eren op dë gescmëdenis igranten zouden zich dij uitste 4 NIEUWS 4 EN 5 MEI De 4 mei-toespraak komt van een man die als jongetje in Marokko niets meekreeg van de verschrikkingen van WON: de Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb. Op de Dam spreekt vanavond, bij de Na tionale Dodenher denking, een man die tot zijn 15e nog nooit van Adolf Hit- Ier had gehoord. Of van de Tweede We reldoorlog. Niet van Hiroshima of de Holocaust. Niet van Anne Frank, niet van Auschwitz, niet van Jappenkampen, niet van gaska mers, niet van Pearl Harbor, niet van D-Day. De verschrikkingen uit Europa drongen niet door tot het afgele gen Marokkaanse bergdorp waar Ahmed Aboutaleb opgroeide. De mensen daar voerden in de jaren 60 zo hun eigen strijd. „Als je 's avonds met honger naar bed gaat, ben je niet zozeer bezig met wat er in de wereld allemaal ge beurt", zegt Aboutaleb. „Dan ben je vooral bezig met de vraag: krijg ik morgen wel iets te eten?" De burgemeester van Rotter dam ging in Marokko naar school, tot en met de tweede klas van het middelbare onderwijs. En daarin schuilt ook een verklaring voor zijn gebrek aan kennis over de Tweede Wereldoorlog. Hij kreeg genoeg geschiedenislessen, maar die behandelden louter de nationa le historie van dat land. Herenigd Toen het gezin Aboutaleb here nigd werd in Den Haag (pa Aboutaleb woonde en werkte hier al langer), ging oudste zoon Ah med naar de lts. „Daar kreeg ik mechanica, wiskunde, natuurkun de, geen geschiedenis. Maar ik wil de ook van alles weten over de oor log. Ik las het dagboek van Anne Frank, keek documentaires, sprak overlevenden. Alles wat ik in die jaren tot me nam kwam voort uit persoonlijke belangstelling." Het verklaart waarom hij als on derwijswethouder in Amsterdam middelbare scholieren meenam naar vernietigingskamp Ausch witz. Als burgemeester van de tweede stad van Nederland reist hij met Rotterdamse pubers af naar kamp Westerbork. Bij het laatste bezoek bleef een Marok kaans meisje de hele tijd dicht bij hem in de buurt. En maar vragen stellen, over de nazi's toen en IS nu. Het uitstapje had dus zin, want Aboutaleb slalomt graag tus sen toen en nu. „De Tweede Wereldoorlog was uniek in zijn gruwelijkheid. Oor log gaat meestal over economie, over grond. Maar dit ging heel bij zonder over het uitroeien van de Joden, waar ze ook waren. Als je nu kijkt naar wat in Syrië en Irak gebeurt, dat vertoont trekjes van het etnische zuiveren - zoals we dat in de Tweede Wereldoorlog za gen. Alles wat niet verloopt via de religieuze normen van IS-leider Al-Baghdadi moet weg. Ook de moslims die er andere rituelen op na houden. En de rest van de we reld is niet zo snel bij machte om er een einde aan te maken. Heel veel slachtoffers, miljoenen men sen op de vlucht. De parallellen die dat meisje zag, zie ik ook. Want die zijn er." Bakfiets Toen: de Hongerwinter in het zwaar getroffen Rotterdam. Het verhaal dat hij ooit hoorde, over een echtpaar 'van Zuid'. „Dat met de bakfiets omliggende dorpen af ging, op zoek naar voedsel. Na een paar dagen keerde de man terug, hij duwde de bakfiets voort, zijn vrouw was niet meer te zien. Op de bak zat een afgedekte lading. Het vermoeden bestond bij de mensen in de omgeving dat ze eten hadden gevonden. Dat was niet zo, de lading was zijn overle den vrouw. Dit vind ik zo aangrij pend. Elke keer als ik dit vertel, knijpt mijn keel dicht." Dan - zoef- naar het nu. „Dan zie je 's avonds op de televisie beel den van een hek in Macedonië met uitgetelde kinderen die er niet door mogen. Ik heb er geen waardeoordeel over, je zal maar in de schoenen staan van de Macedo nische president of de regering daar. Ik treed niet in die discussie. Maar dat beeld is een gijzeling, zo ervaar ik dat." Van toen, het moment dat hij onwetend van de verschrikkingen van de oorlog begin jaren 70 naar Nederland kwam, naar nu; nog al tijd vestigen mensen uit andere werelddelen zich hier die niets we ten over de geschiedenis van 'hun' nieuwe land. Toeteren „Migranten zouden zich bij uit stek moeten oriënteren op de ge schiedenis van de natie waar ze deel van uitmaken. Niet per se om er hetzelfde gevoel bij te hebben, maar wel om een aantal dingen be ter te begrijpen. Dat je beter niet kunt toeteren naar een stoet op de avond van 4 mei, zo tegen 8 uur. Dat je niet gaat voetballen met kransen. Migrantenkinderen krij gen in het reguliere onderwijs les over de oorlog. Maar voor mensen die zich hier op latere leeftijd ves tigen, is de informatie over de oor log gebrekkig in het inburgerings- programma. Zij moeten het heb ben van hun wil om het te weten, van hun eigen interesse. Dat vind ik terecht hoor, maar die interesse moet je wel aanwakkeren." Als burgemeester van een plat gebombardeerde stad krabt hij ook 71 jaar na de bevrijding nog vrijwel dagelijks aan de Rotter damse oorlogslittekens. „Tegen buitenlandse gasten vertel ik al tijd dat ik in een paleisje werk. Maar dat er tot 14 mei 1940 nog veel meer paleisjes in deze stad stonden. En dat we door alle bom men van toen nu een modern stadscentrum hebben." door Jeroen Schmale 'Tot mijn 15e had ik nog nooit van Hitier gehoord' Burgemeester Ahmed Aboutaleb bij het monument De Verwoeste Stad van Ossip Zadkine op Plein 1940. foto Marco de Swart

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 4