r 7 Hf r L ZEELAND 33 gevoed met alg." Dit zogeheten affineren moet oesters van betere kwaliteit opleve ren, legt de onderzoeker uit. De extra smaak wordt gevormd door de vetzuren in de alg, legt Van Houcke uit. „Na pakweg een week of vier ga je als het goed is het verschil merken. Maar wanneer u als consu ment zegt 'leuk dat affineren, maar eigen lijk vind ik het niks', dan heeft het geen zin dat de oesterbedrijven zich hier mee be zig houden." Waar de alg vandaan komt die verantwoordelijk is voor de verfijning van nummer 721, weet de onderzoeker niet. Maar voordat Van Houcke de uitslag verklapt, krijgen de achttien deel nemers een tweede ronde met vier oesters voor hun kiezen. Dit wordt echt werken, getuige de uitvoerige vragen lijst. 'Bekijk de oester en geef uw score voor de volgende karakteristieken: Volheid, in negen gradaties oplopend van 'helemaal niet' tot 'erg veel'. Die zelfde gradatie moet worden aangemerkt voor de 'geur intensi teit', 'zee geur' en 'moddergeur'. Dan de vraag waar iedereen op heeft gewacht: 'eet nu de oester en geef uw score voor de vol gende karakteristieken van smaak: zoet heid, zoutheid, zeewier/algen, vis, zuur heid, bitterheid, metaalachtig en wrang heid.' Het formulier eindigt met het toeken nen van een cijfer aan de genummerde oes ter. Van heel slecht tot heel goed. Uit de hoek klinkt enigzins bedremmelt de stem van de 'foute helft': „Ik had nummer 536 opgeschreven. Maar eigenlijk is dat een heel slap oestertje. Die zou ik nooit ko pen." Hij krijgt bijval van de meneer in de ribbroek. De oesters hadden van hem best wat frisser mogen. „Ze waren een beetje aan de warme kant, dat beïnvloed toch de smaakbeleving." Van Houcke pareert die opmerking zorgvuldig. „Het gaat ons puur om de smaak die u proeft. De beleving pro beren we daarbij zoveel mogelijk uit te slui ten. Vandaar ook de tentamenopstelling bij deze test." Een oudere man in een bruine corduroy broek, wiens tongval verraadt dat dit niet z'n eerste en zeker ook niet z'n laatse oes ter is, richt zich met een welgemeend ad vies tot Van Houcke: „Kijk eens in je boek je of je algen uit Knysa in Zuid-Afrika kunt krijgen. Ik heb nog nooit zulke lekkere oes ters gegeten als daar. Het water ziet er ge woon groen." Voor wie stiekem droomt bij de sessies te gen een parel aan te lopen, heeft Van Houcke overigens een weinig hoopgeven de boodschap: „Tot dusver hebben we twee pareltjes gevonden. En we hebben er de afgelopen jaren voor dit onderzoek al ze ker tienduizend oesters doorheen gejaagd." Peter van Hoek (67), Vlissingen: „Ik ben een oesterliefhebber en het leek me wel leuk hier aan mee te doen. Ik eet ze regelmatig, meestal op vakantie in Frankrijk en verder vooral bij recepties of zo. Ik had ook 721 er uitgepikt. De smaak is voller, een beetje romig. Duidelijk lekkerder dan de andere twee. Ik vond het wel lastig alles zo te benoemen. Zeker die gedetailleerde vragenlijst. Ik vind ze gewoon lekker, of niet." Tanita Teeranuwat (54), Vlissingen: „Ik heb goed gekozen, nummer 721. Die smaakte goed, romiger. Lekker vol. Gewoon beter dan die ande re twee. Die roken ook meer naar vis. Ik hou erg veel van oesters, daar om leek het mij leuk hier aan mee te doen. Ik eet ze best wel vaak, als voorgerecht in een restaurant." WOENSDAG 29 APRIL 2015 voor de wetenschap Het consumentenpanel krijgt de keus uit drie oesters. Welke smaakt en ruikt het beste? foto's Lex de Meester

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 33