De natuur als onze bondgenoot
Zout,
Zeeuws
goud uit
de ijzertijd
BUITEN 11
Zeeuwen in de buiten
Dat een paard niet alleen leuk is
om een rondje op te rijden, be
wezen Amy en Julia Crucq (16)
uit Nieuw- en Sint Joosland.
De tweeling oefende in de
Tweede Weg met hun Bel
gische trekpaard Julie voor een andere tak van
de paardensport: het mennen. „We leren haar
hoe ze straks voor de kar moet lopen", vertelt
Amy. De meisjes zijn al een tijdje bezig om
hun paard klaar te stomen voor het trekken
van een wagen. Julia legt uit dat een echte kar
nog niet aan de orde is. „Julie sleept nu nog
een autoband. Zo kan ze alvast een beetje aan
het tuig wennen."
Mennen, het rijden met paard en wagen, is
een serieus onderdeel van de paardensport. De
zussen hebben echter geen ambities om zich er
verder in te ontwikkelen. „Het mennen doen
we echt voor de 'leuk'", zegt Amy. Toch heeft
het oefenen wel een doel: het typisch Zeeuwse
sjezenrijden. „Dat hebben wij nog nooit ge
daan, maar onze vader en moeder vroeger wel.
Voor ons is het al heel lang een droom", vertelt
Julia.
De meisjes rijden al een aantal jaren paard.
Naast het oefenen voor het mennen houden ze
zich ook nog met ringrijden bezig. Amy: „Dat
doen we ook hier in Nieuw- en Sint Joosland."
Natuurjournaal
doorChiel Jacobusse
HET ZEEUWSE LANDSCHAP
In veel situaties wordt de na
tuur door mensen als vijand
beschouwd, en vaak is dat be
grijpelijk. Een vos die het kip
penhok leegrooft; een steekmug
die het op ons bloed voorzien
heeft of een teek die onze gezond
heid en zelfs ons leven kan bedrei
gen. Maar in veel meer situaties is
de natuur onze bondgenoot. Ons
eten komt uit de natuur, al onze
grondstoffen, tal van medicij
nen. Zonder natuur zou geen le
ven mogelijk zijn.
De zaken in de natuur die lastig
of gevaarlijk zijn bestrijden we zo
veel mogelijk. Dat gebeurt lang
niet altijd even subtiel. Al snel
wordt naar het geweer of de vergif
spuit gegrepen en dikwijls biedt
dat min of meer een oplossing.
Veel mooier is het natuurlijk als je
de natuur voor je karretje kunt
spannen om problemen op te los
sen. Dat gebeurt al veel langer dan
je zou denken. Ooit werd de wilde
kat gedomesticeerd. Daarbij ging
het natuurlijk in eerste instantie
niet om een gezelschapsdier, maar
om een hulpje tegen het ongedier
te.
Het uilengat dat in veel oude
boerenschuren in de gevel zit heeft
een zelfde achtergrond. Al eeuwen
geleden wist men dat kerkuilen
heel efficiënte ratten- en muizen
vangers zijn. Als ze jongen hebben
vangen ze soms tientallen prooien
per nacht. Het uilengat is een ope
ning in de gevel die aan kerkuilen
(en soms ook andere uilen) gele
genheid biedt om in en uit te vlie
gen. Zo werden graan en andere
voorraden tegen muizenvraat be
schermd. De bunzing op de hooi
zolder werd getolereerd omdat-ie
ratten verslond en van de zwaluw
tjes die tegen de dakbalken broed
den wist iedereen dat ze hordes
met muggen verslonden.
Maar het kan allemaal nog veel
listiger en veel subtieler. Een bloe
menrand rond de akker is niet al
leen decoratief; de bloemen bieden
ook voedsel aan zweefvliegen waar
van de larven leven van bladlui
zen. Hun aanwezigheid kan zo
maar een spuitronde schelen. Niet
alleen goed voor het milieu, maar
ook voor de portemonnee. Lieve
heersbeestjes worden doelbewust
ingezet om bladluizen in bomen te
bestrijden en speciale nestkasten
moeten torenvalken verlokken om
te komen broeden en hulp te bie-
LEZING CHIEL JACOBUSSE
den om bijvoorbeeld veldmuizen
en woelratten in toom te houden.
