71 H Een eigenzinnig mens in 'een schattig durps kuiltje' Voorspelbaarheid past niet bij Eric Rotte. Hij wil niet naar de horizon staren. Hij wil die beleven, voelen. Er omheen lopen. Met alle energie die in zijn lijf zit PORTRET 13 SK r lk leef een eenvoudig le ven. Maar ik werk als een hond. Wat ik ook doe, ik ga er he-le-maal voor. Echt tot het gaatje. Fatalistisch. MH ERIC ROTTE andenwrijvend staat Eric Rotte naast de houtka chel in zijn werk plaats. De zon ver liest het nog van de wolken. „Ik zou wel op een ei land in de Cariben kunnen wo nen", grinnikt hij. Doorleefde kop vol lachrim- pels. Pretogen en een hese lach. Een levensgenieter pur sang. Rust, regelmaat en voorspelbaarheid zijn voor hem de dood in de pot. „Wat heb je aan een relaxed be staan? Dat past absoluut niet bij me. Eerlijk gezegd kan ik dat van een ander ook niet begrijpen. Dat je die pakweg zeventig jaar die je is toebedeeld op deze kloot, achter over hangend doorbrengt. Starend naar de horizon. Ik wil die hori zon beleven, voelen. Er omheen lo pen." Van jongsaf aan was het al las tig de ongedurige Zeeuw in een keurslijf te persen. „Het schoolsys teem, daar kon ik niets mee. Ik was geen dwarse jongen, niet per se tegendraadser dan anderen. Ook niet echt een opstandige pu ber." Grinnikend: „Daar kwam ik thuis ook echt niet mee weg. Ik heb uiteindelijk m'n mavo ge haald, met mijn hakken over de fucking sloot. Ik kwam vrijdag thuis met dat diploma en m'n va der zei 'maandagochtend om half vier kun je beginnen bij kuiken- broederij Den Hollander op Seroos. Hij had voor me gesollici teerd." „Ik heb heel veel verschillende baantjes gehad, maar die werden vrijwel allemaal onderbroken door een zomer werken op Bosch- hoek in Oostkapelle. Het seizoens café van mijn ouders. Ik werd groot gebracht met het devies 'werken of je leven ervan afhangt'. Alles in dienst van het werk. In dat regime ben ik grootgebracht. Als ik achterlangs het huis liep en m'n vader zag, riep ie al 'even'.... Dan was ik weer aan de beurt. In de winter deed ik elk jaar twee cursussen. Ik heb alle horecapapie- ren, deed computercursussen, haalde m'n groot rijbewijs. Ik wil de leren. Vond dat ik mezelf moest verdiepen. Verbreden." Grinnikend somt hij op: „Chauffeur voor een groothandel in groenten en comestibles, bij een kaasboer, isoleerder van spouwmuren, koksmaat op een baggerboot, aankomend matroos op een fruitschip. Mijn cv in een time line krijgen lukt me niet meer. Ik heb zo onbehoorlijk veel gedaan." Zoektocht „Ik heb veel gereisd. Ben in zeven tig landen geweest. Waarom? Mis schien de klassieke zoektocht naar jezelf. Je blootstellen aan de we reld en eens kijken hoe jij je daar toe verhoudt. Het leven in Oostka pelle was stil. Je zat onder een stolp. Geluid van buitenaf drong niet door." „Ik had vriendschap gesloten met een Chinees op het dorp. Hij woonde in de wintermaanden in Singapore. Dat was mijn eerste reis. Maar had geen clue waar het eigenlijk lag. Vijf maanden zwierf door zuid-oost-Azië. Je wordt steeds makkelijker in het reizen. Voegt je steeds sneller. Naar jezelf, naar anderen. Het maakt je geeste lijk sterk. Ik heb vooral geleerd hoe onbeschoft rijk wij hier zijn. We zijn ons niet eens bewust van die rijkdom. We eisen, verwach ten alles. Je kunt echt een stuk eenvoudiger leven." „Ja. Ik leef een eenvoudig le ven." Grinnikend; „maar ik werk als een hond. Daar ga ik helemaal in op. Ik zit rechtlijnig in elkaar, maar heel veel straten lopen paral lel of kruisen elkaar. Ik ben een maker. Of ik nu een radioprogram ma presenteer, een kookprogram- ma maak, een restaurant run of meubels maak. Dat is mijn drift." Kastelein „Reizen heeft me geesteskracht ge bracht. Volwassenheid ook. Zeker in combinatie met de horeca waar in ik ben opgegroeid. Mijn vader was een kastelein van de oude stempel. Hij vond dat een zware verantwoordelijkheid en absoluut een vak. Ik heb geprobeerd zijn schoenen te vullen. Je wordt ach ter de bar wel dagelijks geconfron teerd met honderden mensen, honderden gedachten en menin gen. Daar word je verbaal flexibel van, maar het hardt je ook. Dat doet reizen ook met je. Je wordt harder. Voor een ander en voor je zelf." „Ik zoek nog steeds. Probeer m'n grenzen op te rekken. Maar al les moet gekoppeld zijn aan vak manschap. Anders sta je te roeren in een lege pan. Bereik je niets. Ik ben nu zes jaar bezig als meubel maker met oud eiken. Ik merk dat mens. Je kunt mij nooit treffen op een slecht