13 na gijzeling de waarheid over bevrijdingsactie boven tafel krijgen 'Getuigen ondersteunen het verhaal dat ze zijn afgemaakt' zoek naar de beëindiging van de ka ping. Geheime nota's, autopsierap porten en -foto's, archiefstukken en getuigenissen werpen volgens hen nieuw licht op de zaak. De conclusie: zeker vier kapers zijn door mariniers van dichtbij doodgeschoten, terwijl ze al uitgeschakeld waren of zich overgaven. 'Executie' dus. Daarvoor stelden ze namens de na bestaanden de Nederlandse staat aan sprakelijk. Ririmasse: „Voor mij was het een bevestiging." Toenmalig minister van Justitie, Dries van Agt, zei enkele jaren gele den dat er geen aanwijzingen waren dat de kapers geweld zouden gebrui ken tegen gijzelaars. Wel speelde in het achterhoofd mee dat bij een eer dere treinkaping (Wijster 1975) de Molukkers drie inzittenden hadden gedood. De insteek bij De Punt was anders, zegt Ririmasse. „De afspraak vooraf was: geen doden." Lumalessil: „Ik wist dat mijn broers geen passa giers zouden doden. Mijn broertje DAGVAARDING schreef in zijn afscheidsbrief dat we er rekening mee moesten houden dat hij niet terug zou komen. Dat het op deze manier is gebeurd, hadden we niet kunnen vermoeden. De mari niers hadden vrij spel. Geen van de kapers mocht levend uit de trein ko men." Kogels De overheid heeft de beëindiging nooit willen verantwoorden. Ronnie was door veertien kogels geraakt, waaronder een in zijn achterhoofd. De familie kreeg hem in een verze gelde kist terug, met alleen een raam pje bij zijn gezicht. Openen was straf baar, werd gewaarschuwd. Ze kregen alleen zijn ketting met bloed terug, en wat kledingstukken met kogelga ten. Lumalessil: „Mijn ouders hebben het autopsierapport opgevraagd, maar dat werd geweigerd. Ze hebben niet goed afscheid kunnen nemen." Voor Lumalessil was het de eerste keer dat ze op autopsiefoto's zag hoe gehavend haar broer was. „Het was moeilijk om te zien. Maar ik wil we ten wat er gebeurd is en had behoef te aan informatie. Voor mij is het nog één groot zwart gat. Mijn broer tje ging weg en kwam thuis in een kist. Met die foto's wilde ik het zicht baar maken." Ririmasse overleeft de bestorming. Hij heeft tien kogels in zijn armen, benen en rug. Zijn vriend Matheus sterft in de kogelregen in zijn armen. „Ik werd wakker doordat de kogels over mijn hoofd vlogen. Ik ben op de grond gaan liggen en werd van achte ren geraakt. Toen een marinier voor het raampje van onze coupé stond, riep ik dat ik geraakt was. Hij gebaar de dat ik moest blijven liggen." Ririmasse wordt naar het zieken huis in Groningen gebracht. Terwijl hij nog herstelt van zijn verwondin gen, moet hij voor de rechter ver schijnen. „Een kogel in mijn knie is er pas Voor mij is het één groot zwart gat. Mijn broertje ging weg en kwam thuis in een kist na de rechtszaak uitgehaald. Ik ben met een ambulance van het zieken huis naar de rechtbank in Assen gere den. Op een brancard ben ik de rechtszaal ingedragen." Hij moet acht jaar de gevangenis in, net als Lumalessils broer Rudy. De derde kaper krijgt een lagere cel straf. Hoewel Ririmasse en Lumalessil de aanjagers zijn van het proces te gen de staat om duidelijkheid te krij gen over de dood van de zes Moluk se treinkapers en twee Nederlandse gijzelaars, komen straks maar twee zaken voor de rechter. Dat leidt tot tweespalt in de groep van nabestaanden, die elkaar dage lijks in de Molukse wijk tegenko men, maar onderling zwijgen over de zaak. Verraad Ririmasse en Lumalessil overwegen niet naar de rechtszaak te gaan. Riri masse: „Ik voelde me verplicht de au topsierapporten ook aan de andere betrokken families te laten zien. We wilden er met zijn allen voor gaan. Nu zijn er nog maar twee families over. Dat voelt als verraad." Lumalessil: „We zijn deze zaak be gonnen voor alle zes omgekomen ka pers. Dit is nu niet langer een rechts zaak om de hele waarheid over De Punt boven tafel te krijgen, maar de rechtszaak van twee individuele fa milies die slachtoffer zijn." Vandaag herdenkt de Molukse ge meenschap De Punt, bij het graf van de zes kapers die naast elkaar begra ven liggen. Ririmasse: „Het gaat om bewustwording, met name onder de jongeren. Waarom hebben we dit destijds gedaan? En welke bijdrage kunnen ze leveren aan de strijd?" zaterdag 11 juni 2016 De Nederlandse Staat wijst in een reactie op de dagvaarding van de na bestaanden van kapers Max Papilaja en Hansina Uktolseja iedere aanspra kelijkheid af. Het toegepaste geweld was proportioneel en de kapers had den zich volgens de Staat 'niet duide lijk waarneembaar' overgegeven. „Die stelling is veel te algemeen," zegt advocaat Liesbeth Zegveld. „Het gaat er hier om wat je doet met mensen die al uitgeschakeld zijn. Die hou je aan. Dat is niet gebeurd." Deskundigen zeggen op basis van de autopsierapporten dat Papilaja en Uktolseja, die al zwaargewond en ongewapend waren, van dichtbij in hoofd en borst zijn geschoten. Volgens Zegveld is in deze twee ge vallen het bewijs voor 'executie' het hardst. Daarom wordt de dood van andere kapers niet in dit proces mee genomen. Er hebben zich meerdere getuigen gemeld uit kringen rond de mari niers, maar nog geen marinier zelf. „Ze ondersteunen allemaal het ver haal dat de kapers in de trein zijn af gemaakt", zegt Zegveld. „Waarom heeft de overheid in haar eigen archiefonderzoek de mariniers niet gehoord? Voor nabestaanden blijft dit een open wond. Dit is de eni ge mogelijkheid om in het reine te ko men met wat er is gebeurd en om het af te sluiten." Junus Ririmasse, één van de negen Mo lukkers die de trein bij De Punt kaapten. FOTO'S VINCENT JANNINK Nona Lumalessil Nona Lumalessil

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 13