Situatie lijkt op jaren 80, maar blijven studeren kan niet meer
Met alleen veel schrijven, kom je er niet
12 NIEUWS
Werkloosheid onder jongeren groeit weer.
Moeten we vrezen voor
een nieuwe lost generation?
Conclusie na 70 sollicitatiebrieven
Dat kun je wel stellen, ja: veel jonge
ren blijven stug kiezen voor een baan
in de communicatie, detailhandel of
voor administratief werk, terwijl dat
aantal banen juist slinkt. Als daar al
werk in te vinden is, dan is de concur
rentie moordend. Niet zo gek dus dat
met name laagopgeleide jongeren
vaak misgrijpen. Tegelijkertijd: het
aantal vacatures stijgt wél. „Alleen
zijn die banen vooral te vinden in de
technologische, ICT- en exportgerich
te hoek, daar waar veel jongeren geen
opleiding of startkwalificatie voor
hebben", constateert arbeidmarktdes-
kundige Ton Wilthagen. Volgens
Frits Spangenberg, socioloog en op
richter van Motivaction, loopt de
jeugdwerkloosheid ook op omdat
sommige jongeren neerkijken op
werk. „Er is genoeg, maar veel jonge
ren zijn verwend en willen alleen leu
ke banen."
Wie dat zegt, denkt vooral aan die ho
ge jongerenwerkloosheidscijfers en
herinnert zich misschien nog het be
roemde Akkoord van Wassenaar -
waarmee met loonmatiging en atv de
werkloosheid werd ingedamd. In die
periode was de werkloosheid groot,
maar de crisis relatief kort. Jongeren
die niet aan een baan kwamen, had
den een uitweg: studeren. Dat is nu,
met de aanpassing van het leenstel
sel, ondenkbaar. Dus nee, terug bij de
jaren 8o zijn we niet.
Er zijn meer verschillen. Het aller
belangrijkste: flexibilisering van de
arbeidsmarkt. „In die jaren deed de
studiekeuze er veel minder toe en
was er in elk geval nog een perspec
tief op een vaste baan", verklaart ar-
beidsmarktdeskundige Rob Witjes
van het UWV.
UWV-arbeidsmarktdeskundige Wit
jes nuanceert: jeugdwerkloosheid is
inderdaad opgelopen ten opzichte
van vorig kwartaal, maar iets afgeno
men ten opzichte van dezelfde perio
de vorig jaar. Bovendien hebben nu
méér jongeren een baan van twaalf
uur of langer per week. Niet te verge
ten: de vergrijzing zou zomaar een
deel van de jeugdwerkloosheid kun
nen wegnemen.
Hoogleraar Wilthagen is een stuk
bezorgder. Zijn beeld is dat veel van
deze jongeren ontmoedigd raken. Bo
vendien: ze gaan niet naar school,
hebben geen baan en geen uitkering.
„Zij worden onbereikbaar en dat is
zorgwekkend met het oog op radicali
sering."
Ook socioloog Spangenberg ziet
het met lede ogen aan: „BV Neder
land heeft er belang bij dat jongeren
meekomen", zo stelt hij.
Opscholen, omscholen, en bijscho
len. Dat is volgens Wilthagen dé op
lossing om jeugdwerkloosheid in te
dammen. Die scholing zou naar zijn
idee niet alleen voor jongeren maar
net zo goed voor ouderen moeten gel
den.
Hoe dan? „Door te investeren in
onderwijs, te stoppen met kansloze
studies en werklozen meer ICT-ge-
richte opleidingen te laten volgen."
Hij ziet een schone taak weggelegd
voor sociale partners en overheden.
Spangenberg gelooft ook wel in ge
zamenlijk optreden, maar volgens
hem begint het met stoppen met
doorgeschoten regels voor werkge
vers.
„Het is nu niet aantrekkelijk om
mensen aan te nemen. De zorg- en
nazorgplicht ligt alleen bij de werkge
ver, terwijl het een gezamenlijke ver
antwoordelijkheid zou moeten zijn."
Minstens zeventig solli
citatiebrieven tikte de
toen 26-jarige Floris
van der Lingen nadat
hij enkele jaren geleden
was afgestudeerd in de
planologie. „Het was op
het hoogtepunt van de
crisis, inderdaad be
paald niet de beste pe
riode om de arbeids
markt op te gaan", ver
telt de Groninger. „Ik
hoopte op een job als
beleidsmedewerker
ruimtelijke ordening
bij een stad of dorp."
Waar in Nederland, of
daarbuiten, maakte Van
der Lingen niet uit.
Al zijn pogingen bleken
tevergeefs en na een
tijd begon het hem te
dagen: dit gaat niet wer
ken. Van der Lingen be
sefte dat hij de knop
om moest zetten en ver
der moest kijken dan
zijn eigen vakgebied.
Dat was zwaar, maar
het lukte: uiteindelijk
belandde hij na twee
werkervaringsplekken
bij de Rijksuniversiteit
Groningen. Ook deed
hij diverse projecten
met groene energie, on
der meer bij Energy Val
ley. „Ik leerde netwer
ken en ook mijn net
werk te benutten. Met
alleen veel sollicitatie
brieven schrijven, kom
je er niet."
Achteraf heeft hij wel
een vermoeden waar
om sommige studiege
noten wél vrij snel een
baan vonden en hij
niet. „Er zijn enkele aan
bevelingen die ik stu
denten en jongeren al
tijd geef. Eén: zorg dat
je tijdens je studie een
goede stage vindt bij
een bedrijf of organisa
tie in jouw vakgebied.
Zo rol je toch vaak er
gens binnen. Zelf heb
ik dat niet gedaan - ik
koos er voor om een li
teratuuronderzoek te
doen."
Tweede tip: doe be-
stuurswerk. „Dat zien
recruiters graag, merk
ik." Na een tijd bij een
callcenter van ING te
hebben gewerkt, ligt
Van der Lingens focus
volledig op het vinden
van een vaste baan als
beleidsmedewerker.
Nu de economie weer
aantrekt, hoopt hij stie
kem nog steeds op een
aanstelling als plano
loog. „Dat blijft toch
mijn droom."
Jong en werkloos: opscholen,
omscholen en bij scholen
door Natasja de Groot
VERKEERDE KEUZE
Is er sprake van een mismatch?
CRISIS
Zijn we terug bij de jaren 80?
DE CIJFERS
Hoe erg is het nu eigenlijk?
DE OPLOSSING
Moeten werkgevers, werknemers en de
overheid weer een pact sluiten?
Regiokatern: Vijftigplus weer aan
de bak
door David Bremmer
Floris van der Lingens
droom blijft een baan
als planoloog.
foto Corné Sparidaens