8 redenen waarom de groene economie in Zeeland zo kansrijk is
4 Havens
5 Eendracht
6 Voorsprong
7 Netwerk
8 Makkelijk zakendoen
Grondstoffen
Afzetmarkt
ZEELAND 11
Suikerbieten als
grondstof, chemie,
havens én de wil om de
economie te vergroenen.
Als het ergens kan, is het in
Zeeland, blijkt uit onderzoek.
Chemie
met
Logistiek heeft de zuidwestelijke
delta een streepje voor op andere
landen. Chemie en landbouw liggen
vlakbij de wereldhavens Rotterdam en
Antwerpen en middelgrote havens als
Vlissingen/Terneuzen, Zeebrugge en
Gent. Afstanden zijn beperkt en dat
scheelt aanzienlijk aan logistieke en
transportkosten. Dankzij de havens is het ook
makkelijk om biomassa zoals houtpulp van
overzee aan te voeren. Ook het omvangrijke
pijpleidingennet levert een plusje op.
De neuzen staan dezelfde kant
op. De regio volgt het
economische
speerpuntenbeleid van het
Rijk. De chemiereuzen, de landbouw,
kennisinstellingen zoals de HZ en de
onderzoekstak van Wageningen Universiteit
(WUR), de technische universiteiten van
Delft, Eindhoven en Gent als ook de
provinciebesturen werken nauw samen
om de kansen voor de circulaire economie
te verzilveren. Dat gebeurt in projecten
waar een verdienmodel aan is gekoppeld.
Ook aan kennisontwikkeling wordt
gewerkt. Hogescholen als de HZ in
Vlissingen en Avans in Breda spelen in op
de groene economie met nieuwe
opleidingen en online-cursussen.
Op het fabrieksterrein van Sabic in Bergen op
Zoom is een hypermodern lab (the Green
Chemistry Campus) ingericht. Cosun, de
moeder van de Suikerunie, bouwt in
Prinsenbeek bij Breda een Food Technology
Center. De haven van Moerdijk onderzoekt of
het een regionaal bruggenhoofd kan worden
voor houtpulpraffinage en houtvergassing
waarbij bijvoorbeeld biomassa wordt omgezet in
biobrandstof.
Waar andere landen en regio's zich met
name op suiker richten, kijken ze in de
Biobased Delta ook naar de nieuwe
generatie groene grondstoffen: algen en
wieren. Zo loopt een driejarige zeewierproef bij
chemiebedrijf Arkema in Vlissingen, waar tevens de WUR en
het Kapelse bedrijf North Seawood bij betrokken zijn. Zeewier
kan big business worden. Wieren bevatten veel groene
grondstoffen. De koolhydraten kunnen interessant zijn voor de
chemie, de eiwitten voor de voedingsindustrie en andere
toepassingen zoals medicijnen. Daarnaast loopt er in Sluiskil een
proef met bioasfalt. Daarin is het bitumen - een bijproduct van
het kraken van aardolie - deels vervangen door lignine. Lignine is
een lijmstof die planten en bomen stevigheid verschaft. De
grondstof zit ook in stro en bermgras.
Zeeland en zijn partners bouwen aan een internationaal
netwerk. Niet alleen met Vlaanderen, maar ook met
Noordrijn-Westfalen. Dat heeft geleid tot de oprichting
van de BIG-C, ofwel het Bio Innovation Growth mega
Cluster. Hier geldt de macht van het getal. Hoe groter je
als groep bent, des te meer Europees subsidiegeld kun je in Brussel
ophalen voor risicovolle innovaties. Verder werkt de groene delta
samen met Noord-Frankrijk en Canada en zijn er relaties met
Engeland (York) en andere delen van Duitsland.
Het belastingklimaat is mild en dus net zo aantrekkelijk
als het economisch klimaat. Je kunt volgens Deloitte
makkelijk zakendoen in het stabiele, georganiseerde en
efficiënte Nederland. Bovendien is de arbeidsmarkt hier
internationaal georiënteerd. Veel mensen spreken Engels, Frans en
Duits. Het aantal managers met internationale ervaring is groter dan
elders. Het niveau van wetenschappelijk onderzoek evenaart dat van
Amerika. We vragen relatief gezien meer patenten aan dan de VS. En
voor onze moderne infrastructuur en efficiënte energievoorziening
gaat ook de duim omhoog.
Waar ter wereld kun je succesvol
bioproducten produceren? In de
zuidwestelijke Delta, stelt Deloitte
Consulting vast. Het adviesbureau ver
geleek op 96 punten enkele landen en regio's die bezig
zijn om de chemische en industriële productie te ver-
groenen. Wat blijkt: Zeeland en de schil erom heen
met - een stukje - Zuid-Holland, West-Brabant en
Vlaanderen scoort (nog) hoger dan de Verenigde Sta
ten. Brazilië en Thailand kunnen bij lange na
mee. En ook binnen Europa heeft Zeeland en om
trek, verenigd in de Biobased Delta, duidelijk de
beste papieren.
Acht redenen waarom volgens Deloitte in
Zeeland de kringloopeconomie meer kans
van slagen heeft dan elders.
Belangrijke grondstoffen
zijn er al. Zeeland en
omgeving kent
bijvoorbeeld een omvangrijke teelt
van suikerbieten, die op de
wereldmarkt nog steeds de
competitie aankan. In de biobased
economy ofwel de groene economie
is de gehele bietenplant een bron van
biomassa. Dit biedt enorme kansen
voor andere producten dan suiker. Zo
wordt bijvoorbeeld gewerkt aan
bioplastics uit diksap, vezels uit
bietenpulp, eiwitten uit bietenblad en
groen gas uit bietenpuntjes. Bovendien telt
de regio al een moderne, efficiënte
suikerfabriek van de Suikerunie in Dinteloord.
Verder is het areaal in de delta groot genoeg
om de chemische industrie blijvend van
grondstoffen te voorzien. Omdat in 2017 het
Europese suikerquotum vervalt, zal de
suikerbietenteelt in Nederland naar verwachting
met zo'n 14 procent groeien. Een ander sterk punt
van de Biobased Delta is duurzaamheid: teelt van
groene grondstoffen mag niet ten koste van
voedselproductie en vruchtbaarheid van de akkers.
Daarom wordt vooral ingezet op het gebruik van delen van
de plant die niet voor voeding bestemd zijn.
De chemie is sterk vertegenwoordigd.
Chemiereuzen als Sabic, Dow, BASF en Arkema zijn
present in de delta. Trek de lijn door naar het
Roergebied en de regio Mannheim, dan heb je alle wereldspelers
(DSM, AkzoNobel, Bayer) te pakken. Dit gebied is goed voor 25
procent van de chemische wereldproductie. In deze cirkel zoeken
chemiebedrijven naar mogelijkheden om hun producten te
vergroenen. Waarom? De consument vraagt meer en meer om
duurzame producten die niet uit aardolie zijn gemaakt. Wie straks die
producten en masse en tegen een concurrerende prijs kan leveren,
neemt een voorsprong op de wereldmarkt. Naar schatting produceert
de chemie in 2030 voor 30 procent uit groene grondstoffen.
De consument zit dichtbij. Grote afzetmarkten voor
duurzame, groene producten bevinden zich in de buurt:
Duitsland, Engeland, Frankrijk. Landen waar consumenten steeds
meer vragen om bioproducten. Bovendien zijn de
(communicatie)verbindingen uitstekend.
ZATERDAG 8 AUGUSTUS 2015
Hoofdrol voor de suikerbiet
door Frank Balkenende