13
Honderden keren probeerde Gerard Spong verdachten op vrije voeten te krijgen,
vaak met succes. Privé stond de topadvocaat onlangs aan de andere kant, na de dood
van zijn nichtje. 'Het is mij een raadsel waarom die man is vrijgesproken.'
Het was
moeilijk om
ineens aan
de andere
kantvan de
rechtszaal
te zitten. Ik
ergerde me
zo aan de
leugens. Ik
dacht: Mark
is schuldig
Hij weet nog waar het misging. „Op
een van de zittingsdagen werd
een patholoog-anatoom onder
vraagd. Die sprak over de vraag of
mijn nichtje was gestorven door
verwurging. En op zeker moment
noemde hij één van de aanwijzin
gen daarvoor 'zwak'. Meteen zag ik een van de drie
rechters naar voren schuiven, en een ander begon
te schrijven. Toen dacht ik: jij schrijft nu 'zwak' op.
Daar gaan we."
Op 2 juli 2012 vonden agenten het levenloze li
chaam van Vivica Spong, het 31-jarige nichtje van
topadvocaat Gerard Spong. Ze lag onderaan de trap
in het huis waar ze woonde met haar vriend, de
44-jarige Mark van D. Ook haar nog ongeboren
kind was overleden. Plotseling was Gerard Spong
niet als advocaat verwikkeld in een strafzaak, zoals
zo vaak, maar als nabestaande.
Als steun en toeverlaat van zijn broer Rob, die
zijn enige dochter had verloren, woonde hij alle
zittingen bij. „Ik zat daar niet als advocaat, maar je
laat je kennis natuurlijk niet thuis. En toen ik dat
woord 'zwak' hoorde uit de mond van die deskun
dige, toen dacht ik: daar gaan de rechters het zo
meteen met elkaar over hebben. Dit is een kantel
moment. Dit zou weieens verkeerd kunnen aflo
pen." Hij klopt op zijn reusachtige eikenhouten
bureau, twee keer. „Tot mijn spijt moet ik vaststel
len dat ik gelijk heb gekregen."
70 jaar is hij nu, en al 40 jaar actief als strafadvo-
caat. Vele honderden zaken kwamen voorbij - en
dat ging in zó veel gevallen goed, dat Gerard Spong
een reputatie als topadvocaat verwierf. Hij kreeg
verdachten op vrije voeten die door de buitenwe
reld allang als dader waren bestempeld.
Over één van die zaken schreef hij een boek dat
volgende week verschijnt: De uitvaartverzorger. Het
is het wonderlijke verhaal van Dirk V., ook alweer
zo'n verdachte aan wiens schuld nog amper wordt
getwijfeld. Hij zou zijn vrouw op bizarre wijze
hebben laten verdrinken. Het bewijs in de zaak is
overweldigend, maar Spong ziet mogelijkheden. In
het boek beschrijft hij hoe hij eerst de kroonge
tuige in de zaak genadeloos onderuithaalt, en
daarna met een pleidooi komt dat zijn cliënt recht
streeks naar de vrijheid loodst. „Het was een ju
weel van een verweer, als ik zo onbescheiden mag
zijn."
Het is in de loop der jaren zijn handelsmerk ge
worden. Zeven keer werd hij uitgeroepen tot beste
strafpleiter van Nederland - de bijbehorende
beeldjes staan prominent op zijn bureau. „Ik stel
vast dat ik vaak in één oogopslag zie wat er niet
klopt in een strafdossier, en waar de winst kan zit
ten. Dat zijn soms dingen waar collega-strafplei
ters aan voorbij zijn gegaan. Ik weet niet hoe dat
komt. Een hoogleraar zei ooit tegen me: aan elke
trein kleeft een laatste wagon. En er moet ook een
locomotief zijn."
Iemand vrij krijgen ondanks een stapel verdenkin
gen en bewijzen: het geeft een 'enorme voldoe
ning', vertelt Spong.
Zélfs als hij zelf ook overtuigd is van iemands
schuld. „Ik zou Hitier nog verdedigen. Die taak
hebben wij advocaten nu eenmaal, om mensen bij
te staan die door de samenleving verguisd worden.
