als je
af en toe de controle uit handen geeft - zolang
je maar niet midden in de nacht wakker
wordt met een kapotte telefoon en het vage
vermoeden dat je iets doms hebt gedaan.
Alles met mate.
zo'n zaterdagmiddag waarop de herfstzon
weldadig schijnt. Het voelt als het weerzien
met een oude vriend - maar dan wel eentje
met een gebruiksaanwijzing.
sophisticated
zijn. Geen won
der dat het vooral
hoogopgeleide ouderen zijn
die het meest drinken: met 15
procent is het percentage stevige
drinkers onder hoogopgeleide 65-
plussers bijna twee keer zo hoog
als onder hoogopgeleiden tussen
25 en 45 jaar. Kahn: „Ik was
laatst op een feestje van
een vriend, die specifiek als
cadeau om een dure whisky
vroeg. Uit het consumeren
van drank spreekt een bepaalde
welvarendheid, mede gevoed
door de commercie."
voor een paar halve liters bij de Appie, hoeven
we ons nergens zorgen over te maken. Toch?
Na een paar dagen niet drinken staat één ding
alvast onomstotelijk vast: als je de drank zelf
even laat staan, valt pas op hoeveel er in je
omgeving gedronken wordt. Omdat het week
end is begonnen, omdat het weekend is afge
lopen, omdat de week doormidden is, omdat
het zo'n prachtige nazomer is, omdat er ie
mand jarig is, omdat het zo'n leuke dag is,
omdat het zo'n rotdag is, omdat het eten zo
goed smaakt, omdat we zo hard hebben ge
werkt - er is altijd wel een reden om een fles
te ontkurken. Om de gezondheidsrisico's lijkt
niemand zich zorgen te maken - ikzelf incluis.
Volgens Kahn komt dat omdat alcohol nog al
tijd de zweem heeft van het goede leven, van
etentjes en borrelafspraken hou
ik het keurig bij Spa Rood, thee
of - doe eens gek - tonic met een
schijfje citroen. Ik voel me er
goed bijde zelfopgelegde droog
legging geeft me een opgeruimd
gevoel. To-dolijstjes werk ik zon
der te morren af en of het nou
door het niet drinken komt of
niet: tijdens sommige nachten
slaap ik onafgebroken achter el
kaar door, terwijl ik normaal ge
sproken een moeilijke slaper ben.
Het 'strafbankjesgevoel' steekt af
en toe de kop op, bijvoorbeeld als
ik op een zaterdagochtend de
foto's open die een vriend 's nachts
naar me stuurde. Duidelijk op een
losbandig, nachtelijk avontuur,
terwijl ik al lang lag te slapen. Het
gevoel dat ik iets heb gemist ver
dwijnt als ik even later in de sport
school sta en me gelukkig prijs dat
ik tenminste geen kater heb. Mee
slepend is het alcoholloze bestaan
niet, maar ik zit goed in mijn vel.
Tevreden doe ik mijn push-ups.
De afspraken die ik een paar
weken eerder nog zo angstvallig
wilde verplaatsen, blijken stuk
magazine 19
Mijn eerste biertje drink ik exact een maand
na de desastreuze borrel met collega's. Op
De weken die volgen verlopen
grotendeels voorspoedig. Bij