ZEELAND GEBOEKT Tweede boek over Van Benthem Jutting De Gouden Koets deed Zeeland aan De vader woedt ZEELAND 11 Piezel, akkederen, postekop: het zijn Zeeuwse woorden om te koesteren. In de bundel 'Zeg jie da nog?' worden 52 dialectwoorden verklaard. Zeg jie da nog? Het Zeeuws verdwijnt. Dat is één van de zekerheden, waar we al jaren mee le ven. Vraag het de dialect mannen van de PZC-rubriek Streek taal: zij horen hoe langer hoe minder dialect om zich heen. Hoezeer ze ook hun best doen om de kleinkinde ren op te voeden met de 'toale' die aan de Zeeuwse klei kleeft. Het Alge meen Beschaafd wint. Daar komt het Engels nog eens als extra bedreiging bij. Met al die moderne media op al lerlei toestellen op elk moment van de dag: daar is geen dialectrubriek, geen dialectvereniging, geen praat bankje tegen opgewassen. Ook het 'dialectwoord van de week' op de facebookpagina Int- zeeuws zal het tij niet keren. Veroni- que De Tier, adviseur streektalen bij de Stichting Cultureel Erfgoed Zee land (SCEZ), begon die rubriek in ja nuari 2015. Elsa van Hermon maakte vervolgens van het 'dialectwoord van de week' op Omroep Zeeland een vaste rubriek in het radiopro gramma 'Goedemorgen Zeeland'. Die 'dialectwoorden van de week' zijn nu gebundeld in het boekje Zeg jie da nog? In totaal zijn er 52 dialect woorden opgenomen, van 'dulve' tot 'aorigen'. Veronique De Tier en Elsa van Hermon vertellen bij elk woord over betekenis, herkomst en gebruik. Illustrator Jan Willem Hament teken de zijn 'Leuntje en Merien' in bij de woorden passende omstandigheden. Er staan mooie woorden in het boek. Bijvoorbeeld: Piezel: dat woord is in heel Zee land bekend in de betekenis van 'graanzolder'. Veel Zeeuwen gebrui ken het ook als ze een 'legkast' voor linnengoed en kledingstukken be doelen. Poelepetaan: uitgesproken als poe- lepetaone, is een parelhoen. Het woord is afgeleid van 'poule pinta- de': poule verwijst naar kip, pintade zou Portugees of Spaans kunnen zijn voor geschilderd. Zo zou daarmee de naam verwijzen naar de gespikkelde veren. Akkederen: betekent 'het eens zijn met elkaar, overeenkomen, pas sen'. Sommige Zeeuwen zeggen ook 'akkerderen'. Dat staat dicht bij het Franse woord 'accorder'. In West-Zeeuws-Vlaanderen, het Land van Axel en op Tholen wordt ook 'ak- kemederen' gebruikt, een woord dat is afgeleid van het Franse woord 'ac- comoder' - aanpassen of doen over eenkomen met. Stuitje: het woord klinkt niet Zeeuws maar is het wel in de uit drukking 'wacht 'n stuitje'. Het ver kleinwoord hoort bij het werkwoord 'stuiten' in de betekenis van 'tegen houden'. In dit woord blijft de 'ui' Zeg jie da nog? uitdrukkelijk een 'ui'. Als van de 'ui' een 'uu' wordt gemaakt, dan krijg je 'stuute'. In kustdialecten hebben ze het dan over een boterham. Op merote gaan: betekent 'op stap gaan, plezier maken'. Soms is de uit drukking negatiever bedoeld en bete kent het stelen. Ook hier weer een Franse herkomst: 'Aller a la marau- de' betekent 'op strooptocht gaan'. Postekop: het bekendste Zeeuwse woord voor hoofdkaas. Bij de berei ding wordt het vlees van de varkens kop gebruikt. Op Schouwen-Duive- land, in West-Zeeuws-Vlaanderen en het Land van Axel wordt 'poste kop' gezegd, in de rest van Zeeland 'poskop'. Stremien: wordt in Vlaanderen en Zeeland gebruikt om een 'vergiet' aan te duiden. egin dit jaar verscheen de biografie van Mies I van Benthem Jutting (1876-1928). Zij runde met haar broer Jaap de naar de fa milie genoemde boekhandel in Middelburg. Volgende week don derdag verschijnt er een tweede biografie van de familie Van Benthem Jutting. Twee levens, een liefde vertelt het verhaal van Chris van Benthem Jutting (1878-1947) en zijn vrouw Dirkje de Boer (1889-1949). Chris is de broer van Mies en Jaap. De In 