Natuurlijk is het soms ingewikkeld. Ik stond eens
een echtpaar bij dat zijn baby zo langdurig had
mishandeld, dat het kind stierf. Die kwamen er
met een heel milde straf van af en daar had ik me
zeer voor ingespannen. Het gevoel was dubbel,
want die mensen hadden iets vreselijks gedaan.
Maar de professionele trots overheerst dan toch."
Hoe anders voelde hij zich een jaar geleden, bij de
vrijspraak van de man die werd verdacht van de
moord op zijn nichtje. Ook tegen hem, de 44-ja-
rige Mark van D., lag een stapel bewijzen. Hij had
op internet gezocht met zoektermen als 'how to
kill without a tracé', poetste bloedvlekken weg,
loog alles bij elkaar over zijn alibi. Maar het bleek
niet genoeg voor een veroordeling, tot afgrijzen
van Spong, en vooral van zijn broer en schoonzus.
„Het was moeilijk om ineens aan de andere kant
van de rechtszaal te zitten. Heel moeilijk. Ik had
een volstrekt andere rol dan ik op die plek gewend
ben."
Zeven zittingen waren er, inclusief het hoger be
roep, uitgestreken over een periode van twee jaar.
Spong was er vrijwel elke keer bij, naast zijn rou
wende broer. „Ik heb me enorm geërgerd aan de
verdachte. Hij loog alles aan elkaar, vanaf dag één.
Het is me een raadsel waarom zijn leugens uitein
delijk niet meer gewicht in de schaal hebben ge
legd. Er was een vracht aan bewijs. Neem nou die
zoektermen: 'how to kill without a tracé'. Wie gaat
nou midden in de nacht op zulke dingen zoeken,
terwijl je zwangere vrouw een kamer verder ligt?
Toen ik dat las, dacht ik: die is schuldig."
„Dat begrijp ik. Meneer V. had daarmee de verden
king in sterke mate op zich geladen, dat klopt. Ik
vond in die zaak wel degelijk dingen die dat onder
uithaalden, maar u raakt wel aan datgene waar ik
me na al die jaren nog het hoofd over breek: hoe
komt een rechter tot zijn overtuiging? Op basis
waarvan besluit hij overtuigd te zijn van iemands
schuld, of niet? In de zaak van meneer V. hadden al
zes rechters hem schuldig bevonden, allemaal
kundige magistraten. En dan komt er een nieuwe
ploeg, en die vindt het te weinig. Hoe kan dat?
„In de zaak van mijn nichtje waren een uitste
kende officier van justitie en advocaat-generaal
volledig overtuigd van hun zaak. Maar de rechters
besloten anders. Wat gebeurt daar in die hoofden?
Dat blijft voor mij een mysterie, ook na veertig jaar
stafrecht. En dat raadsel is door de zaak van mijn
nichtje alleen maar groter geworden."
„Ja. Ik heb er veel van geleerd. Hoe ik mij als advo
caat in moordzaken moet opstellen, bijvoorbeeld.
Ik heb veel meer inzicht gekregen in hoe een nabe
staande zich voelt in een moordzaak. De zaak van
mijn nichtje heeft me ertoe gebracht dat ik veel ge
voel krijg voor het Duitse systeem: de Nebenklager.
Daar mogen nabestaanden van slachtoffers van le
vensdelicten als aanklager naast het Openbaar Mi
nisterie functioneren. In het verleden had ik daar
minder sympathie voor, maar nu denk ik: dat zou
hier ook goed zijn. Omdat ik aan de andere kant
heb gezeten, en gevoeld heb hoe dat was.
Ik gedraag me nu ook anders. Toen de zaak van
mijn nichtje nog liep, moest ik een man bijstaan
die een bejaard echtpaar zou hebben vermoord. Ik
SCHRIJVER
zag de nabestaanden in tranen zitten, en ik dacht:
weet je wat? Ik ga naar ze toe. Had ik nog nooit ge
daan. Maar ik wilde die mensen spreken. Ik heb ze
uitgelegd wat mijn rol als raadsman is, waarom ik
daarover bepaalde dingen zeg, en dat ik dat doe
zonder afbreuk te doen aan hun gevoelens. En ze
zeiden tegen me dat ze dat buitengewoon gewaar
deerd hadden. Toen dacht ik: ja, zo kan het ook. Ik
vond het een unieke ervaring."