Eén van de meest geavanceerde
vormen van natuurlijke plaagbe-
strijding is het gebruik van feromo
nen. Dat zijn lokstoffen die de
vrouwtjes van veel insectensoor
ten bij zich dragen om mannelijke
soortgenoten te lokken voor de
voortplanting. De feromonen van
veel schadelijke insecten kunnen
worden nagemaakt en dat biedt
een breed scala aan perspectieven
voor bestrijding zonder gifgebruik.
Daarbij is er soms sprake van een
lange maar fascinerende strijd tus
sen een plaagdier en zijn bestrij
der.
Uit de Zeeuwse Klei
De productie van zout
was in Zeeland
meer dan 1500 jaar
een belangrijke pij
ler voor de economie van het
gebied. De waarde van zout
was bijzonder groot, want je
kon er de levensduur van voe
dingsmiddelen als vlees, vis en
groenten mee verlengen. Zo
kon je voorraden aanleggen om
de winter te overleven. In late
re perioden als de Romeinse
tijd en de middeleeuwen werd
zout ook grootschaliger ge
bruikt, zoals bij het vervaardi
gen van vissaus en de conserve
ring van haring, kabeljauw en
schelvis. Toen was er ook spra
ke van een ambachtelijke of in
dustriële productie.
De vroegste aanwijzing voor
het maken van zout in een huis
houdelijke omgeving stamt uit
Oostkapelle. Tussen de vond
sten van een nederzetting aan
de Oude Domburgseweg (mid
den-ijzertijd, 410-350 voor
Chr.) bevonden zich cilinder
vormige en rechthoekige staaf
jes van gebakken klei. Dit wa
ren kleispijkers die dienden als
steunmateriaal voor potten
waarin pekel werd ingedampt
tot zout en het zout werd ge
droogd. Dat materiaal is, net als
de potten waarin het zout werd
ingedampt en getransporteerd,
goed herkenbaar aan het bak
sel: doordat plantaardig materi
aal in de klei is gemengd, is de
gebakken klei poreus en opval
lend licht van gewicht. Ook de
kleuren van het aardewerk val
len op, meestal licht groengeel
tot geeloranje.
Uit de late ijzertijd en moge
lijk ook de Romeinse periode
kennen we complete objecten
waarop de potten voor de zout-
productie werden geplaatst, na
melijk driepootjes. Een aantal
daarvan is gevonden in Koude-
kerke, nu Vlissingen, bij de Gal-
geweg of in Paauwenburg.
Of het zout in de prehistorie
werd vervaardigd door het ver
branden van verzilt veen of uit
ingedampt zeewater is niet dui
delijk. Wel is duidelijk dat in
die tijd al zout van de kust naar
het binnenland werd verhan
deld en getransporteerd, her
kenbaar aan het baksel van de
potten. Daarmee kunnen we
het Zeeuwse zout beschouwen
als het vroegste exportproduct
uit deze provincie.
WOENSDAG 4 NOVEMBER 2015
Oefenen
voor
de sjees
door Marieke Kesteloo
Amy (r) en Julia Crucq met hun paard Julie. foto Lex de Meester
Bosmuis als prooi van een torenvalk. Inzet: de bosmuis.
In het kader van de Nature care we
ken houdt de Zeeuwse ongediertebe-
strijder Traas een reeks activiteiten
die te maken hebben met ecologisch
verantwoorde plaagdierbestrijding.
Aanleiding voor deze lezing zijn de
Traas Nature Care weken die lopen
van 7 oktober tot en met 28 novem
ber. Op 11 november om half acht
bent u welkom op een lezing van
Chiel Jacobusse over dit onderwerp.
Toegang is gratis en PZC-lezers ont
vangen tegen inlevering van deze co
lumn een speciaal aandenken. Het
adres is Rangeerstraat 2A in 's-Graven-
polder.Opgave: www.nature-care.nl.
door Robert van Dierendonck
Robert van Dierendonck werkt bij
Stichting Cultureel Erfgoed Zee
land.
Driepoot van gebakken klei
voor prehistorische zoutproductie
foto SCEZ, collectie KZGW