De vrouw die
weer opstond
Anna van der Breggen lijdt mee met Annemiek van
2
OLYMPISCHE SPELEN RIO 2016
overschat niet eens indenken hoe te
leurgesteld je moet zijn. Je
hebt jarenlang alles voor die ene wedstrijd gedaan,
je hebt er alles voor gelaten. Je moest en je zou zon
dag de wedstrijd van je leven rijden. En verdomme
nog aan toe, je deed het. Je zag het aan alles, op de
laatste klim. De overtuiging droop van elke pedaal
slag. Je ging ze allemaal op een hoop rijden. Jij ging
olympisch kampioene worden. Maar je race ein
digde niet met tranen van geluk op de Copacabana,
hij eindigde in een goot.
Op zondag won
ze. En zag ze haar
ploeggenote
roerloos in de
goot liggen.
En op maandag
was de knop weer
om bij Anna van der
Breggen. De
emoties krijgen
straks pas weer de
ruimte. Eerst de
tijdrit van morgen.
Column @thijszonneveld
In sport
Je ligt in de goot langs de weg. Je hoofd op
het asfalt, je lichaam gedrapeerd over een
stoeprand. Niets aan je beweegt. Je armen
niet, je benen niet, je handen niet. Er komen ren-
sters voorbij, een auto, een motor. Niemand komt
je helpen. Je ligt daar maar.
Ik heb lang getwijfeld of ik het amateurfilmpje
van een toeschouwer dat circuleert op internet wel
wilde bekijken, maar ik heb het toch gedaan. En
dat is alleen maar omdat ik de afloop ken. Ik weet
dat je weer bent opgestaan. Maar als je het filmpje
ziet is dat nauwelijks te geloven.
Het is een nachtmerrie, die paar minuten beeld.
Als ik je daar zie liggen, in die goot, dan draait mijn
maag zich om en voel ik mijn benen week worden.
Ik krijg flashbacks naar Fabio Casartelli en naar
Wouter Weylandt. Ik hoef mijn ogen maar te slui
ten en ik zie ze liggen, roerloos op het asfalt.
Bij renners en rensters die
niet bewegen, weet je met
een dat het mis is. Na vrijwel
elke val grijpen wielrenners
meteen naar hun fiets, ook al
liggen ze van boven tot on-
WOrdt de der in de kreukels. Als ze dat
niet doen, dan is het omdat
UITSIcKJ Van ze niet eens kunnen denken
aan hun fiets. Als ze in de
goot liggen zonder een teken
Wedstrijd van leven, zoals jij.
chronisch A
Ik ga niet tegen je zeggen dat je moet relativeren.
Ik zal niet zeggen dat het 'maar' sport is, of dat je
fysieke schade nog meevalt. Relativeren sucksik
kan me goed voorstellen dat je nog jarenlang denkt
aan die ene bocht in Rio en dat je een joekel van
een trauma hebt. Maar ik ga je wel iets anders zeg
gen. In sport wordt de uitslag van een wedstrijd
chronisch overschat. Sport is niet zoals de beursbe
richten. We kijken met z'n allen naar sport omdat
we geraakt willen worden, omdat we mee willen
leven. Je hebt niet gewonnen, maar miljoenen
mensen over de hele wereld hebben met jou mee
geleefd en zullen dat vanaf je val voor altijd blijven
doen.
Je was afgelopen zondag de beste renster van
de wereld. Jij was de sterkste van allemaal. De ko
mende jaren krijg je nog kansen genoeg om grote
wedstrijden te winnen, om nog talloze keren te
huilen van geluk.
Annemiek, je bent voor de rest van je leven niet
de vrouw van die val.
Je bent de vrouw die weer opstond.
ren. Haar overwinning is voor altijd
vastgeklonken aan een verschrikke
lijke val van Van Vleuten.
Niet voor niets was het eerste dat
ze zei toen ze als eerste over de fi
nish was gekomen op de Copaca
bana: „Is Annemiek dood?" Niet
voor niets wist ze in interviews na
afloop van haar gouden race soms
nauwelijks wat ze moest zeggen -
simpelweg omdat ze zoveel dingen
tegelijk voelde. Niet voor niets heeft
ze die avond ('Voor het eerst in
mijn leven') een slaappil geslikt om
te kunnen slapen.
Nu, op de dag na haar overwin
ning, kan ze het beter plaatsen. „We
weten allemaal hoe ontzettend
moeilijk dit voor Annemiek is. Ze
lag in zo'n kansrijke positie en deze
wedstrijd is maar eens in de vier
jaar. Ik hoop dat ze... ik weet niet
hoe ze hier mee om moet gaan. Het
maakt het voor mij ook anders. Als
ik straks op bezoek ga bij Anne
miek, dan zal ik de gouden medaille
niet om mijn nek hangen. Uit res
pect voor haar, ja. Ik moet rekening
houden met Annemiek. Als ik me
verplaats in haar kan ik voelen hoe
teleurgesteld ze moet zijn. Aan de
andere kant: je hebt pas gewonnen
als je als eerste over de finish gaat.
Maar ik ben wel de verdiende win-
En dan wordt Anna van der Breg
gen wakker. Ze draait zich niet nog
eens om, ze rekt zich niet uit en ze
trekt de gordijnen niet open. Het
eerste dat ze doet is onder haar kus
sen graaien. Op zoek naar de gou
den medaille die ze er de avond er
voor heeft neergelegd. „Ik wilde
weten of hij er nog was."
Daarna kijkt ze naar de andere
kant van de kamer. Er staat een leeg
bed. Het is het bed van Annemiek
van Vleuten, haar kamergenoot.
Die ligt op de intensive care van het
ziekenhuis, een paar kilometer ver
derop.
Een gouden medaille onder haar
hoofdkussen en een leeg bed ver
derop; veel treffender had de day af
ter voor Anna van der Breggen niet
kunnen beginnen. Het is precies
hoe ze zich voelt, hoe ze eruit ziet:
blij, maar ook bezorgd. Ze wil jui
chen, maar de totale allesoverheer
sende euforie is er niet. Ze heeft
goud gewonnen, maar haar kamer
genote heeft datzelfde goud verlo-
ZONNEVELD
THIJS
dinsdag 9 augustus 2016
Lieve Annemiek,
Ach, Annemiek, ik kan me
flk ben verdiende
Poseren
voor een selfie
met een fan uit
Wit-Rusland.
FOTO PIM RAS
Thijs Zonneveld
Rio de Janeiro
Innige om
helzing voor
de olympisch
kampioene
van haar moe
der. FOTO AP