Een zeldzame schuwe moerasvogel Moord of ziekte op het fort? r-v ZEELAND 11 M Zeeuwen in de buiten Piet Louwerse is aan de voorzichtige kant. Een man met een rugspuit: zo'n beeld kan - vreest hij - com mentaar opleveren van scherpslij pers. Terwijl hij toch niks illegaals aan het doen is. We bevinden ons op een perceel aan de Kie- vitshoekweg in de omgeving van het Walcher- se Serooskerke. Louwerse is weliswaar een boer op leeftijd, maar hij is nog steeds actief. Op de akker waar hij nu loopt stonden vorig jaar bloemkolen. Om de zware oogstmachines op het land beter te kunnen hanteren, werden er tussen de kolen graspaden gezaaid. Die paden werden na de oogst ondergeploegd. Daar waar de omgelegde klei het gras niet helemaal bedek te, schiet het nu weer op. Daarvoor is Louwerse dus in de weer. Hij loopt de oude paden langs, om het hardnekkige gras dood te spuiten. Dit jaar komt er venkel op de akker te staan. Louwerse is al heel zijn leven boer. Hij bivak keert graag in de buitenlucht. Nee, zonnebrand middelen heeft hij niet nodig. Ook geen hoed of pet. „Dat gaat allemaal vanzelf', zegt hij. Over het boerenleven nu heeft hij niet veel tekst: „Voor mij is het niet meer zo spannend, ik ben al op leeftijd. Maar dat de boeren het niet gemakkelijk hebben, dat klopt wel." En het Zeeuwse land? Dat heeft hij in zijn hart gesloten. Lekker weids, lekker open. Nee, hem hoefje nergens anders neer te zetten: „Ik ben nu eenmaal graag in mijn eigen buurt." Natuurjournaal doorChiel Jacobusse HETZEEUW5E LANDSCHAP Het was een hele sensa tie onder vogelmin- nend Nederland toen Mr. Thom Lebret, roem rucht Zeeuws vogelaar van het eer ste uur, een kleine kolonie kwak ken ontdekte. Het was in 1946 en de ontdekking vond plaats in de Biesbosch, toen nog zoetwaterge- tijdengebied met afgelegen plaat sen waar vrijwel nooit iemand kwam. Lebret was destijds een fre quent bezoeker van de Biesbosch en hij had er nooit eerder een kwak waargenomen. Maar het feit dat de kolonie al bij ontdekking 17 paren telde deed sommige voge laars veronderstellen dat de kwak al iets langer in de Biesbosch of omgeving voorkwam. Dat is later ook gebleken, onder andere van een eendenkooi bij Capelle. Om streeks dezelfde tijd werden in de Maire op Schouwen-Duiveland zes kwakken losgelaten die uit Joe goslavië geïmporteerd waren. Ook die kwamen gedurende een enkel jaar ter plekke tot broeden. Eeuwen geleden was de kwak in Nederland een heel gewone broedvogel. In Zeeland broedden kwakken rond 1530 in een ge mengde kolonie met lepelaars en aalscholvers bij Sint-Kruis in West-Zeeuws-Vlaanderen. Het zal daar niet anders toegegaan zijn dan in de kolonie in het Goudse bos, waar in 1357 zo'n tweedui zend jongen 'geoogst' werden voor de consumptie. Dat oogsten gebeurde door aan de bomen, waarin de nesten lagen, te schud den, waarna de jongen uit de nes ten naar beneden vielen. Daar bij Gouda moet destijds een kolonie van duizenden paren geweest zijn, zoals er heden ten dage in Zuid- en Midden-Europa nog steeds te vinden zijn. Nadat de kwak in de negentien de eeuw door vervolging op het randje van uitsterven belandde en vervolgens geheel verdween is er van grote kolonies nooit meer sprake geweest. De kwak werd een geheimzinnige vogel, die al leen of met enkele paren bij elkaar in ontoegankelijke bossen in uitge strekte moerassen nestelde. Een waarneming van deze voorname lijk in de nachtelijke uren actieve reiger, werd voor iedere vogelaar een zeldzaam buitenkansje. En dat is tot op de dag van vandaag het geval. Tenminste... voor het overgrote deel van de kwakken. Maar