Als trainers uit hun nek lullen, zal de plichtsgetrouwe columnist daar zeker iets van 4 SPORT Vanaf maandag verzorgt Hugo Borst een column voor deze krant. Vijfjaar tikte hij niet over de voetbalzaken die hem opvielen. Nu keert hij terug als stukjesschrijver. „Maar laten we het niet groter maken dan het is." ij is een honden man. Het slaperi ge boxertje Sen na, logé van broer lief, ligt op zijn knie uit te puffen en dat is de reden dat Hugo Borst het interview graag op laag niveau wil houden. Op de groene sofa in de voorkamer. Borst, op sokken, rekt zich eens lekker uit. Gaapt. Grapt tegen zijn vrouw, die even komt buurten: „Woman! I am in the middle of an interview!" Nee, hij is niet onder de indruk van het bezoek. Hoeft ook niet. Maandag verschijnt hij voor het eerst sinds vijfjaar weer als opiniemaker in de krant. En zo hoort het ook. Het halve land kent hem vooral van de TV, maar hij is en blijft een schrijver. „Ik ben nooit langer dan een paar maan den gestopt." „Absoluut." „Nooit! Je hebt weieens geen idee, maar er komt altijd wat op papier. Ik ben op mijn best als ik dichtbij mezelf schrijf. Over mijn vader, mijn moeder of mijn zoon. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in de microwereld, niet in de macrowe reld. Dat gedoe over Griekenland is voor mij niet te bevatten. Het is als een abstract schilderij. Daar moet je voorkennis voor hebben. Anders valt het niet te doorgron den. Zo'n Grexit sla ik dus over. Dan lees ik liever een goed boek, kijk een mooie documentaire of een goede voetbalwedstrijd op te levisie." „Er is veel shit natuurlijk. Maar ik kan een wedstrijd in een paar se conden scannen. Weet al gauw of kijken zin heeft, dus vaak ver flauwt de interesse. Dan pak ik er een boek of tijdschrift bij. Onder tussen ben ik alert op stemverho gingen van de commentator. En uit mijn ooghoek kan ik zien of het tempo omhoog gaat." Hugo Borst is sinds een paar jaar eredivisie-specialist. Op zon dagmiddag presenteert hij, naast Henri Schut („Schrijf even op dat hij een fijne, betrouwbare collega is!") op de radio Langs de Lijn en ziet hij al snel een wedstrijd of vier voorbijkomen. Maar ook de potjes van vrijdag en zaterdag zit hij meestal helemaal uit, want Borst is een plichtsgetrouw mens Zijn presentatie is, volgens af spraak, gedegen en vrij se rieus, maar licht jolig en, soms, plagerig over diegenen - trainers, voetbal lers - die naar zijn mening cli chématige kol der verkondi gen. „Ik plaag. Ik zeik niet af." „Daar valt niet tegen te vechten. Ik ben van de schimpscheuten, niet van het venijn. Het is echt niet zo rot bedoeld als het klinkt. Ik deel graag een linkse directe uit, maar als ik vervolgens zelf een knock-out voor mijn kiezen krijg, is dat natuurlijk goede radio." „Jaweeeeeeel. Maar ik heb nog steeds een bullshit-detector. Als ze uit hun nek lullen, mag dat ge zegd worden. Die clichés van de voetballers. Mijn God! Die quotes zijn niet te harden. En als daar dan ook nog een perschef als Ray mond Salomon van Feyenoord overheen gaat, dan...eh, mag ik die naam noemen?" „Ik wil dus zeggen dat voetballers niet beter gaan praten van de pers voorlichters om hen heen. Maar gek genoeg willen veel mensen er toch nog naar luisteren. Ik wil de journalisten die de vragen nog stellen niet diskwalificeren, maar ik zou het niet meer willen doen. Ik kom liever vanuit de observatie tot een stuk." De observaties van Hugo Borst zijn momenteel een hit op een on gedachte plek, ver, heel ver buiten het voetbal. Zijn column 'Mijn ma' in het AD, over zijn demente rende moeder, wordt geprezen. Overal waar Borst tegenwoordig verschijnt - in voetbalkantines, winkelcentra of op verjaardagen - klampt wel iemand hem aan. Eerst komt er steevast een compli ment voor de liefdevolle manier van schrijven, daarna volgt bijna altijd een eigen verhaal van een dementerende moeder, vader, man of vrouw. Borst knikt. Pakt zijn iPhone. Leest een net ontvangen bericht voor. 