w IP1§; m ap ti 8 NIEUWS w PR 3* èS Op 1 januari verloor Enschede haar bekendste en meest geliefde zwerver: Arend Kerkhof (75). Zus Ali en zoon Marco vertellen voor het eerst zijn verhaal. Een typische wijsheid van Arend Kerkhof. „Als je bang bent voor morgen en spijt hebt van gisteren, dan moet je vandaag proberen ge lukkig te zijn." Die wijsheid vertelde hij aan ie dereen, die het maar horen wilde. „Zeg me na", gebood-ie dan. Die straatwijsheid had Marco (42) achteraf in de rouwadvertentie van zijn vader willen zetten. Hij kan die uitspraak dromen. Maar toen het moest, schoot het hem van narigheid niet te binnen. Marco is niet ge boren met de onstuitbare spraakwaterval van zijn zwervende vader. Bovendien heeft zijn dood Marco veel meer geraakt dan hij voor mo gelijk had gehouden. Er was nooit een klassieke vader-zoon rela tie. „Ik weet niet beter dan dat mijn vader zwierf', zegt Marco Klein stra, die de naam van zijn moeder draagt. „Hij heeft nooit met mijn moeder, een schat van een vrouw, samengewoond. Soms kwam hij één keer in de week thuis, soms zes weken niet. Als kind heb ik me in de stad ook wel eens voor hem ge schaamd, als hij dronken was. Ik zag hem meer als een oom dan als mijn vader. Later was er geen schaamte meer. Nu pas, op zijn sterfbed heb ik hem voor de eerste keer gezegd: pa, ik hou van je." Ach, Arend. Wie in de stad ooit echt een praatje met hem had ge maakt koestert warme gevoelens voor hem. Wie oppervlakkig keek zag een zwerver; wie verder keek zag ook een man met een hart van goud. Arend Kerkhof hielp mensen die slecht ter been waren met over steken, sjouwde de boodschappen tassen van zwangere vrouwen en deelde aan kinderen visjes uit op de markt. Hij gaf zijn laatste cent aan je, als-ie die niet verzopen had. Arend woonde jaren in een tent je bij de universiteit. Overal in de stad kwam je hem tegen. Bij het Brandmonument kon je hem vaak zien zitten met een fles wijn in zijn hand, luidkeels grap pen maken naar voorbijgangers. De zwerver met de gulle lach, sprekend in wat geaffec teerd Nederlands, met die volle baard en het onafscheidelijke hoedje, dat moest verhullen dat hij kaal was. Want ook zwervers kunnen ij- del zijn. „Dat hoedje gaat dus mee de kist in", zegt Marco Dat is vandaag. Arend - 'ventje' voor fami lie, of'Aantje' - wordt vanmiddag gecremeerd. „Hij heeft wel eens gezegd: als ik doodga, dan komen er wel duizend man." Het zouden er zo nog meer kunnen zijn. „Ik wist dat hij geliefd was, maar zo." Er zijn Enschedeërs, die vinden dat Arend een standbeeld moet krijgen. „Hij zou zich omdraaien in zijn graf. Van het la chen. Hij zou dat geweldig vinden." Marco glimlacht. „Want van de doden niets dan goeds, toch?", beseft hij. Marco kent ook de 'valse' kant van zijn va der, als die gedronken had en zijn zin niet 'Nu pas, op zijn sterfbed heb ik hem voor de eerste keer gezegd: pa, ik hou van je' kreeg. Arend heeft midden in de nacht wel scheldend voor zijn deur gestaan, dan wilde hij geld hebben. De familie wil ook de mensen niet de kost geven, die ooit door Arend zijn be donderd met ongedekte cheques. Hij heeft er meerdere keren voor vastgezeten. „Ik pakte in die jaren nooit geld van hem aan, want voor je het wist was je misschien ergens medeplichtig aan", zegt zijn zus Ali Smit-Kerkhof (74). De laatste tien jaar kreeg hij een AOW'tje op een rekening die Marco voor hem beheerde. 'Aantje' werd steeds meer de knuffelzwerver, waar veel stadsgenoten het nu over hebben. De laatste tijd heeft Arend af en toe vastgeze ten voor onbetaalde boetes voor openbare dronkenschap en wildplassen. De politie spaar de die op tot het eind van het jaar, tot het kou der werd. Dan kon Arend even in de cel aan sterken. Ook agenten uit de binnenstad had den een zwak voor hem. Over waarom Arend is gaan zwerven gaan de wildste verhalen. Bijvoorbeeld dat hij zijn vrouw en dochter verloor bij een brand. Het is onzin. Eigenlijk weet de familie het niet precies. Hij had de textiel school afgemaakt en vond een baan als wever. Maar op een gegeven mo ment ging hij niet meer, kwam niet meer uit bed en ging steeds meer de straat op en drinken. Zelf zei hij een keer: „Je kiest er niet voor, ik ben erin gerold." Arend is het op één na oudste kind van een gezin met vier kinde ren. Nou ja, gezin. Hun vader neemt ergens in de oorlog de be nen. Hun moeder sterft vrij snel daarna aan tbc. Arend is dan 6. Ze gaan naar opa en oma. Lieve mens jes, maar straatarm en ook te oud om in oorlogstijd weer nieuwe kin deren groot te brengen. Zijn zus denkt dat Arend enorm heeft gele den onder het gebrek aan aandacht en liefde. „Zo jammer. Hij had een goed stel hersens. Eigenlijk heeft hij zijn leven vergooid." Oma stuur de hem naar een internaat maar hij liep telkens weg. „Arend wilde ge woon vrij zijn", zegt Ali die hem twintig jaar lang in huis heeft gehad. Ook daar vertrok hij. Hij leefde overal en nergens. Met de stad en drank als zijn vrienden. Na een eerste relatie ontmoet hij Willy. Mar co, de zoon die uit die relatie voortkomt, weet zeker dat er sprake is geweest van liefde. Ze trouwen niet, wonen ook niet samen. Door Arends zucht naar vrijheid en steeds nijpen der drankzucht strandt de relatie. Marco's zes de verjaardag is het breekpunt. „Ik kreeg een prachtige witte Batavusfïets van hem. Een fiets die van Joop Zoetemelk was geweest." Een dag later stond de politie aan de deur; de fiets was betaald met een valse cheque. Mar co's moeder heeft het nooit meer willen bijleg gen. Haar liefde was op. Ze is nooit getrouwd, er is zelfs geen andere man meer geweest. Marco heeft zijn moeder - nu 71 - zelden erg emotioneel gezien. Maar toen Arend over leed, zag hij haar huilen. „Ik denk dat ze altijd van hem is blijven houden." Wi wflnK (MiL'g. 3 :vw HSSIPl "'C WF W- |fy V# -y.-v dtk 'Als kind heb ik me wel eens voor hem geschaamd' door Lucien Baard Arend wilde al op jon ge leeftijd vrij zijn. Marco Kleinstra zoon '}V®, i lm

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2016 | | pagina 8