Als je de drank zelf even laat staan, valt pas op hoeveel er in je omgeving gedronken wordt aldus Kahn. „Er wordt steeds meer bekend over de negatieve gezondheidseffecten van alcohol." Zie de nieuwe richtlijnen die de Gezondheidsraad - het onafhan kelijk wetenschappelijk adviesor gaan van de overheid - in een rapport naar buiten bracht: geen druppel is het nieuwe advies, en als we het dan toch doen, dan in elk geval niet meer dan één glas per dag. „Lange tijd werd gezegd dat het nuttigen van kleine hoe veelheden alcohol de gezondheid zou bevorderen, maar die kennis is achterhaald: elk glas alcohol is er een te veel", aldus Kahn. „Alco hol verhoogt het risico op beroer tes en allerlei soorten kanker aanzienlijk. Neem borstkanker: elk glas alcohol per dag verhoogt de kans daarop met tien procent." Mijn gesprek met Kahn motiveert me nog meer om de drank (de ko mende maand, in elk geval) aan de wilgen te hangen. Maar als ik even later mijn agenda erbij pak krijg ik het benauwd. Ik heb de komende weken nogal wat bor rel- en eetafspraken staan. Even overweeg ik om ze allemaal te verplaatsen - dan kom ik tenmin ste niet in de verleiding - maar, toegegeven, dat zou nogal makke lijk zijn. Het experiment (laten we het zo maar noemen) wordt pas echt interessant als ik pro beer zoveel mogelijk mijn leven te leiden zoals ik altijd al doe, maar dan zonder glas bier, wijn of gin-tonic in mijn hand. Met lichte tegenzin stap ik de vol gende avond op de fiets voor een afspraak met een vriendin die ik al maanden niet heb gezien. Ik had er wel degelijk zin in, maar hoe treurig het ook klinkt: zonder de belofte van een paar glazen wijn zie ik er ineens tegenop. Het is vrijdag, de stad is rumoerig en uit de cafés klinkt het gelach van mensen die zin hebben in het weekend. Zij wel, denk ik niet zonder zelfmedelijden. Idioot natuurlijk, ik besef het terdege. Alsof die fles sauvignon een garantie zou zijn voor een leuke avond. Rationeel gezien Mijn vriendin toont compassie: ook zij laat de drank vanavond staan. Met een kop thee in onze hand doen we wat we altijd doen: we praten bij, we lachen, we maken plannen. „Er waren misschien wel twee flessen doorheen gegaan als we hadden gedronken", zegt ze aan het einde van de avond. Ik vrees dat ze gelijk heeft. Nu hebben we het bij drie kopjes thee gelaten. Kennelijk is de behoefte om veel te drinken minder groot als er geen alcohol in zit. In het kader van zelfonderzoek besluit ik de volgende dag een zogenoemde 'signalerings test' te doen op de website van verslavings kliniek Jellinek, om te kijken hoe het met mijn drankgebruik is gesteld. Hoewel ik op veel vragen vol mondig 'nooit' kan antwoor den (Hoe vaak had u in de ochtend alcohol nodig om aan de dag te begin nen? Bent u of iemand anders recentelijk gewond geraakt wegens uw alcohol gebruik?), scoor ik toch tien punten, wat betekent dat ik mezelf tot de risicogroep mag rekenen. Ik behoor kennelijk tot de mensen die door hun drinkgedrag in de problemen kunnen komen. Niet een profiel waar ik me nou di reet in herken, maar als ik naar de nog altijd kapotte telefoon kijk die naast mijn laptop ligt, begin ik te twijfelen. Nu zitje al snel in de gevaren zone. Volgens het Centraal Bu reau voor de Statistiek ben je als man een zware drinker als je minstens één keer per week zes glazen op één dag drinkt; een vrouw is al een zware drinker bij vier glazen. In mijn geval bete kent dat dat het merendeel van mijn vrienden, kennissen en col lega's een zware drinker is. Het is verleidelijk en gemakke lijk om al dat gedrink te relative ren: zolang we niet ergens dakloos en verloren onder een brug in het park liggen te bedelen wéét ik dat het onzin is. Maar toch: zo voelt het niet. Fietsend door de stad, kijkend naar die vrolijke, in een roes rakende massa, voelt het alsof ik naar een spannende wedstrijd kijk terwijl ik op het strafbankje moet zitten. ;:7 18 zaterdag 15 oktober 2016

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 81