Zeven eilanden voor kustvogels
Sluizenaren
gamen al
eeuwen
ZEELAND 11
Uit de Zeeuwse klei
Zeeuwen in de buiten
Hij staat bij de Sint Jacobskerk in
Vlissingen. Simon Job Klein-
man. De melkboer. Het cen
trum van de Scheldestad is zijn
vaste wijk. En hij doet aan
scheepsbevoorrading. Al veer
tig jaar zit hij in het vak. Op zijn veertiende be
gonnen als zaterdaghulpje in de winkel van
Goedhart. Sinds 22 jaar heeft hij een eigen zaak.
Kleinman heeft de tijd nog gekend dat het
wemelde van de collega's. Melkboeren, en ook
groenteboeren, bakkers, schilleboeren, schare-
sliepen - het was een drukte van belang. Inmid
dels is het stil geworden op straat. Simon Job
Kleinman is op Walcheren de enige melkboer,
die nog twee tot drie keer per week aan de deur
komt. Als u dat wilt, want de klant is koning.
Nog tien jaar moet hij het volhouden. Met
dank aan de nieuwe pensioenregels. Niet dat hij
daar moeite mee heeft. „Het is leuk en afwisse
lend werk", zegt hij. Om eraan toe te voegen
dat er wel sprake is van wat slijtage. Veel tillen
en sjouwen, vaak trappen lopen, dat gaat je alle
maal niet in je koude kleren zitten.
„Nee, het is geen vetpot. Mijn werk is kosten
dekkend", klinkt het diplomatiek. Inderdaad,
hij zal zijn dochter niet aanraden om in zijn
voetsporen te treden. Kleinman: „De maatschap
pij is harder geworden. Mensen zijn er minder
voor elkaar. Toch wordt me soms wel gevraagd,
of ik de familie wil bellen als het nodig is. Dat
doe ik dan, daar ben je mee opgegroeid."
doorChiel Jacobusse
HET ZEEUWSE LANDSCHAP
Zeeland is van origine een
eilandenrijk. Op een Mid
deleeuwse kaart zie je
dat wat nu Zeeland heet
bestond uit een hele reeks kleine
re en grotere eilanden. In de loop
der eeuwen zijn veel van die eilan
den door steeds weer nieuwe in
polderingen geleidelijk versmol
ten tot grotere eilanden. Pas aan
het einde van de negentiende
eeuw en vooral in de twintigste
eeuw werden de oorspronkelijke
eilanden door dammen, bruggen
en dijken verbonden met het vas
teland.
Het is mede door het verdwij
nen van die isolatie dat zoogdie
ren ongehinderd toegang hebben
tot het vroegere eilandenrijk. Zo
kon de veldmuis oprukken ten
koste van de oorspronkelijk meest
algemene noordse woelmuis en
ook het oprukken van de vos zoals
dat nu gebeurt zou in de oorspron
kelijke eilandensituatie onmoge
lijk zijn geweest. Enerzijds is de
komst van de vos een verrijking
van de levensgemeenschap; ander
zijds dreigt er gevaar voor een
groep oorspronkelijke Deltabewo
ners; namelijk de in kolonies broe
dende kustvogels.
Deze vogels broeden in kolo
nies uit veiligheidsoverwegingen.
Samen zijn ze sterk om vijanden
als hermelijnen en kiekendieven
partij te geven. Niet dat die geen
kuikens of eieren bemachtigen,
maar het aantal blijft beperkt. Te
gen een relatief overmachtige vij
and als de vos hebben meeuwen
en sterns geen verweer en daarom
broeden ze op plaatsen die voor
dieren als de vos niet of moeilijk
toegankelijk zijn. Dat kunnen stei
le rotsen zijn, maar ook eilanden
die op voldoende afstand van de
vaste wal gelegen zijn. Daarom
kon de Delta zich voor deze soor
ten vanouds ontwikkelen tot een
belangrijk broedgebied.
Hoeveel impact de komst van
de vos heeft op broedende kustvo
gels bleek de laatste jaren in het
Verdronken land van Saeftinghe.
Kustvogels als zilvermeeuwen,
kokmeeuwen en visdieven, die er
oorspronkelijk met duizenden
broedden verdwenen in korte tijd
volledig. Geraadpleegde deskundi
gen voorspellen dat het een kwes
tie van tijd is voordat ook op ande
re schorren de kolonievogels ver
dreven worden. Als dat gebeurt is
er een deel van de vogels dat sim
pelweg verdwijnt; een ander deel,
vooral zilvermeeuwen, maar ook
visdieven, zo is gebleken, zoekt
veiligheid op platte daken van ge
bouwen in de steden. Daar ont
staat vaak gedoe en overlast. Alle
reden dus voor het ontwikkelen
van alternatieve broedplaatsen.