„Het is misschien overdreven professionaliteit,
maar je móet het accepteren. Anders breekt er in
dit land een eigenrichting los die we niet moeten
hebben. Maar het is zwaar. Het is net weer 2 juli ge
weest, haar sterfdag, dat is elk jaar een buitenge
woon moeilijk moment. Tot de dag van vandaag
moet ik mijn broer en zijn vrouw lang en diep toe
spreken om te zorgen dat ze ermee kunnen leven.
Dat is het enige wat ze kunnen."
„We broeden nu op een civielrechtelijke zaak. U
moet denken aan zoiets als in de O.J. Simpson-
zaak. We willen hem daarin niet aanpakken voor
moord, maar voor al zijn leugens in de rechtbank.
Je hebt als verdachte het recht om te zwijgen, maar
niet om te liegen. Dat is een onrechtmatige daad
tegen de nabestaanden en we overwegen hem
daarvoor aan te pakken. Het is bij mijn weten nog
nooit gebeurd in Nederland, maar we denken dat
het kan. Stelt u zich de positie van mijn broer eens
voor: de man die in zijn ogen de moordenaar van
zijn dochter is, loopt vrij rond. Hij blijft me vragen:
wat kunnen we nog doen? Nou, dit.
Het moment van de uitspraak, in hoger beroep,
was zo onvoorstelbaar zwaar voor mijn broer. Hij
had zich al die tijd rustig gehouden, maar op dat
moment barstte hij. Hij sprong op, schreeuwde
naar de verdachte dat hij een moordenaar was. Dat
je in dit land blijkbaar de ene leugen op de andere
mag stapelen in de rechtbank. Dat was misschien
niet goed, maar ik begreep hem. We zagen de ont
lading bij de verdachte, en bij zijn advocaat. Ik ken
die emotie maar al te goed, maar nu zat ik aan de
andere kant. Ik kon het mijn broer niet uitleggen.
En nog niet."
zaterdag 27 augustus 2016
Peter Groenendijk
Amsterdam
Dit doet denken aan de zaak waar uw boek over
gaat. Uw cliënt had de uitvaart van zijn vrouw al
voorbereid toen ze nog leefde. Toen ik dat las,
dacht ik ook: die is schuldig.
Bent u een andere advocaat geworden door de
zaak van uw nichtje?
—Gerard Spong
Volgende week ver
schijnt De uitvaart
ondernemer, de
tweede roman van
Gerard Spong. Het
boek gaat over de
zaak rond Dirk V., een
zwaar gelovige uit
vaartondernemer die
zijn vrouw zou hebben
vermoord door zijn
auto met haar erin in
de haven van Maas
sluis te laten rijden.
Dirk V. kreeg in eerste
aanleg en in hoger be
roep een zware cel
straf, maar in cassatie
- nu met Spong als
De vriend van uw nichtje is vrijgesproken. Kunt u
dat accepteren?
Toch laat u het er niet bij zitten.
raadsman - werd de
veroordeling vernie
tigd. V. werd daarop
vrijgesproken.
De verdachte heeft in
het boek een andere
naam, net als de advo
caat: die luistert naar
de naam Charles
Spinning. „Maar dat
ben ik gewoon", zegt
Spong. „Er zit wel wat
fictie in het boek,
daarom heb ik de
namen van de hoofd
personen ook maar
aangepast. Maar het
is grotendeels zoals
de zaak echt gegaan
is. Er zit geen verschil
tussen Spinning en
Spong."
Spong debuteerde in
2013 als schrijver met
De breukdat ook al
op een zaak uit zijn
eigen praktijk geba
seerd was. Het werk
kreeg lovende kritie
ken.
Spong: „Ik doe het er
bij, ik blijf eerst en
vooral strafpleiter.
Maar ik geniet van het
schrijven. Ik denk al na
over welke zaak ik in
mijn derde boek ga
vertellen."