1949 maakte de Gouden Koets een rondreis door Ne derland. Voor de meeste Zeeuwen was de koets een bijzonder voertuig, dat ze hoog uit op het Polygoonjournaal in zwartwit hadden gezien. De koets stond op een binnenvaart schip, dat in Zeeland de havens van Middelburg, Vlissingen, Bres- kens, Terneuzen en Zierikzee aandeed. In de zomeraflevering van het mededelingenblad van de Vereniging Stad en Lande Schouwen-Duiveland schrijft Ri- nus van Langeraad over zijn be zoek aan de varende expositie in de Nieuwe Haven van Zierikzee. Behalve de Gouden koets was er ook een calèche uit de Koninklij ke Stallen te zien. Verder haalt Piet Karman herinneringen op aan de tijd van de uitvoering van de Deltawerken. Jan de Jonge be schrijft de doktersfondsen, die in de 19e eeuw werden opgericht als verzekering tegen hoge ziekte kosten. En we lezen over bakker Anthoni Meermans in de 18e eeuw in Oosterland. Zeeuwse schrijvers Heel Zeeland vervat in één fictieve plaatsnaam, zo rijk was de fantasie van Harry Mulisch. De naam die hij bedacht was Kortenisse, precies goed. En in 'De terugkomst' komen we een paar bijna even rake niet-bestaan- de plaatsnamen tegen, Hontens- plaat en 's Gravenkerke. Even veel zeggend is de datum die onder het oorspronkelijk in de bundel De versierde mens verschenen ver haal staat: voorjaar 1953. Dat jaar tal is als een verwoestende tover spreuk in de Zeeuwse geschiede nis en daarop haakt de schrijver met al zijn tovenaarstalenten in. Harry Mulisch, we kunnen de naam tegenwoordig nauwelijks uitspreken zonder grijns. Hij was al decennia lang uitsluitend bezig met zijn hoogst persoonlijke sage, in afwachting van een Nobelprijs die nooit kwam. Maar aan het be gin van zijn schrijversloopbaan, de tijd bijvoorbeeld van De versier de mens, was hij een overdonderen de mythebouwer. De onbegrijpelij ke en bizarre wereld met bizarre en onbegrijpelijke verhalen ver klaard. In 'De terugkomst' men gen realiteit en legende zich over tuigend. Heel knap hoe Mulisch dat doet, met strakke ingedijkte feiten beginnen en dan dat deliri- sche overspoelende slot. Zo wordt het zinloze natuurgeweld van 1953 op een verbluffende manier zin vol gemaakt. Het is de zoon van de zogeheten 'Dorpjeskijker' die terugkeert, in middels ouder dan zijn vader ooit Harry Mulisch was. Iedere lente trok deze met zijn ukelele naar Zeeland en stierf daar ook. Op een dag - 'het was nog winter, maar al met een vleug van voorjaar' - moet ook de zoon naar 'de eilanden', om te achterha len wat lang geleden zijn vader be zielde. Inmiddels is de wereld 'vol razen en stormen,' alles wordt overstemd door 'het joelen van wind en zee'. De Dorpjeskijker, zo achterhaalt hij, zong over ver schrikkelijke dingen, voorspelling en waarschuwing. Wat zijn de krachten die de wind, het water steeds verder aanjagen? Ze komen niet uit de fysica maar uit de ma gie. 'Achter alle dromen en dijken woedt de vader,' weet de zoon wanneer hij tegen de dijk op klimt in Kortenisse. Door Mulisch verzonnen geschiedenis en aard rijkskunde, en toch volkomen waar, gruwelijk en geweldig. schrijfster van het nieu we boek is Barbara van Benthem Jut ting, klein dochter van Chris en Dirkje. Zij erf de in 2007 een collectie brieven, waarop ze haar biografie baseerde. Het boek wordt donderdag 11 augustus gepresenteerd in het Zeeuws Archief in Middelburg. dinsdag 9 augustus 2016 Wekelijkse rubriek met boeken over Zeeland en boeken van Zeeuwse schrijvers Laten we op merote gaan Jan van Damme —Veronique De Tier, Elsa van Hermon en Jan Willem Hament. Het Paard van Troje 128 pagina's 9,95 euro B Mario Molegraaf -(1927-2010) De versierde mens Illustratie van Jan Willem Hament bij de uitdrukking 'op merote gaan'.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 43