14 ZOMER
De Nederlandse kust krijgt
deze zomer bezoek van onze
verslaggevers. Ze wandelen
van Zeeuws-Vlaanderen
naar het noordelijkste puntje.
is vandaag
in Scheveningen.
maandag Waar is dat feestje? I dinsdag Langs de Nederlandse kust I WOENSDAG Waar is dat feestje? I donderdag Va ka ntielic
dag 11 LANGS DE NEDERLANDSE KUST Scheveningen - Katwijk Aantal stappen: 17.982 Aantal kwallen: 39
Rutte, Samson, Pechtold en Wilders. Vette grijns:
„Nee, daar sta ik nooit bij stil, wat zij hier van zou
den denken. Dat maakt me ook helemaal niet uit."
Hier staat hij vaak, aan het einde van de avond. Of
het begin van de nacht. In de weekenden, tijdens de
vakanties. Als je hier niet tot rust komt, dan lukt het
nergens. Vissersboten varen uit. De zon komt op.
Voor de Kamerverkiezingen van 1998 bedacht Hoe-
deman dat hij het leven dat hij leidde niet al te lang
vol kon houden. Geen beweging, nauwelijks ont
spanning, bijna elke avond drinken.
De alcohol zwoer hij af, althans doordeweeks. Dat
was stap r. Toen begon hij met joggen, 4 keer per
week. Dat doet hij nog steeds.
Die zomervakantie bracht hem naar een schitte
rend kasteel in de Ardennen, aan de oever van de
meanderende Ourthe. „De kasteelheer stond voor
mijn neus te vissen en ik vond dat geweldig. Ik zie
hem nog zo een vis uit het water trekken. Ik vroeg
hem ook om een hengel en sindsdien ben ik ver
kocht." Eerst op zoetwatervis, maar sinds zijn verhui
zing naar Den Haag in 2010 vist hij in de Noordzee.
Het liefst op kabeljauw, daar zijn ze thuis ook blij
mee. Maar tong is ook goed. Of een zeebaars, zoals
Chin (of Winston) net uit water haalde: 60 centime
ter, schoon aan het vishaakje.
Het wordt licht, razendsnel. De vuurtoren dooft.
Hoedeman zucht diep. „Dit is afschakelen voor me.
Vier keer per week hardlopen, zo vaak mogelijk hier
vissen en dan krijgt niemand me gek." Hoppa, zijn
hengel beweegt. Hoedeman heeft beet. Hij takelt
een felgele zeester naar boven. Hilariteit alom, voor
al bij Winston (of Chin). Hij een zeebaars van 60
centimeter, z'n maat een zeester - die hij dan maar
weer in het zoute water mikt.
Maar goed, dat zeevissen bracht wel een extra di-
Scheveningen bij het ochtendgloren, dat is
net een stripverhaal van Joop Klepzeiker.
Drie meeuwen, die luid krijsend knok
ken om een lege zak van Burger King.
Twee jongens die van een houseparty ko
men, met pupillen zo groot als biljartbal
len. Eén van de feestgangers moet kotsen. Veel, hef
tig en met nogal wat kabaal.
Op het strand ligt een jong koppeltje. Hij weet
wat hij wil. Zij ook. Maar niet hier. Niet nu.
Op het noordelijk havenhoofd staan twee man
nen, tussen een veelvoud aan hengels. De een heet
Chin. „Maar sommige mensen hier noemen hem
Winston", zegt de ander.
Die ander is Jan, Jan Hoedeman. Ervaren politiek
verslaggever van deze krant. Weinig mensen in poli
tiek Den Haag lopen er zo lang rond als hij. Hoede
man is zo diep ingevoerd op het Binnenhof, dat hij
er bijna aan de andere kant weer uit komt.
Ze zouden hem hier moeten zien, in zijn kaki vis-
broek, groene jas, petje achterstevoren op z'n hoofd;
Hier staat Jan vaak, aan het
einde van de avond. Of het begin
van de nacht In de weekenden,
tijdens de vakanties. Als je
hier niet tot rust komt,
dan lukt het nergens.
Hengelen naar rust
Jan Hoedeman toont op het noorderhavenhoofd
van Scheveningen een van zijn vangsten, een kersverse
kabeljauw, foto Frank Jansen
Een eenzame koolvis in de emmer van Jan Hoedeman.
foto Frank Jansen
