REPORTAGE 21
Zo vist de ZZ 7 van schipper Jan Schot (foto links) op mosselzaad in de Waddenzee.
De korren halen het mosselzaad uit het water. Met het mosselzaad komen ook veel zeesterren, krabben en
slik naar boven. Door de korren leeg te schudden op een dek waar continu water overheen loopt, wordt de
meeste slik weggespoeld. De mosselen, zeesterren en krabben gaan vervolgens met een lopende band
naar het ruim. Daar wordt de lading een uur of vier onder zoet water gezet om de zeesterren te doden.
Grote foto: Het krioelt van de kotters die allemaal vissen op het mosselzaad.
Schot.
Als het eenmaal licht is, is goed
te zien hoe druk het is op het
Wad. Het krioelt van de kotters
die allemaal vissen op het mossel
zaad. De boeg van de Yerseke 58
doemt op, zou het goed gaan? Dan
komt de Bruinisse 68 gevaarlijk
dichtbij. De schippers moeten
ogen voor, achter en opzij hebben
en het lijkt een wonder dat het al
lemaal goed gaat en de ene kor na
de andere vol met zaad boven wa
ter komt. Behendig pikt Siebren
met een haak de korren binnen
boord. In de stuurhut zijn Jan en
Joachim druk met het bedienen
van de korren en de motor. Regel
matig grijpt Joachim even de ver
rekijker. Hoe zit het bij de andere
schepen, hebben zij meer zaad in
de korren of minder? Iedereen
houdt iedereen in de gaten. Wat is
een goede plek, waar is minder
slik. De eerste uren gaat het alle
maal als een tierelier. Het ruim zit
na drie uur vissen al een eind vol.
Siebren werkt zich aan dek in het
zweet, de oliejas die in de ochtend
nog lekker warm was, is dan al
lang uit. Hij moet korren binnen
halen, het dek om de zoveel tijd
schoonspuiten en zorgen dat de lo
pende band blijft werken. De zaad
jes hebben zich aan elkaar ge
hecht en vormen dikke trossen
die de boel verstoppen. In de
stuurhut ziet Jan Schot op de ra
dar een zware regenbui naderen.
Hij pakt de intercom. „Sieb, jas
aan, er komt regen."
Een uur later is het eerste ruim
vol. „850 mosselton", zegt Jan. Dat
is gelijk aan 85.000 kilo mossel
zaad. Het tweede ruim gaat open
en het vissen gaat door. Iedere
schipper weet hoeveel mosselzaad
hij mag vangen. Dat hebben de
mosselkwekers onderling afgespro
ken en is afhankelijk van de groot
te van het bedrijf en de hoeveel
heid mosselen die ze naar de vei
ling brengen. Schot mag 1250 mos
selton vissen.
Hij is een beetje zoekende naar
een goede plek. De korren blijven
te leeg en op deze manier gaat het
nog uren duren voor hij de rui
men vol heeft. Hij vaart een stuk
je door en probeert het op een an
dere plek. Bingo! De korren zitten
weer bomvol zaad als ze boven ko
men en dan gaat het alsnog heel
erg snel. „We zijn vol", consta
teert Jan. Hij zet koers naar het
meetschip aan de rand van het vis-
gebied. Aan boord is een mede
werker van de mosselveiling. Ie
dereen moet daar langs om te la
ten opmeten hoeveel zaad er is op
gevist en of toegewezen quotum
niet is overschreden. Jan Schot is
keurig binnen zijn limiet geble
ven en is tevreden. Als hij te veel
had opgevist zou hij de keuze krij
gen: of het teveel opgeviste zaad
overboord of een boete.
Hij kan nu bijna het opgeviste
zaad uitzaaien op een eigen
kweekperceel bij Terschelling.
Maar voor die tijd moeten eerst de
zeesterren dood. Anders zouden
de dieren alsnog al het zaad opvre
ten. Dood maken kan op een een
voudige, maar doeltreffende ma
nier door het mosselzaad
een uur of vier onder
zoet water te zetten.
Het mosselzaad
kan daar te
gen, de zeesterren niet. Daarom
gaat de ZZ 7 heel even bij Korn-
werderzand het IJsselmeer op om
zoet water in de ruimen te pom
pen. Tijdens de kentering, om
23.00 uur, wordt het zaad dan uit
gezaaid op het perceel bij Terschel
ling. Daar kunnen de kleine mos
seltjes verder groeien. In 2017 zijn
ze volgroeid en klaar om opgege
ten te worden.
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 2015
mosselzaad in de Waddenzee