Led ziet het licht 2 WONEN Lampenmakers worste len al jaren met inpas sen van led-techniek in verlichtingscollecties. Het grootste probleem - koude en kille uitstraling - lijkt overwonnen, de mogelijkheden zijn daarom onbegrensd. De energiezuinige led-lamp werd ja ren geleden een grote toekomst voorspeld. Zo zou den we nooit meer een lamp hoeven te vervangen en konden armaturen met geïntegreerde leds levenslang mee. De opkomst van de led was voor de overheid deels aanleiding de gloeilamp in de ban te doen. De praktijk bleek weer barstiger en de led legde het af te gen andere energiezuinige alterna tieven, zoals halogeen en de meer traditionele spaarlamp. Technisch was het inpassen van leds geen probleem en de lampen makers kwamen met vernieuwen de armaturen. Maar echt succes vol, met uitzondering van enkele bureaulampen, wilde het niet worden. Belangrijkste reden: het kille, witte licht dat van de leds af komt en dat gedimd net zo koud en kil blijft. Niet echt mooi voor de schemerlamp naast de bank. Daarom vielen gewone gebrui kers niet massaal voor alle voorde len van dat nieuwe licht. Eens in de twee jaar verzamelen de beste lampenmakers ter we reld zich in Milaan bij de Salone del Mobile op de lampenbeurs Eu- roluce; hét evenement waar elke zichzelf serieus nemende verlich tingsmaker de nieuwste produc ten toont. Diverse fabrikanten ver klaarden dit jaar de led als 'volwas sen'. Vooral omdat het gelukt is het koude, kille licht een warme re uitstraling te geven, vooral bij het dimmen. Dat was bijvoorbeeld te zien op de stand van verlichtingsmerk Flos. De Italianen introduceerden een tiental prototypes, dat later dit jaar op de markt moet komen. Met als meest in het oog sprin gend ontwerp de Superloon, van Jasper Morisson. Die lamp bestaat uit een grote, lichtgevende schijf op een driepotig statief. De leds zijn zo in de schijf verwerkt, dat die in zijn geheel licht geeft en dat van de leds niets te zien is. Op zich nog niet zo'n bijzondere tech niek, omdat deze veel vaker wordt toegepast om de leds wat vriende lijker te tonen. „Maar tot voor kort konden we led-verlichting helemaal niet goed dimmen", zegt Remco Vervoort, agent voor Flos in Nederland. „Het licht werd alleen minder fel, niet min der wit. Dat is nu met deze lamp opgelost. De Superloon geeft bij dimmen sfeervol licht." We konden led-verlichting niet goed dimmen. Dat is nu opgelost met de Superloon In 2008 verhuisde Judith Voorrips van een vrijstaande boe renwoning in het Zuid-Hollandse Bergambacht, naar een monumentaal pand in de Verrenieuwstraat in Zierikzee. De eerste jaren woonde ze er alleen, maar nu heeft Judith bijna wekelijks mensen over de vloer. Een jaar geleden startte zij namelijk in haar woning een bed breakfast. door Sharon van Oost Al een tijdje had ik het idee in mijn hoofd om hier een bed breakfast te beginnen, vertelt Ju dith Voorrips. „Maar, het was lan ge tijd onzeker of dat wel moge lijk was. Totdat ik vorig jaar te ho ren kreeg dat ik mocht starten. Eerst richtte ik de logeerkamer in als gastenver- trek, maar al snel werd het drukker en gaf ik mijn eigen slaapkamer op. Ik ben toen zelf een verdieping naar beneden verhuisd." Gek vind Judith het helemaal niet, dat ze regel matig nieuwe gezichten in haar woning aan treft. „Ik vind het juist gezellig. En met maar twee slaapkamers is het hier nooit te druk. Als gasten voor het eerst komen, maak ik vaak een praatje met ze, bied hen koffie of thee aan. Soms is de sfeer zo goed dat we een wijntje drinken in de tuin. Uit onze gesprekken maak ik op wat voor soort ontbijt ze wensen, wat voor mensen het zijn. Je merkt heel snel aan ie mand of hij geniet van eieren met spek of lie ver een licht bakje yoghurt met muesli eet. Het leuke is dat mijn