48 BUITEN doorChiel Jacobusse HET ZEEUWSE LANDSCHAP De kemphaan is in Nederland als broedvogel vrijwel uitge storven. Ooit was het een tal rijke weidevogel, maar al voor de Tweede Wereldoorlog be gon het aantal in Nederland broedende kemphanen te ver minderen. De intensivering van het grasland gebruik in de jaren vijftig en zestig bracht de achteruitgang in sneltreinvaart en zo om streeks de eeuwwisseling verdween de kemp haan als broedvogel van het toneel. Voorgoed? Daar lijkt het wel op, maar soms gloort er een beetje hoop. In Zeeland is de kemphaan waarschijnlijk nooit heel talrijk geweest. De beste Nederland se broedgebieden waren de veenweidegebie- den in bijvoorbeeld Noord-Holland en Fries land. Maar toch waren er tot in de jaren zeven tig een aantal kreekgraslanden en poelgebie- den waar de soort jaarlijks voorkwam. In de Yerseke Moer zat aan het begin van de jaren tachtig nog een populatie van een stuk of tien broedende hennetjes. De afdamming van het Veerse Meer en het Grevelingenmeer leverde tijdelijk ook goede broedgebieden op. Maar in Zeeland was het halverwege de jaren tachtig wel over en uit met de jaarlijkse broedgeval- len. De teloorgang in de rest van Nederland volgde niet veel later. Kemphanen hebben een zeer ingewikkeld, maar ook buitengewoon boeiend baltsgedrag. In het voorjaar verzamelen de haantjes zich in de zogenaamde arena. Dat is een hooggelegen plek, meestal dicht bij het water, waar ieder mannetje zijn eigen stek heeft, ongeveer ter grootte van een vierkante meter. Zo'n eigen plek heet een honk en de bezitter ervan een honkmannetje. Want bij nadere beschouwing blijkt dat niet alle mannetjes zo'n eigen stek hebben. Sommige individuen houden zich aan de randen op en dat zijn de zogenoemde satellietmannetjes. Die hebben soms hetzelf de verenkleed als de sober gekleurde vrouw tjes. Maar ook mannetjes met veel wit in de kraag zijn veelal satellietmannetjes. Op de kampveldjes heerst vaak schijnbaar vol ledige rust. De kemphaantjes staan of zitten wat in het gras, totdat er een groep soortgeno ten passeert. De kemphaantjes veren op en wapperen met de vleugels, die een opvallende witte onderkant hebben, waardoor ze van ver re te zien zijn. Als de passerende groep bij draait en nabij de arena landt begint het typi sche kampvechten. De mannetjes raken onder ling slaags, en daarbij is het er om begonnen om indruk op de kemphennetjes te maken. De gevechten zijn in het algemeen spiegelge vechten, maar voor de toeschouwer ziet het er heel heftig uit. Het gaat er wel om dat de haan tjes hun agressie goed weten te doseren. Als het al te heftig toegaat worden de vrouwtjes afgeschrikt in plaats van geïmponeerd. En dan is er nog een tweede gevaar. Als het mannetje al te zeer in zijn vechtkunsten opgaat grijpt een van de satellietmannetjes zijn kans om met één van de hennetjes te paren. Dat klinkt allemaal niet al te ingewikkeld, maar er is buitengewoon veel onderzoek ver richt om het baltsgedrag van de kemphaan te ontrafelen. En daar is zeker het laatste woord nog niet over gezegd. Maar om deze schoon heid als broedvogel terug te krijgen moeten we vooral van alles weten over de voorkeurs biotoop. Ook daar is inmiddels heel veel over bekend. Kemphanen prefereren kletsnatte wei den, waarin de vegetatie een pollige structuur heeft en veel bloemen herbergt. Hoogtever schillen zijn essentieel om hooggelegen, dus van verre opvallende arena's te kunnen inrich ten. Het beste beheer is extensieve beweiding in het vroege voorjaar, met daarna een rustpe riode van hooilandbeheer en een hooioogst die niet voor de tweede helft van juli plaats vindt. Sinds er in de Yerseke Moer vernattingsmaat- regelen zijn doorgevoerd blijven de kemphaan tjes tijdens de voorjaarstrek weer langer in het gebied rondhangen. Soms zie je zelfs wat be ginnende kampgevechten en andere baltsge- dragingen, zoals het opzetten van de kraag. Dat herstel mogelijk is, is op diverse plaatsen gebleken. Vorige week was ik op bezoek in de Oostpolder, bij het Zuidlaardermeer in Gro ningen. Daar waren op meerdere plaatsen groepjes kemphanen te vinden, en na een flin ke vernattingsslag hebben kemphanen daar vo rig jaar weer gebroed. De kuikens waren vlak langs de fietsroute te zien. Het Zeeuwse Land schap is bezig om verder gaande vernattings- maatregelen in de Moer door te voeren. Dat ge beurt om allerlei redenen, maar de kroon op het werk zou ongetwijfeld de hervestiging van de kemphaan zijn! Kemphanen knokken voor de toekomst STICHTING Een typisch satellietmannetje met zijn opvallende, witte kraag. V-.V V*' V v if II I.' IC Is - I... De haantjes van de kemphaan zijn erg verschillend. Alle mannetjes zijn individueel herkenbaar en dat maakt de studie van het ingewikkelde gedrag van de kemphaan iets makkelijker. Kemphen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 21