rfHKHHKh "-TöfV1 64 dagen 48 SPORT KEES BAL Twaalf Zeeuwen reden ooit de Ronde van Frankrijk. In de aanloop naar de finish van de Touretappe van 5 juli op Neeltje Jans portretteert deze krant ze allemaal. Vandaag deel 6: Kees Bal. In de archieven van de PZC zit een foto uit 2000 die vijftien jaar later een bijzondere betekenis krijgt. Op de plaat van Ruben Oreel zitten Toine Poppelaars, Pieter Stoter én Kees Bal gebroederlijk achter een tafel. De handen in elkaar gevouwen, kopje koffie voor de neus. Het trio kondigt tijdens een persconfe rentie in Middelburg aan de Tour de France in 2004 naar Zeeland te willen halen. 550.000 gul den moet het wielerspektakel kosten, en de pro vincie wil daar garant voor staan. Kees Bal, oud-renner en een van de initiatiefnemers van het Tourplan, zegt daarover destijds: „Het moet toch mogelijk zijn om één dag in Zeeland te fi nishen." Vijftien jaar later zit Kees Bal opnieuw achter de tafel. Nu in zijn woonkamer in zijn huis in de Goese Meer en kijkt hij terug op een bewogen wielerleven, zowel als coureur als organisator. Voor de deur staat een auto met het logo van Tour de Zélande, in de woonkamer hangen schil derijen die in het teken van wielrennen staan. Zijn missie uit 2000 heeft vijftien jaar later een happy end gekregen. Enkele maanden terug ge beurt wat niemand meer voor mogelijk houdt. Een telefoontje van gedeputeerde Ben de Reu zet het leven van Bal op z'n kop. De mededeling: hij komt! Bal kan z'n geluk niet op en geeft toe. „Ja, toen stond ik wel even te juichen in de woonka mer." Na jaren lobbyen komt de Tour de France dan toch naar Zeeland. „Het is gelukkig allemaal niet voor niets geweest", zegt Bal nu. Het is misschien wel de grootste overwinning in het wielerleven van de man die op 21 november 1951 in Kwaden- damme wordt geboren. De Tour de France loopt als een rode draad door het leven van Bal. Alhoewel hij lange tijd eigen lijk helemaal niet zo'n gelukkig huwelijk heeft nog TOURPORTRET Kees Bal is een van de grondleggers van de Zeeuwse Touretappe. In 2000 kwam hij al met een plan met 's werelds grootste wielerronde. In zijn actie ve loopbaan als wielrenner grijpt hij twee keer net naast een etappezege. En ook als initiatiefne mer om de Tour de France naar Zeeland te halen is het jarenlang steeds 'net niet'. Maar opgeven? Dat nooit. Het doorzettingsvermogen zat er van jongs af aan al in bij Bal. „Op m'n zevende riep ik al dat ik wielrenner wil de worden. Dat kwam mede door de successen van Jo de Roo. Ik ging elke dag naar de super markt om daar de uitslagen van de Tour te bekij ken. Thuis vonden ze dat ik een teamsport moest doen, het werd eerst voetbal en later handbal. Ook heb ik aan judo gedaan in Goes, maar voor mij was het vooral een sport om daar zo snel mo gelijk naartoe te fietsen. Als dertienjarige maakte ik, na lang zeuren, m'n debuut in de Ronde van Kwadendamme. Toen werd me al snel duidelijk dat er heel wat bij komt kijken om een goede wiel renner te worden. Maar ik wist toen al dat de Tour datgene was wat ik later wilde bereiken." Acht jaat later is het zover, in juli 1974 mag hij als broekie van 22 jaar zijn opwachting maken in de Ronde van Frankrijk. De verwachtingen zijn hoog gespannen. „Ik had dat jaar de Ronde van Vlaanderen gewonnen", kijkt Bal terug. „Maar ik reed voor een Franse ploeg en daar telt eigenlijk alleen de Tour de France. Ik vond het geweldig dat ik mee mocht, maar in de Amstel Gold Race brak ik m'n enkel. Ik moest zes weken in het gips. De voorbereiding was dus niet ideaal en ik ging dan ook niet met hoge verwachtingen naar de Tour. Ik reed daarvoor nog wel de Dauphiné, maar ook dat ging niet geweldig." Toch staat Bal aan het vertrek. Hij heeft twee ta ken: Zoetemelk en Poulidor, die bij hem in de ploeg zaten, ondersteunen, en proberen een rit te winnen. De missie lijkt te slagen. In de derde etap pe met finish in Meulenbeke is het al raak voor Bal. „Er was die dag een kopgroep weggereden, maar één voor één werden ze teruggepakt." Bal zet de beslissende demarrage in, laat het peloton achter zich en komt met zijn handen omhoog over de finish. De kussen van de rondemiss lon ken. Maar een paar seconden nadat Bal de meet is gepasseerd, krijgt hij slecht nieuws. In de hecti sche finale blijkt er nog een renner voor Bal te zit ten. En dus moet hij genoegen nemen met plek twee. „Ik werd vrijwel meteen met de neus op de feiten gedrukt. In die tijd had je natuurlijk nog geen oortjes en kwam het wel vaker voor dat je niet precies wist hoeveelste je was. Het was een gigantische teleurstelling." In de rest van de Tour ziet Bal flink af. Hij blijkt nog steeds last te hebben van zijn enkel en in etappe zestien, op de Aubisque, stapt hij af. „Maar na vijf minuten had ik al spijt. Ik had het liefst m'n fiets weer gepakt en verder gereden. De te rugreis was een klein drama. Ik moest zelf maar zien thuis te komen. Vanuit Pau ging het met een klein vliegtuigje naar Parijs en daarna met de trein naar huis. Ik had nog nooit een grote stad ge zien, het was een groot avontuur." In de jaren '75 en '76 volgt Bal de Tour via radio en televisie. In 1977 staat hij weer aan de start. Dit keer maakt hij deel uit van een ploeg die rondom Eddy Merckx is gebouwd. Hoewel de ploegen tijdrit wordt gewonnen („Ik heb dus eigenlijk toch een etappe gewonnen"), loopt de Tour voor het Fiat-team uit op een drama. „Met Merckx ga je voor de winst, maar dat zat er niet in. Iedereen werd daar chagrijnig van en de hele ploeg werd er in meegezogen. Het winnen van de ploegentijdrit was een pleister op de wond." Bal zelf is nog wel dicht bij een dagsucces. Samen met Gerrie Knetemann ligt hij op kop in de ne gentiende etappe naar Dijon, maar zijn landge noot mag van ploegleider Post niet meer meerij den in de finale. „Het was de ideale ontsnapping, we kenden elkaar goed, waren leeftijdsgenoten. Ik heb nog geprobeerd Gerrie over te halen, maar hij reed niet meer mee. Ik werd vervolgens in de sprint geklopt. Er stonden die dag wel drie Neder landers op het podium, dat zul je nu niet meer zo snel zien", vertelt Bal met gevoel voor understate ment. De Goesenaar rijdt die Tour wel uit en dat zorgt nog wel voor een voldaan gevoel. „Slechts 56 ren ners haalden Parijs. Op de Champs-Elysées heb ik zelfs nog even voorop gereden dus dat was erg mooi om mee te maken." Door zijn jarenlange ervaring als coureur - Bal De zege die geen zege bleek te zijn door Maurice Steketee Toine Poppelaars, Pieter Stoter en Kees Bal (vlnr) tijdens een persconferentie over de Tour de France in 2000. foto Ruben Oreel

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 53