'Trump zou in vrijwel elke kleedkamer zijn weggehoond' Roddels en hooguit eens 'geil' EUWS 9 De kleedkamer behoort óók tot de meest sociale plekken denkbaar Bestaat er eigenlijk wel een mannelijke versie van het woord mokkel? I ijn favoriete, typische kleed kamerwerkwoord is 'bef- I fen'. Het klinkt zo fenome naal plat en zo voortreffelijk fout, dat het - mits goed getimed - bijna al tijd werkt. In onze kleedkamer gaat het al twintig jaar, minstens twee keer per maand, over beffen. Niet bloedse rieus, uiteraard. Soms klinkt het ter loops tijdens het aantrekken van je scheenbeschermers ('Nog gebeft gis ter?'). Soms is een befgrap zo over de top smakeloos, dat het automatisch iets absurdistisch krijgt. In alle geval len geldt: timing is alles. Zo. Dit was de laatste keer dat ik ci teer uit de voetbalkleedkamer. Ten eerste omdat kleedkamerhumor uit sluitend functioneert - logisch - in een kleedkamer. Ten tweede omdat de kleedkamer valt en staat bij beslo tenheid, bij een mate van geheim houding, bij de ongeschreven regels van jongens onder elkaar. In de kleedkamer is meer geoor loofd dan in een sollicitatiegesprek, daar heeft Donald Trump op zichzelf gelijk in. Het is daarom ook best goed gevonden: 'Just grab 'm by the pussy' afdoen als kleedkamerpraat. Als mannen-onder-elkaar-jargon. Trump vergeet alleen een paar cru ciale dingen. De kleedkamer behoort namelijk óók tot de meest sociale ontmoetingsplaatsen denkbaar. Juist in de kleedkamer draait het om socia le vaardigheden, om gevoel voor hu mor, om je weg vinden in een kleine commune, om uitdelen en incasse ren, om timing en taalgevoel. Een grote bek kan helpen om een plekje te veroveren op de apenrots, maar het kan net zo goed funest zijn. Ik durf te stellen dat Trump in vrij wel elke kleedkamer zou zijn wegge hoond met zijn geblaat. 'Ah, jij grijpt vrouwen altijd bij hun pussy, Do nald? Sure. En nou weer zitten, gek.' In de kleedkamer is er weinig do delijker dan een verkeerd getimede opmerking. De macho die iets te schreeuwerig opschept over zijn ver overingen: die krijgt hem onherroe pelijk terug. Die wordt, subtiel of ge nadeloos, terug in zijn hok geschopt. De kleedkamer kan soms hard, rauw en plat zijn. De dynamiek verschilt van team tot team, maar de implicie te sociale controle is groot. Grappen over de vriendin of vrouw van een ploeggenoot? Not done. Een opmer king over de minuscule piemel van de rechtsback? Dat doe je niet. Anek dotes over scharrels en ex-vriendin- nen daarentegen mogen weer wel. De iets te grote piemel van de contro lerende middenvelder? Een onuitput telijk onderwerp. Maar toch. Heel even voor de goe de orde nog. Voordat u nu denkt dat het in mannenkleedkamers voortdu rend over vrouwen en seks gaat: dat is echt onzin. Overschat dat niet. Het is hooguit de smeerolie, een handig rood draadje, een gespreksthema om altijd even op terug te kunnen val len, al is het maar zijdelings. Geloof het of niet, in kleedkamers gaat het veel vaker over het nieuws van de dag. Of over heel alledaagse dingen. Over de kinderen. Over de zaterdagavond. Over vakanties. Over voetbal, voetballers, voetbalclichés, voetbalverhalen, over obscure voet balwedstrijden van lang geleden. Het is niet alleen maar geroep en getetter. Zwijgen mag ook. Soms is het ruzie, eventjes. Soms is het sa men janken, om ziektes of de dood. Maar meestal is de voetbalkleedka mer de beste, grappigste plek op aar de. Wie de mores van de kleedkamer kent, snapt het leven. Ooit stond ik op de website mokkels.nl. Dat is, of was - ik weet eerlijk gezegd niet