Zwitserse wegversmallingen doen gepikeerde Mollema schrikken 22 IT THIJS ZONNEVELD Column En toen was er nieuws. Dopingnieuws. Mid den in juli. Tot voor kort zou het hebben betekend dat er een renner in de Tour de France was betrapt. Of dat er een zak met spui ten was gevonden in de vuilniscontainer bij een rennershotel. En anders wel dat de geletruidra ger dacht dat de Dolomieten in Mexico lagen. Maar dit jaar is het compleet anders. De beerput stond gisteren open in Rusland; het WADA bracht een rapport uit dat las als een scenario van een James Bond-film. 'From Russia with Dope' ging over wisseltrucs met urinesta- len, over geheime doorgeefluikjes in dopinglabo- ratoria, over verdwenen bloedbuisjes en over een door het Kremlin aangestuurd systeem dat er voor moest zorgen dat er geen Russische spor ters gepakt zouden worden. Er is de afgelopen 25 jaar qua dope het nodige gebeurd in het wielrennen. Eerst de introductie van epo en de dure doktoren, daarna de Festi- na-Tour, de Armstrong-jaren en het bloedzak- kentijdperk. En nog steeds zal er ongetwijfeld do ping worden gebruikt in het peloton: een volle dig schone sport is een utopie. Maar er is wel de gelijk iets veranderd. De omerta die ooit bestond is grotendeels ver dwenen. Renners en ex-renners praten on en off the record uitgebreid over do ping. De opgevoerde controle frequentie en de invoering van het bloedpaspoort heb ben de winstmarge van do- pinggebruik verkleind: de ge bruikers van nu moeten het doen met kleinere doses. De tijd waarin je alles kon spui ten en slikken zonder gepakt te worden is voorbij. Bij som mige ploegen is de bezem er doorheen gegaan, al was het maar omdat managers besef fen dat ze bij één dopingge- val hun sponsoren verliezen. Door alle dopingaffaires in het recente verleden is het imago van het wielrennen - terecht - naar de vaantjes. En er gaat nog steeds heel veel fout qua dopingbeleid en -opsporing. Maar wielrennen is tegelijkertijd wel een van de weinige sporten die het dopingprobleem serieus neemt. Al die bobo's uit andere sporten die zich jaren lang gniffelend achter het wielrennen verscho len als er vragen over doping kwamen, die wei gerden veel te testen, die geen bloedpaspoort in voerden, die zaken onder het tapijt veegden - ze komen één voor één aan de beurt. Het klinkt lek ker hoor, om Lance Armstrong en zijn US Pos- tal-pillendraaiers 'the most sophisticated, profes sionalized and succesfull doping program in the history of sport' te noemen, maar Lance en zijn vriendjes waren snoepstelende kleuters vergele ken met de corrupte systemen achter de Russi sche sport en de Internationale Atletiekbond. Volgens het WAD A-rapport 'verdwenen' de af gelopen jaren in Rusland minimaal 643 positieve dopingtests. Van die 643 waren er 26 afkomstig van wielrenners. Atletiek was goed voor 140 ver dwenen tests, paralympische sporten voor bijna 40, schaatsen voor meer dan 20, voetbal voor 10 en zelfs bij curling waren er positieve gevallen. Al die sporten. Al die dopingaffaires. Het lijkt net alsof er ook nog doping gebruikt wordt bui ten het peloton. Het zijn verdorie verwarrende tijden. Rapport las als een scenario van een James Bond-film Kasseien: natuurlijk laat Sep zich zien Het leek zo'n dag om even af te vinken in het routeboek, maar het werd wat lastiger voor Bauke Mollema dan gedacht. Hij hand haafde zich in Bern weliswaar voorin in de eerste groep van 33, waar alle favorieten in zaten, maar hij was zich kapot geschrok ken van de slotkilometers. „Ik wist al dat ik daar van voren moet zitten en dat is ook goed gelukt. Maar ik vond de finish echt belachelijk", foeterde Molle ma, ook na gisteren nog tweede achter Chris Froome in het alge meen klassement. „Het was zo ge vaarlijk. Ik heb in de laatste kilo meters een paar honderd ver- keerseilanden en rotondes ge zien. Dit was wel een heel tricky finish, met kasseien, bergop, berg af en steeds versmallingen. Dat is wel even wennen na Frankrijk waar je na twee weken wel weet hoe ze de weg inrichten. Hier in Zwitserland zat alles in de laatste dertig kilometer net anders. Dacht je dat een rotonde klaar was, stond er opeens nog een paal midden op de weg", aldus de kopman van Trek-Segafredo. Mollema wilde er met nog vier ritten door de Alpen voor de boeg maar mee zeggen: het ge vaar schuilt in de Tour werkelijk overal. „Op papier leek dit een re delijk makkelijke rit. Maar we hadden een gemiddelde van 45, 46 kilometer per uur." Voor het groepsgevoel had ook Mollema graag collega Fabian Cancellara zien winnen in eigen huis. „Fabian was 's morgens best wel gespannen. Het is ook niet dat de Tour elke dag in je woonplaats finisht. Winnen was super geweest, maar het is niet anders." Prijs voor strijdlust naar duo van Etixx dinsdag 19 juli 2016 @thijszonneveld Dooina Een unicum in deze Tour: niet één prijs voor de strijdlust, maar twee. Tony Mar tin en Julian Ala- philippe werden gisteren samen uitgeroepen tot meest strijdlusti ge renners. Niet zo gek ook, de twee van Etixx- QuickStep re den samen 170 kilometer voor uit. Martin: „We wilden een kop groep, maar wa ren de enigen die weg kwa men." LOGISCH Daar waren ze eindelijk: kas seien in de Tour. Sep Vanmarcke, specialist van Lotto-Jumbo, be landde prompt van voren. Hij be dacht zich in de straten van Bern geen moment, en trok vol door. „Ze lagen niet slecht genoeg en de strook was te kort, maar ik dacht: ik ga toch." Zijn poging strandde, de Belg werd zevende. Bauke Mollema baalt van de gevaarlijke aankomst in Bern. „Het was belachelijk." Arjan Schouten Bern UNICUM Fabian Cancellara kon aan zijn grote successen - hij werd olympisch- en wereldkampioen en droeg

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 22