Wachten op de havik Het mes gescherpt! BUITEN 11 Zeeuwen in de buiten Bram Hoogesteger uit Aardenburg is druk bezig met het speelklaar maken van de gravelbanen van de Tennisclub SJEF in zijn woon plaats. Hij maakt deel uit van het vijf leden tellende onderhouds- team van de plaatselijke tennisvereniging. „Ik schat dat we eind deze week de werkzaamhe den kunnen afronden", zegt Hoogesteger. Het werk bestaat onder meer uit het aanbren gen en rollen van nieuwe gravel - gemalen bak steen. De gravel moet vervolgens hard worden, daarna gaat de roller er opnieuw overheen. „Als dat gebeurd is, slaan we de - plastic - lijnen met spijkers in de baan", vertelt de Aardenburger. „En op het laatst worden de netten geplaatst." De vereniging houdt zaterdag 26 maart het eerste evenement van het seizoen: het openings- toernooi voor alle leden. De tennisclub heeft vijf banen en telt driehonderd leden. De club is vernoemd naar Sjef van Dongen. „Dat was de toenmalige burgemeester van Aardenburg (van 1946 tot 1962, red)", weet Hoogesteger. Ver voor zijn ambt als burgemeester was Van Dongen nog even poolreiziger. De gepensioneerde Hoogesteger (66) is sinds kort vrijwilliger bij de tennisvereniging. Hij valt in voor de groundsman van de club, die een nieuwe heup krijgt. „De groundsman zorgt voor het onderhoud en beheert de banen. Ik heb dertig jaar bij de club getennist. Nu kan ik iets terugdoen voor de vereniging." kraaien in de buurt zijn, blijken er wel andere geïnteresseerden voor een hapje duivenvlees! De buizerd die vanmorgen op bezoek geweest is, heeft de kop van de duif afgebeten en daar komt zo waar een vrouwtjesmerel op af. Die pikt de ogen uit en doet zich uitvoerig tegoed aan de herse nen. Wie had dat ooit van zo'n on schuldige tuinvogel verwacht? In eens begint de merel te schetteren en de staart gaat geagiteerd op en neer. Er landt een grote roofvogel en de merel en de roodborst ma ken zich met gezwinde spoed uit de voeten. Een havik? Nee op nieuw een buizerd, maar als er een ruiter passeert vliegt de vogel binnen twee minuten weer weg en komt niet meer terug. Het licht wordt opnieuw min der en na verloop van tijd breekt er weer een winterse bui los. Er klinkt een luide klap onweer en nog geen vijf minuten later horen we een stem buiten de hut: „Ik kom julie ophalen." Het is vier uur geweest als we stijf en verkleumd uit de hut naar boven klauteren. Geen havik ge zien, maar een hoop ervaringen rijker klimmen we in de terrein wagen van Glenn, onze gastheer. Met een blaadje vol aantekenin gen waar we op moeten letten als we zelf een reeks fotohutten gaan realiseren in Waterdunen. Natuurjournaal cure en bovendien is het zo don ker geworden dat de camera in de meest aangepaste instellingen nog maar een beeld kan maken op één vijftiende seconde. Veel te traag om een scherpe foto van welke vo gel dan ook te kunnen maken. Maar na ruim een kwartier is de bui voorbij en het wordt weer lich ter. Er komt zowaar een zonnetje door. We verbazen ons over het ont breken van kraaiachtigen. Zou je in de polder ergens een aangevre ten dode duif neerleggen dan zijn kraaien en eksters er als de kippen bij. Hier in het bos vertoont zich geen enkele kraaiachtige. Maar er zijn andere gegadigden. De hele dag scharrelt er een roodborst rond bij de veren van de geplukte duif. Eventjes dachten we dat het te doen was om nestmateriaal, want af en toe zagen we de rood borst met een pluk veren in de bek. Maar al snel bleek dat de rood borst bezig was