of het nog bestaat - een website waar mensen foto's plaatsen van tele visiebeelden van vrouwen, vergezeld door opmerkingen als: 'hier kun je het goed zien'. In mijn destijds 20-jarige beleving als topsporter was er ook veel om te zien. Ik zag medestudenten journalis tiek de kroeg ingaan, terwijl ik naar de trein liep om te trainen; ik maak te kennis met Duitsland en zijn baustellen en stau op weg naar saaie trainingsoorden en als ik in strak schaatspak aan de start stond van een belangrijke wedstrijd met zend tijd op nationale televisie, hoopte ik met mijn wit weggetrokken gezicht op geweldige prestaties. Het duurde even tot dat laatste ge beurde; wel belandde ik dus met vrouwelijke schaatscollega's op een forum. Voor de goede orde: dat ging allemaal heel netjes, gecategoriseerd. Ik hoorde bij de afdeling schaatsmok- kels. Anni Friesinger, die de neiging had haar rits na een race tot halver wege middel naar beneden te trek ken, was een van de favorieten. Vrouwen in strakke sportpakken. Veel meer is dus niet nodig als het aankomt op het vullen van een web site. Ik zou willen zeggen: een man nenhand is gauw gevuld, maar dat is veel te kort door de bocht. Laat ik het na Donald Trump niet over man nenhanden hebben. En misschien za ten er juist wel ladingen ijverige vrouwen achter die site, te knippen en te plakken en wat al niet meer. Feit is wel dat ik nooit hoorde over een mokkels.nl voor mannen. Be staat er eigenlijk wel een mannelijke versie van het woord mokkel? Ik kan geen woord met dezelfde lading be denken. Ik heb inmiddels aardig wat vrou wenkleedkamers gezien. Wel voorna melijk schaatskleedkamers, gevuld met topsporters. Qua teksten zijn wij vrij saai. Voor de begrippen van Trump althans. Een vriendin van mij, zelfbenoemde billenvrouw, kon het op z'n tijd hebben over een 'lek ker kontje'. Echt shocking was dat niet: in de schaatswereld is het on mogelijk een sporter te vinden zon der op z'n minst redelijke bilspieren. Nee, vrouwen roddelen voorname lijk. Over andere vrouwen. Over ge wicht. Over wie met wie, en waar en hoe betrapt. Niet over wat je al dan niet goed kon zien zitten in een schaatspak bij een man. En vrouwen maken tactische beslissingen: O, zit die schreeuwerd vandaag hier. Dan ga ik wel naar kleedkamer 2. Als wij onze waardering uitspre ken over een man, is het vrijwel nooit met grove woorden. Dan is hij 'lekker', of'hot', hooguit eens 'geil'. Mannen kunnen appgroepen heb ben en elkaar met enige regelmaat pi kante foto's sturen en schunnige op merkingen. Vrouwen houden dat hooguit een paar dagen vol. Maar goed, er zijn altijd uitzonde ringen. Laatst zat ik 's avonds met een mannelijke collega in een vrij wel verlaten lobby van een hotel in Duitsland - na weer zo'n lange reis met baustellen en stau. Mijn collega zat daar al even, ik schoof door een interview later aan. Het eerste wat hij vervolgens zei was: „Die vrouw die daar zit en zo schreeuwt... ik wist niet dat vrouwen zulke woorden ge bruiken. Zelfs mijn vrienden zijn niet zo plat." Hij had het over een marathonschaatsster, beschonken en wel, die met een groepje een paar meter bij ons vandaan zat. En ja hoor, het duurde niet lang of ik hoor de haar ook: „Die?", riep ze. „Nee, die heeft er nog nooit een in haar mond gehad, die denkt dat je er alleen maar mee kan plassen", klonk het. Eigenlijk wel typisch: als het bij vrouwen dan een keer grof wordt, is het alsnog onderdeel van geroddel. zaterdag 15 oktober 2016 Sjoerd Mossou Lisette van der Geest

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 10