dat is niet het complete ver haal. Want ondanks hun schuwe en teruggetrokken levenswijze pas sen kwakken zich vrij gemakke lijk aan in gevangenschap. In die rentuinen en vogelparken planten zij zich zelfs volop voort; zo veel dat er al snel een overschot ont staat. En in veel gevallen worden kwakken dan losgelaten om hun geluk in het wild te zoeken. Het spreekt voor zich dat die losgela ten kwakken heel wat minder schuw zijn dan hun oorspronke lijk wilde soortgenoten. Maar toch: ze planten zich voort in het wild en de jongen van de dieren tuinvogels vertonen het normale trekgedrag; wat inhoudt dat ze de winter in Afrika doorbrengen. Maar het is een rare gewaarwor ding als je in of rondom het park Toorenvliedt, of zelfs middenin de bebouwde kom van Middelburg ineens geconfronteerd wordt met zo'n zeldzame, schuwe moerasvo gel. Die Zeeuwse kwakken zijn waarschijnlijk van origine afkom stig uit het Belgische Zwin, waar eind vorige eeuw een aantal kwak ken werd uitgezet. Ze verspreid den zich over de regio, maar afge zien van een enkel (waarschijn lijk) broedgeval bij Oostburg, nes telen ze niet in onze regio. Uit de Zeeuwse klei Op het zuidelijke bas tion van Fort Ram- mekens bij Ritthem deed de Walcherse Archeologische Dienst in het voorjaar van 2012 een lugubere ontdekking. In een inderhaast gegraven kuil vonden ze het skelet van een man van middel bare leeftijd, minimaal 40 jaar, zonder kist of bijgiften. Hij moet ongeveer 1,71 meter groot zijn geweest en werd op de rug begraven met minimaal één hand op de borstkas. Afwijkin gen in de borstwervels kunnen wijzen op letsel, ziekte of bot- ontkalking. Het gebit vertoont ernstige tandsteen. Het skelet heeft ook opvallend vrouwelij ke kenmerken. Op basis van de laag waarin het graf zich be vond, kan de man hier eind achttiende eeuw begraven zijn. Maar wie was hij? Het weinig ceremoniële karakter van het graf doet geen belangrijk per soon vermoeden. Ook zijn er geen sporen van geweld of on geval op het botmateriaal terug gevonden. Wel was er in deze periode op het fort een zieken huis gevestigd, waar patiënten tijdelijk in quarantaine verble ven. Waar de persoon vandaan kwam is niet duidelijk, maar ze ker is dat hij niet in Zeeland is geboren. De dekzandgronden van Noord-Brabant of de Lim burgse lössgebieden, maar ook Engeland, Duitsland en Scan dinavië behoren tot de moge lijkheden. Had deze man een speciale band met het fort? Werd hij slachtoffer van een ernstige ziekte en begroef men hem in alle haast om verdere besmet ting te voorkomen? Of hebben we hier te maken met een mis drijf waarvan de sporen verdoe zeld moesten worden onder de dikke aarden pakketten van het fort? Voorlopig geeft deze mys terieuze overledene zijn gehei men niet prijs... De aarden pakketten op het fort verborgen echter nog meer verrassingen. Zo troffen de ar cheologen in de door de Fran sen opgebrachte lagen veel ge fragmenteerd menselijk botma teriaal aan. Dit was vermoede lijk afkomstig van een nabijgele gen (verdwenen) kerkhof dat, allicht per ongeluk, op de schop ging en met de grond werd meegevoerd naar het fort. WOENSDAG 13 APRIL 2016 Op pad met de rugspuit door Jan van Damme AJT? Piet Louwerse in de omgeving van Serooskerke op Walcheren, foto Lex de Meester De kwak is voornamelijk actief in de nachtelijke uren. foto Chiel Jacobusse door Bram Silkens en Lisette Kootker Bram Silkens werkt bij de Walcher se Archeologische Dienst, Lisette Kootker bij VU University Amster dam Het mysterieuze skelet van Fort Rammekens. foto WAD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 39