'Beste Hugo, we hebben lange tijd geen contact gehad. Ik hoop dat het je goed gaat. Ik ben verwor den tot een trouw lezer van 'Mijn ma'. Het is fascinerend goed. Niet alleen weerspiegelt het respect voor je moeder. Tegelijk maak je de lezer bewust van de ziekte die ze heeft. Het ga je goed.' Afzender Jaap de Groot, chef sport van de Telegraaf. Borst: „Ik krijg dus heel veel soortgelijke be richten van mensen van wie ik het niet verwacht. Men sen vallen voor de zachte toon. 'Wat kun je hard zijn', zeggen ze. 'En wat kun je lief zijn?' Dat is ook zo." „Ik kwam op TV, bij Studio Voet bal, juist toen ik in een behoorlij ke midlifecrisis zat. Een soort pu berteit. Ik trapte om me heen. Ik was licht onverschillig, maar dat contrasteert met mijn diepste we zen dat behoefte heeft aan nuance en zich graag laat overtuigen met goede argumenten. Ik ging er des tijds in met gestrekt been. Ik was een soort angry midlife man. Te genwoordig ben ik bedeesder. Maar indien nodig: een ruzie schuw ik niet." „Het is een ander programma ge worden." „Ik vind, om te beginnen, Arno Vermeulen erg goed. Hij wordt vaak afgezeken. Is ook niet wild of sexy. Maar hij doet het goed. Ik ben blij dat ik er niet meer zit. Ik zou het niet meer kunnen. Op in ternet doe ik nog wel De Betwe ters, met mijn maatje Koert Wes terman. Dan ben ik wel recalci trant en gek en hyper, nu al vijf, zes jaar. Het is veel fijner om in dat cultshowtje in tien minuten mijn rebellie en ironie, gekoppeld aan expertise, uit te venten. Stu dio Voetbal is vijftig minuten heel ernstig. Ik kijk ook niet vaak meer. Na vier uur geconcentreerd radio maken bij Langs de Lijn op zondagmiddag ben ik meestal bek af, helemaal verrot. Dan kijk ik lie ver Divorce. Sterke serie. Gewei gerd door de publieke omroep. Hoe kun je zo dom zijn?" „Ik zie er nu al tegenop, maar ik ben eerzuchtig genoeg om me er niet met een Jantje van Leiden vanaf te maken." „Ik dacht in 2010 dat ik klaar was met het beschouwen van voet bal, maar niets is minder waar. Ik heb zo'n focus op het eredivisie weekend. Kijk heel intensief. Hoe slecht en matig het voetbal soms ook is, ik heb de gave het goede ook te zien." Hij vertelt over NAC-Roda JC, een cruciale wedstrijd om promo tie of degradatie, aan het eind van de voorbije voetbaljaargang, in mei. De geestdrift, de spanning, het scoreverloop. „Als ik van zo'n, in het licht van het wereldvoetbal, vrij onbe langrijke wedstrijd nog intens kan genieten, dan moet dat niet verlo ren gaan. Ik ben en blijf een kran tenman. Dus moet ik ook schrij ven." „Ik baal er ook erg van, maar het is ingewikkelde materie. Als ik goed geïnformeerd ben, is het de eigen schuld van de KNVB. Die heeft de politiebonden genaaid bij de bekerfinale. De bonden zou den toen publicitair aan hun trek ken komen. Dat is niet gebeurd en nu krijgt de KNVB de rekening ge presenteerd. Mijn sympathie ligt in elk geval bij de politiemensen, die gewoon veel te weinig betaald krijgen." „Ik schrijf voor iedere maandag een stuk op de huid van de zon dagmiddag, of zaterdagavond. 275 woorden. Over wat me opvalt, over een talent dat ik heb gezien, of over wat me irriteert, over de soms inconsequente arbitrage, de overspannenheid van een trainer- tje. Maar laten we het niet groter maken dan het is. Het wordt echt geen Pullitzer prijs." door Wessel Penning H Schrijven vind je het mooiste. Kost het weieens moeite? Een goede voetbalwedstrijd op TV. Komt dat vaak voor? De buitenwereld heeft een ander beeld van je. Ben je milder geworden? Waarom niet? Het is een schot in de roos. Velen weten dat niet. Studio Voetbal mist een omstreden provocateur. Het programma is nooit over je vertrek heen gekomen, hoor je vaak. Dat is een diplomatiek antwoord. Helemaal verrot? Voortaan moet je na Langs de Lijn nog een stukje voor ons maken. Door de staking bij de politie is de lol van het openingsweekend er wel af. Wat ga je precies doen? Borst: 'Ik ben van de schimpscheuten, niet van het venii n' 11 Hugo Borst: „Ik dacht in 2010 dat ik klaar was met het beschouwen van voetbal, maar niets is minder waar." foto Pim Ras

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 59