Spijt om de jonge koolmeesjes Waar bleef't Kint van Trente? ZEELAND 11 Uit de Zeeuwse klei Zeeuwen in de buiten Het is het middagloopje, na de lunch. Geen slecht idee als je een hele dag binnen zit achter een beeldscherm. Want dat is het werk van Bas Compeer (32) uit Vlissin- gen. Hij is 'general accountant' bij Zeeland Refinary. Dat houdt in: veel cijferwerk voor maandrapportages, jaarverslagen en subsidie aanvragen. Met zijn collega's Bart Korstanje en Jan Boone van 'oil accounting' maakt Bas een wandeling buiten het terrein van de raffina derij richting binnenhaven. Het is een uitje van pakweg een kwartier. Bas: „We kunnen ook de andere kant op wandelen, naar de spoorlijn. Maar daar is wei nig te zien. In de binnenhaven gebeurt altijd wel wat. Nu ligt er bij Heerema een grote poot van een boorplatform. Indrukwekkend om te zien." De middagwandeling is voor de mannen wel afhankelijk van het weer. Bij regen slaan ze over. Dan betekent het voor Bas een echte kantoordag. Hij komt vanuit Vlissingen met de auto naar zijn werk. Er zijn collega's die een fikse fietstocht van hun woon-werkver- keer maken. Bas kent ze wel, maar voelt geen behoefte om zich bij hen aan te sluiten. Natuurjournaal doorChiel Jacobusse HET ZEEUWSE LANDSCHAP De mezennestjes in onze tuin kwamen in deze rubriek al eerder aan bod. Wij waren er beretrots op. Een pimpelmezennestje aan de schutting tegenover het grote raam in onze woonkamer en een nestje met jonge koolmezen aan de achterkant van ons schuurtje. Na een winter lang pindas voeren hingen we in het vroege voorjaar vijf nestkastjes op en onze ver wachtingen waren hooggespan nen. In eerste instantie werden we daarin niet teleurgesteld. Tot vorige week. De koolmeesjes stonden op het punt om uit te vliegen en de bede lende jongen maakten de hele dag flink herrie. Levensgevaarlijk na tuurlijk in een omgeving waar het wemelt van de katten. Geregeld betrapte ik één van de vele katten uit de buurt loerend onder het nestkastje. In eerste instantie was het voldoende om wat sissende ge luiden uit te brengen om ze te ver- jagen. Maar ze werden steeds driester in hun pogingen om onze meesjes te verschalken. Twee keer hing het nestkastje helemaal scheef en het mag een wonder he ten dat het niet met jongen en al van de muur gevallen is. Naarma te de katten brutaler werden, wer den mijn verjaagactiviteiten ook minder subtiel. Minstens één keer heb ik zo'n aanvaller getroffen met een schoen. Maar dat hielp wel. De katten hielden zich steeds meer gedeisd, zodat de meesjes zich aan de zorg voor hun jongen konden wijden. Zaterdagmorgen was het in eens stil rond het nestkastje. „De jonge meesjes zijn gevlogen"zei mijn vrouw. Maar ik vertrouwde het niet helemaal of beter gezegd: helemaal niet. De vorige dag wa ren diverse tractoren met gifspuit in de buurt actief geweest. Er was langdurig en intensief met gif ge spoten, zodat het ook in onze tuin niet te harden was van de stank. Maar dat was niet het ergste: ik weet hoe desastreus pesticiden vooral voor jonge vogels kunnen zijn. Mijn vrees bleek gegrond. Toen we de zijkant van het kastje open deden, zagen we zes dode jonge koolmezen. Volledig in de veren en op het punt om uit te vliegen. Wat een enorme teleur stelling. Voor ons, maar natuurlijk nog veel meer voor de mezen- ouders die zich wekenlang de naad uit het lijf gewerkt hadden om de jongen van voedsel te voor zien. Nou kun je natuurlijk heel nuchter redeneren: het zijn maar vogeltjes. En dat is nog waar ook. Maar dat was zeker niet de eerste gedachte die op dat moment in mij opkwam. Die eerste gedachte was eerlijk gezegd sowieso niet zo geschikt om aan het papier toe te vertrouwen. Maar nu de boosheid wat geluwd is, blijft er een gevoel van onbehagen. Dat het in Neder land zomaar mag: wolken vergif spuiten vlakbij de bebouwde om geving waar volop mensen en veel kleine kinderen wonen. Vergif waar de tuin tijdelijk onleefbaar van wordt en waar zorgvuldig ge koesterde jonge vogels massaal van doodgaan. Dat kan toch voor niemand ge zond zijn? We wisten er vroeger al weinig van en nu eigenlijk nog min der. Ook dat kan de uitkomst zijn van archeologisch onder zoek. Stichting RAAP ging in december 1996 op zoek naar kasteel 't Kint van Trente (n). Volgens de Visscher-Roman- kaart uit 2656 lag dat een eindje ten noorden van het dorp Krui- ningen. Bestudering van oud kaartmateriaal leidde tot drie mogelijke locaties. De meest waarschijnlijke was aan de Don kere weg. In de omgeving zou den rond 2980 bij boringen fun deringen en gewelven zijn aan getroffen. Maar dat bleek een andere locatie te zijn. En was 't Kint van Trente eigenlijk wel een kasteel? Volgens de kaart uit 2656 vermoedelijk wel: daar op zie je verschillende gebou wen en een toren met een wim pel. Ook een andere afbeelding toont een kasteelachtig com plex. Maar in middeleeuwse bronnen is niets over een kas teel met deze naam bij Kruinin- gen bekend. Een verband met een klooster was waarschijnlij ker, aldus sommige historici en archivarissen. G.F. Sandberg op perde in 2982 dat het hier om een terminariushuis van de franciscanen ging, een soort lo- gieshuis voor deze bedelmonni ken. De naam Trente zou een verbastering zijn van 'Terrnte', termijnhuis of terminarius huis. En die term kennen we wel uit ïsde-eeuwse akten. Waarom daar dan 'Kint' aan is toegevoegd, weet niemand. Het geheimzinnige huis komt vanaf de latere 18e eeuw niet meer op kaarten voor; de naam bleef wel bestaan voor een deel van de polder Kruiningen. De ze ontstond in 1531 op gebied dat in 2530 was overstroomd. Wanneer en waardoor 't Kint van Trente is verdwenen, is ook onbekend. Nieuwe over stroming? Electro-magnetische metin gen door de Stichting Raap had den vrijwel geen resultaat. Geen enkele van de 30 gezette boringen bevatte enig archeolo gisch materiaal. Ook oppervlak- tekartering, het aflopen en mi nutieus onderzoeken van ak kers, leverde geen aanwijzing op. Luchtfoto's toonden even min iets. 't Kint van Trente was en bleef een raadsel. Jan Kuipers werkt voor Stich ting Cultureel Erfgoed Zeeland 01 WOENSDAG 3 JUNI 2015 Even de benen strekken Bart Korstanje, Jan Boone en Bas Compeer (vlnr) van Zeeland Refinery maken tijdens hun lunch pauze een ommetje in het Sloegebied. foto Lex de Meester De koolmezen in het nestkastje hebben het ondanks de inspanningen om de katten uit de buurt te houden, niet gered. Het gevaar kwam uit een ande re hoek. foto Chiel Jacobusse door Jan Kuipers E.-.R ilGt 't Kint van Trente ten noorden van Kruiningen op de Visscher-Ro- mankaart (1656).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 39