vermoeden bijna altijd klopt. De gasten worden blij van mijn ontbijtjes." Inmiddels heeft ze wel een aparte eethoek inge richt. „Eerst ontbeten mijn gasten gewoon bij mij aan de keukentafel. Maar, dat werd me toch iets te veel op sommige momenten. Als men sen het leuk vinden, mogen ze nog steeds in de keuken komen zitten hoor. Maar, een plek waar je je af en toe kunt terugtrekken is ook wel fijn. Voor mij is de keuken die plek. Ik voel me er op mijn gemak, zit er erg graag." Al even tevreden als haar poes Piet zit de onder neemster op het houten bankje in de grote stadstuin die aan haar keuken grenst. „Gisteren heb ik hier een afdakje geplaatst. De kussens kunnen nu ook als het regent lekker blijven lig gen. Het is een fijn plekje hier, je zit heel be schut." Ze wijst op de muren die haar tuin van die van de buren scheiden. „Die zijn opge bouwd uit de stenen van een oude boerderij die hier ooit vlakbij stond." Aan de andere kant van de tuin, achter het hou ten schuurtje, staat een hoog stenen gebouw. Een voormalig slachthuis, weet Judith: „Toen ik hier kwam wonen, ben ik het gemeentearchief ingedoken. Ik was benieuwd wat er zich in dit pand afspeelde voordat ik het kocht. Ik kwam erachter dat zowel het woonhuis als het slacht huis rond 1828 werden gebouwd. In de beginja ren woonde hier een slagersfamilie, de familie Koopmans waarschijnlijk. Die naam staat op de voorgevel van het slachthuis waar nu een fiet senwinkel inzit." Nadat de slagersfamilie vertrok en lang voordat nieuwe bewoners er introkken, deed het huis aan de Verrenieuwstraat dienst als opslagplaats voor eieren. Daarna werd het opnieuw een woonhuis. „Een van de vorige bewoners heeft het in 1990 helemaal gerenoveerd. Dat was hard nodig. Het huis was inmiddels onbewoonbaar. De origine le houten vloer ligt er helaas niet meer in. Daar zakte je doorheen. Maar gelukkig zie je nog ken merken terug uit de begintijd. De originele bal ken zitten nog in de lage plafonds en de geha vende, maar karakteristieke muur is nog deels te zien op plekken waar niet is gestukt. Ik houd niet van dat hele strakke dus daar ben ik erg blij mee. Ook de ronde raampjes stammen uit 1828. Buurtbewoners noemen dit ook wel liefko zend 'het huisje met de ronde raampjes'", lacht ze. Aan de Verrenieuwstraat 34 mengen zich ver schillende stijlen. „Ik ben niet zo stijlvast", ver klaart Judith. De monumentale kenmerken zijn nog goed zichtbaar. Maar, aan de andere kant zorgt de grove stalen trap in het midden ervoor dat het geheel wat industrieel oogt. Aan de mu ren hangt wrakhout dat een visser van de bo dem van de zee haalde. Verspreid door de ka mers staat oud Frans aardewerk. „Ik ben jaren lang pottenbakster geweest, mijn vader had vroeger een galerie. Ik denk dat daar mijn inte resse vandaan komt." Hoewel ze tot 2008 in Bergambacht woonde, voelde Judith zich altijd al verbonden met Schouwen-Duiveland: „Toen ik jonger was, gin gen we hier op vakantie. En ik heb hier als jong meisje een tijdje gewoond, bezocht hier de ba sisschool. Met mijn man woonde ik een tijd in Oudorp. Maar, omdat het niet goed ging met zijn gezondheid, verhuisden we op een gege ven moment naar Bergambacht. Dichterbij zijn werk. Helaas overleed hij. Ik woonde ineens al leen in een groot, vrijstaand huis. Ik besloot om terug te keren naar Zeeland en kwam hier te recht. Vertrekken zal ik hier niet snel meer. De buurt is fijn, de bewoners aardig. Er is altijd reu ring, daar houd ik wel van." door Renske Schriemer en Cor-Peter Pasma Remco Vervoort, agent voor Flos in Nederland Steeds nieuwe gezichten aan de keukentafel Si '-y Judith Voorrips begon een jaar geleden in haar woning een bed breakfast, foto's Dirk-Jan Cjeltema

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 46