Zo ontstond het idee voor een
zeveneilandenplan. Dat omvat de
aanleg en het beheer van broedei-
landen in de Ooster- en Wester-
schelde. In het plan zijn twee be
staande eilanden waar veel kolo
nievogels broeden opgenomen, na
melijk de Bol op de Hooge Platen
en het voormalig werkeiland Neel-
tje Jans. Verder wordt de ontwik
keling van vijf nieuwe eilanden be
oogd op diverse zandplaten. Die
hebben overigens hun eigen na
tuurwaarden dus ook daar moe
ten we heel zuinig op zijn. Het
gaat dan ook niet om grote opper
vlakten, en dat is ook niet nodig,
want kustvogels broeden heel
dicht op elkaar.
Het zal overigens geruime tijd
duren voordat de aanleg daadwer
kelijk kan beginnen. De Deltawate
ren worden strikt beschermd in
het kader van Natura 2000 en iede
re ingreep wordt streng getoetst.
Dat is maar goed ook, want het
gaat om grote internationale na
tuurwaarden. Anderzijds dringt
de noodzaak om snel iets voor ko
lonievogels te doen.
Een uitgebreid beerput-
tenonderzoek in Sluis
leverde in het voorjaar
van 1998 verrassende
vondsten op. Langs de Lange
Wolstraat is in dat jaar het ap
partementencomplex De Kog
ge gebouwd. Voorafgaand aan
de nieuwbouw voerde het toen
malig Provinciaal Archeolo
gisch Centrum Zeeland een ar
cheologische opgraving uit. Bij
dat onderzoek werden onder
meer muurresten van mini
maal drie laatmiddeleeuwse
huizen, een groot aantal beer
putten, funderingen en de beer
put van de middeleeuwse ge
vangenis 'Het Steen van de
Watere' aangetroffen.
De veelal ongestoorde beer
putten van de huizen bleken rij
ke vondstmaterialen te bevat
ten. In de vulling van de putten
bevonden zich voorwerpen van
aardewerk en glas, die afkom
stig zijn uit bijvoorbeeld Syrië,
Spanje en Frankrijk. Ze laten
zien dat er handelscontacten
met vooral Zuid-Europese lan
den en het Midden-Oosten wer
den onderhouden en ze onder
strepen daarmee de welvaart
van Sluis in de 14de en 15de
eeuw. Andere vondsten wijzen
erop dat de laatmiddeleeuwse
Sluizenaren ook tijd hadden
voor de nodige ontspanning. In
een van de beerputten uit de
veertiende eeuw waren - naast
een enorme hoeveelheid frag
menten van glazen - namelijk
zes schijven aanwezig. Ze wa
ren gemaakt van been, versierd
met meerdere concentrische cir
kels en hadden een diameter
van ruim 4 centimeter. Moge
lijk zijn het damstenen. Het
damspel werd al in de late Mid
deleeuwen beoefend; alleen tel
de het speelbord toen 64 vakjes
in tegenstelling tot de too van
tegenwoordig. Als het inder
daad damstenen zijn geweest,
zijn het vermoedelijk de oudste
die tot op heden in Nederland
zijn gevonden. Een andere mo
gelijkheid is dat ze bij het back-
gammonspel zijn gebruikt. Dat
spel is veel ouder en werd al in
de oudheid gespeeld. Het En
gels dammen ofwel 'checkers'
ontwikkelde zich in de twaalf
de eeuw; hierbij werden de ste
nen van backgammon ge
bruikt. Voor backgammon ge
bruiken twee spelers elk vijf
tien schijven en twee dobbelste
nen. Toeval of niet, maar uit de
vulling van een andere gelijktij
dige beerput bij de buren
kwam een kleine benen dobbel
steen tevoorschijn!
WOENSDAG 6 APRIL 2016
Nu is
hij er
alleen
door Jan van Damme
Tegen een vijand als de vos hebben meeuwen en sterns geen verweer.
door Hans Jongepier
Hans Jongepier werkt bij Stichting
Cultureel Erfgoed Zeeland
Middeleeuwse speelschijven
(damstenen?) uit Sluis.
foto Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland
Simon Job Kleinman, de melkboer van Vlissingen. foto Lex de Meester