om de vleesresten van de veerschachten af te halen om die als voedsel te verorberen. Als er dan geen meeuwen of door Chiel Jacobusse HET ZEEUWSE LANDSCHAP Weggedoken in een grotendeels onder grondse hut van één meter tachtig bij één meter twintig zitten we al uren te wachten of er een havik af komt op de dode duif die voor de hut is neergelegd. We zitten be schermd achter een kijkspleet die afgeschermd is met casinoglas, zo dat zelfs scherpe haviksogen ons onmogelijk kunnen ontwaren. Dat menen we zeker te weten, maar of het helemaal klopt? In één van de hoge dennen voor de hut is op een hoogte van een meter of acht een grote roofvo gel neergestreken. Vermoedelijk een havik. Met de camera schuin omhoog maak ik alvast een sil houetbeeld, maar daar komt wei nig van terecht. En als we vijf mi nuten later weer voorzichtig naar boven loeren is daar geen roofvo gel meer te zien. We voelen dat het kouder wordt en ineens begint het fiks te hagelen. Urenlang stil zitten in een ijskoude hut is echt geen sine- Uit de Zeeuwse klei De Walcherse Archeo logische Dienst heeft verschillende bijzondere messen uit de Vlissingse binnenstad ge documenteerd. Een fraai exem plaar uit de eerste helft van de zestiende eeuw komt van de Grote Markt. Het erotisch getin te houten mesheft stelt een doe delzakspeler voor, die in een stoel zit. De doedelzak zelf heeft de vorm van een vrou wenlichaam, waarvan de benen om de heupen van de speler zijn geklemd! Zelfs de stoel is in detail uitgesneden. Meshef ten met een doedelzakspeler worden vaker gevonden, maar ze zijn steeds een stuk jonger dan dit exemplaar, en altijd in koper gemaakt. Een zo mooi uitgevoerd mes in hout als dit Vlissingse voorwerp is nage noeg niet uit archeologische on derzoeken bekend. Uit een tonput aan de Spui straat kwam een bijzonder mes uit de periode 1575-1650. Het ij zeren lemmet steekt in een eb benhouten heft, dat is versierd met een leeuw. Ebbenhout is een tropische hardhoutsoort met een karakteristieke donke re kleur en goede bewerkingsei genschappen. In de zeventien de eeuw werd deze houtsoort door de Verenigde Oost-Indi sche Compagnie (VOC) in gro te hoeveelheden vanuit de tro pen verscheept, met Amster dam als stapelplaats. Men hield de prijs kunstmatig hoog door het hout in pakhuizen op te slaan en maar mondjesmaat te verkopen. Het gevolg van die grootschalige houthandel en de daarmee gepaard gaande rigou reuze houtkap, was dat een ei land als Mauritius in de Indi sche Oceaan volledig werd ont- bost. De staande leeuw op het heft is geportretteerd als 'wa penschilddrager'. Het heft valt op door zijn gedetailleerde uit werking van manen en florale motieven. Het is een voorwerp met een sterk symbolische la ding dat een zekere 'mannelijk heid' uitstraalt. Deze messen waren vooral in de Tachtigjari ge Oorlog (1568-1648) populair. Het is verleidelijk om aan te ne men dat zij fungeerden als pro pagandamiddel in de opstandi ge gewesten. Met de leeuw als symbool van de macht en on verschrokkenheid van de jonge Republiek. WOENSDAG 16 MAART 2016 Klaar voor 't seizoen door Ronald Jongelings Vrijwilliger Bram Hoogesteger van de Aardenburgse tennisclub SJEF. foto Lex de Meester Een buizerd geniet van zijn prooi, foto Chiel Jacobusse door Nina Jaspers Nina Jaspers werkt bij Terra Cotta Incogni ta. Met dank aan J.J. Lenting en P. de Boer. Erotisch houten mesheft uit Vlis- singen. foto Walcherse Archeologische Dienst

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 40