Pannenkoekenbakker is spekkoper
Burgemeester Hans Janssen van Oisterwijk hekelt de slappe knieën
van het rijk bij de opvang van vluchtelingen.
CDA'er pleit voor grootschalige opvanglocaties
NIEUWS 13
Bijzonder
winstgevend
gerechtje
V-\
OISTERWIJK. Het moet maar eens ge
zegd worden, zegt CDA'er Hans Jans
sen (51). Omdat de nationale overheid
bij de opvang van asielzoekers in gebre
ke blijft, krijgen lokale bestuurders het
onnodig zwaar te verduren. „Als je
voortdurend bang bent voor electorale
gevolgen, dan kun je eigenlijk niet be
sturen. Je moet natuurlijk rekening
houden met gevoelens van de bevol
king, maar als dat je enige leidraad is,
dan bestuur je niet meer. Het is op na
tionaal niveau allemaal te vrijblij
vend", aldus de burgemeester van
Oisterwijk die op zijn eigen grondge
bied een asielzoekerscentrum heeft
met 450 vluchtelingen. Inmiddels 25
jaar oud, het oudste van Brabant.
„In de jaren 90, tijdens de crisis in
Joegoslavië die ook een grote stroom
vluchtelingen op gang bracht, kreeg je
vanuit Den Haag gewoon te horen dat
opvang moest. Dan had je wel discus
sie, maar die ging alleen nog over de
voorwaarden. Als je zoals nu alleen
de paraplu van het Centraal Orgaan op
vang Asielzoekers. Zonder duidelijke
uitspraken uit Den Haag ligt het beleid
al snel op bordje van een burgemeester
die welwillend wil zijn, maar zijn ge
meente ervan moet overtuigen dat het
moet gebeuren.
„Dat Den Haag heel omzichtig om
gaat met de opvang komt natuurlijk
ook door de politieke verhoudingen
van dit moment. Bovendien komen er
parlementsverkiezingen aan, volgend
jaar. Iedereen zoekt positie. Maar zo
lang het kabinet ervoor kiest geen taak
stelling op te leggen voor de opvang
van vluchtelingen, iets wat met status
houders wel gebeurt, dan weet je dat
er altijd een reden is om niet mee te
doen. Kijk wat er in sommige gemeen
ten gebeurt. Kijk naar Bernheze, waar
politici buigen voor de wil van de
straat. Er ging een streep door de op
vang. En als elders wordt gezegd 'we
doen wel wat, maar minder', terwijl
die kleinschalige opvang drie keer zo
veel kost, dan denk ik dat we aan het
wegduiken zijn."
'Vier locaties
voor honderd
mensen zijn
veel duurder
dan één voor
vierhonderd'
vraagt 'heb je mogelijk een locatie, ja
of nee?', dan krijg je niet wat nodig is.
Met alleen verzoeken kom je er niet",
zegt de CDA'er.
Burgemeesters in Nederland staan
daarom bij de opvang van vluchtelin
gen vol in de wind. In het getouwtrek
om opvangplaatsen zijn zij het stoot-
blok tussen nationale bestuurders en
de eigen bevolking.
Janssen: „Opvang is geen eigen be
voegdheid van de burgemeester, maar
het lijkt er soms wel op. De opvang is
primair geen lokale of regionale opga
ve, maar een nationale opgave. Onder
Grote aantallen leiden tot commo
tie, zo blijkt telkens. Janssen: „Alles
wat groot op je afkomt, lijkt bedrei
gend. Natuurlijk, als het klein is, wordt
het gemakkelijker geaccepteerd. Maar
als klein financieel niet verantwoord
is, wat doe je dan? Vier locaties voor
honderd mensen zijn veel duurder dan
één voor vierhonderd. En een grotere
opvang kan net zo goed werken als
vier kleine. De burgemeester van Nij
megen heeft er duizenden opgevangen
en concludeert dat het kon. En dat zijn
de aantallen die nodig zijn."
Waarom lukt grootschalige opvang in
Oisterwijk? „We hebben een van de
oudste azc's en zoals het gaat, dat zou
je een voorbeeld kunnen noemen. Na
tuurlijk zijn er wel problemen, bij
voorbeeld als kinderen gaan puberen.
We hebben recent het aantal minder
jarigen teruggebracht omdat er te
veel onderlinge problemen kwamen.
Maar in de beeldvorming is een azc
met bijna vijfhonderd mensen al snel
een bron van overlast.
„Mijn overtuiging is: wie op af
stand blijft en nooit een vluchteling
spreekt, betrekt alles snel op zichzelf.
Mensen zeggen dan 'en ik krijg niks'
of 'mijn tante wacht al lang op een
huurwoning en zij krijgen er wel
een'. Ik begrijp dat wel, maar met
vluchtelingen is meer aan de hand
dan alleen maar het zoeken naar een
woning."