moment. Maar ik ont leen mijn lach niet aan een massa mensen." „Ik zie mezelf als niet ter zake doend. Eventjes hier op aard. Ik hoef geen handtekening na te la ten. Over honderd jaar jaar lult er geen een meer over me." „Ik wilde zelf geen kinderen. Hoef niet zo nodig iets toe te voe gen aan wat onze soort hier doet. Onze soort is toch al onhoudbaar. Ik ben ook een relativeerder. Ik trek alles in een iets groter spec trum. Dan weet ik ook wel dat ons kleine klontje in het hele heel al geen draadje voorstelt. Dat vind ik dan wel weer een geruststellen de gedachte. Maar ik heb de mens heid niet overdreven hoog zitten." „Ik zit hier lekker in een schat tig kuiltje in de grond. In Grijps kerke. Hier dringt het geluid van de wereld ook niet altijd door in het stolpje. Ik kan dat nu filteren. Er zijn zo veel andere middelen om op de hoogte te blijven." „Ik voel me over hoefik niet len. Iedere dag is de dag. Mis schien heb ik dat wel te danken top. Daar- te twijfe- een goe- het anders tegen me is gaan pra ten door de tijd heen. Ik weet steeds beter hoe ik het kan knech ten, naar m'n hand zetten." La chend: „Na mijn dood mogen ze ook met mij doen wat ze willen. Maar niet bij leven. Niemand sleept me ergens heen waar ik niet wil zijn." „Wat ik ook doe, ik ga er echt he-le-maal in. Tot het gaatje. Fata listisch. Maar als het leidt tot een herhaling van zetten, heb ik een probleem. Wat er dan gebeurt, kan ik niet voorspellen. Dat er wat anders komt, is een ding dat zeker is. Ongeacht de consequenties. Voor anderen lastig om bij te hou den. Ik herken dat ook bij mensen met dezelfde driften, vechtlust. Ik maak een ontzettend kielzog en verwacht dat anderen daarin vol gen. Je moet daar wel aandacht voor hebben, anders ben jij alleen bezig met je eigen koers en moet de ander dat kielzog gladstrijken." „Mijn partner begrijpt dat. We hebben allebei onze passies. Doen onze eigen dingen. Dat past. Of ze me rust brengt?" Luid lachend: „Godsamme nee joh." „Ik ben heel toegankelijk, maar ook een beetje mensenschuw. Zoek de massa niet op. Socializen vind ik lastig." „Mijn vader is een grote inspira tiebron. Dat kan ook bijna niet an ders. We hebben tenslotte 25 jaar in Boschhoek op dezelfde vierkan te meters gewerkt. Hij zei altijd 'als ze onder de bar je poten afza gen, sta je boven de bar te lachen'. Ik heb later een dergelijke spreuk gevonden op een rommelmarkt in Engeland. Op een koperen pla teau; 'It costs nothing to smile but it hurts sometimes'. Ik lach veel en graag. Ik ben een gelukkig aan m'n reizen. De misère die ik heb gezien. Prima zo." „Ik denk met heel veel plezier terug aan de periode dat ik het res taurant De Kluizenaar had in Mid delburg. Dat was een gat in de markt, iets doen met de Zeeuwse identiteit. Niemand liep toen te koop met Zeeuwse producten. Al les wat we hadden, ging naar het buitenland. Stroopvet met kaan tjes zette ik altijd ter verwelko ming op tafel. Een stukje thuis. Maar daar moest ik wel opeens snel leren koken. Dat was een heel steile leercurve. Eten moet je be grijpen. Het is niet alleen creatief zijn. Het moet samengaan met kennis, begrip. Een wonderlijke wereld." Etiket „Ik ben daar televisie bij gaan doen, voor Omroep Zeeland. Ik had nooit de intentie dat lang te doen. Dan krijg je het Swieber- tje-effect. Ik ben de veranderko- ning. Plak me geen etiket op. Ik trek dat niet. Dat vreet mijn paard niet." „Ik ben een Zeeuw ja. Je moet je regio uit om die te waarderen. Om te kunnen leven in een omge ving zoals hier. Ze verkopen over al brood en je hebt overal goede en slechte mensen. Dan is het in Zeeland prima leven." „Ik kom nu wel in contact met een andere realiteit. Mijn lichaam is inmiddels over the hill. Ik heb het nooit ontzien. Dramatische stappen gemaakt. Daar stopte ik al m'n energie in. Godverdomme. Al les tegelijk. Dat moest. Het was nooit genoeg." „En dat is nog zo. Ik geef iedere dag energie tot die helemaal op is. Ik doe wat ik ben." ZATERDAG 30 APRIL 2016 foto Mechteld Jansen Oostkapelle Eric Rotte werd 24 ja nuari 1961 geboren in Oostkapelle. Hij door liep daar de lagere school aan de Toren straat. Hij haalde zijn ma vo-diploma in Goes. Werk Van aankomend ma troos, koksmaat op een baggerschip, isoleerder van spouwmuren, televi siepresentator, restau ranteigenaar tot meubel maker. Warstaal Eric heeft zijn eigen meubelmakerij, Wars taal in Grijpskerke. door Annemarie Zevenbergen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 13