Na de Eerste Wereldoorlog gaf
Oisterwijk onderdak aan vierduizend
vluchtelingen uit België. In een dorp
dat net zoveel inwoners telde. Jans
sen: „Dat gebeurde toen gewoon. De
samenleving accepteerde dat. Al le
ven we in een andere tijd, het draait
nog steeds om die ene constante
waarde, die van medemenselijkheid.
„Ik vind het jammer als mensen er
alleen op hameren dat opvang hun
welvaart schaadt. Als ik bondskanse
lier Angela Merkel hoor, dan heb ik
daar respect voor. Als je zo'n overtui
ging in je beleid legt en daaraan vast
houdt. Deze crisis gaat over mensen,
over mens zijn. Opvang is een collec
tieve verantwoordelijkheid waar je
ook als burgemeester een rol in hebt
en dus standpunten over moet inne
men. En die moet je uiten, zoals nu."
De oer-Hollandse lekker
nij is onverminderd po
pulair, merkt ook Sebas
van Look van het Rot
terdamse pannenkoekenhuis
Stroop. Het geheim: „Mensen
gaan voor laagdrempeligheid."
Het is goedkoop, snel en lekker.
Van Looks zaak, die afgelopen
oktober de deuren opende in de
Vinex-wijk Nesselande bij Rotter
dam, oogt allerminst traditioneel.
Er zijn geen kleedjes, koperen pot
ten en geruite gordijntjes, wel
knalblauwe lederen stoelen en
een enorme foto van de zee op de
muur. Toen de horecaondernemer
die ook een brasserie heeft, een
tweede zaak besloot te openen,
twijfelde hij geen moment: „Ik
ben een pannenkoekliefhebber",
zegt hij.
Hoewel er volgens adviesbu
reau Van Spronsen en Partners vo
rig jaar 368 pannenkoekenrestau
rants waren in Nederland, was
het kinderrijke Nesselande nog
een witte vlek op de kaart. Het
bleek een schot in de roos. „We
krijgen vooral jonge gezinnen
over de vloer", vertelt Van Look.
Dat geldt volgens deskundigen
ai
voor de meeste pannenkoekenhui
zen, én het verklaart het succes.
„Ze plukken de vruchten van de
recessie", zegt Niek Timmermans,
onderzoeker bij Van Spronsen en
Partners. „Het is voor veel men
sen een relatief goedkoop alterna
tief voor luxe uit eten gaan."
Pannenkoekenrestaurants kun
nen in relatief weinig tijd veel
mensen helpen, zeker een pre als
er ook kinderen aan tafel zitten.
„Ook als we drie gangen serveren,
kun je binnen een uur weer bui
ten staan", zegt Van Look. Dan
kunnen meteen weer nieuwe beta
lende klanten aanschuiven.
Die kunnen bij Stroop, net als bij
veel concurrenten, overigens ook
terecht voor soep of een tosti. „Zo
Hoewel bezoekers in pan
nenkoekenhuizen relatief
weinig geld uitgeven - ge
middeld 11,50 euro per per
soon - is de business toch
lucratief. De gerechten, die
meestal voor 8 tot 10 euro
op de kaart staan, zijn goed
koop te produceren. Procen
tueel zijn de inkoopkosten
17 tot 23 procent van de om
zet, heeft Niek Timmer
mans van adviesbureau
Van Spronsen en Partners
uitgerekend. „Bij de andere
horecagelegenheden is dat
zo'n 30 procent. Dus pan
nenkoekenrestaurants heb
ben een bruto winstmarge
van grofweg 80 procent,
10 procent meer dan de
overige horeca."
spreken we ook mensen aan die
geen zin hebben in pannenkoek."
Een ander geheim van het suc
ces is de liefde van ouderen voor
bezoekjes aan pannenkoekenres
taurants. „Het is een groeimarkt,
er komen steeds meer senioren",
zegt onderzoeker Timmermans.
Van Looks vader, die gisteren
een pannenkoek probeerde in de
zaak van zijn zoon, kiest voor de
variant met spek, veruit de popu
lairste onder klanten. Net als de
meeste andere collega's heeft Van
Look talloze 'exotische' keuzes op
de menukaart staan, met onder
meer mozzarella, ansjovis en
shoarma. Maar: „De meeste men
sen gaan toch voor de vertrouwde
pannenkoek."
AANTAL
PANNENKOEKEN
RESTAURANT&ft
NEDERLANQk
2012: 343
2014:
2015: 368
VRIJDAG 18 MAART 2016
foto Marcel van der Vlugt
door Hans van Zon
door Leon van Wijk
Het aantal pannenkoekenhuizen in
Nederland rijst de pan uit. Vooral
gespecialiseerde restaurants, met
pannenkoekvariaties in alle soor
ten en maten, zijn in opmars.
878
Leerlingen van 878
basisscholen, een
recordaantal, bakken
vandaag op Nationale
Pannenkoekdag lekkernijen
voor ouderen. In 2007
deden 60 scholen mee.
Meisjes genieten in restau
rant Stroop in Rotterdam van
hun pannenkoek.
foto Frank de Roo