ft VERDIEPING 11 GROTE MIGRATIESTROMEN IN DE 20STE EEUW O 1930-1940 0 1946-1969 O 1975 -1985 Hij weet het nog precies: hoe midden op de ruige zee, bij slecht weer, de baby's werden overge gooid: van het wrakke vluchtelingenbootje met Vietname- zen dat ronddobberde in de Chinese zee naar het veilige Nederlandse schip waar hij, Bram Struik, in 1990 kapi tein van was. „Dat scheepje was in zinkende toestand toen wij het zagen. Er zaten 160 mensen in, het was prop vol. We hebben iedereen aan boord ge nomen, mee naar Maleisië. Die men sen waren er echt slecht aan toe. Ze hadden zelfs al afgesproken dat ze col lectief zelfmoord zouden plegen als ze niet gered zouden worden." In Maleisië was een eiland ingericht, speciaal voor vluchtelingen: Pulau Pu- lang. „We lieten ze daar achter. Ten minste: we droegen ze over aan de ma rine. Het eiland zelf mochten we niet op. Maar ik hoorde dat ze tien dagen later uit het kamp gestuurd waren. Die mensen zijn wéér op een bootje gezet, richting Indonesië. Dat hebben ze wel gehaald." Struik haalde destijds de internationa le pers omdat hij aan de bel trok over de behandeling van de vluchtelingen. „Een deel van die mensen is naar Ne derland gehaald, weet ik. Anderen zijn naar Australië vertrokken. Ik heb nog geprobeerd contact met ze te hou den. Ik heb een cadeautje gestuurd toen één van de mannen ging trou wen. Maar ik heb eigenlijk nooit meer iets gehoord." Dat alle Vietnamese vluchtelingen toen met open armen werden ontvan gen, is een misvatting. Honderddui zenden mensen hebben jarenlang in kampen in Maleisië en Indonesië geze- Mensen waren uitgedroogd en ziek, maar bij mij aan boord is gelukkig nooit iemand overleden ten. Soms werden mensen jaren later weer teruggestuurd. Van de 800.000 Vietnamezen die hun vaderland ver lieten, kwam een kwart om op zee. 16.000 mensen vonden hun bestem ming in Nederland. „Het is hetzelfde verhaal als in de Mid dellandse Zee nu", zegt Struik. „De meeste mensen waren economische vluchtelingen. Toen ik daar werkte, be gin jaren negentig, was de oorlog voor bij; Vietnam was communistisch, maar een groot deel van de mensen zag daar geen toekomst." Struik was kapitein op de Smit-Lloyd 110. Hij bevoorraadde olieplatforms en schepen. „De meeste vluchtelin gen ging op zee op zoek naar een schip of een booreiland. Wij kwamen ze heel vaak tegen. Ik denk dat ik in to taal duizend tot vijftienhonderd man aan boord gehad hebben. „De mensen voeren in afgedankte oude bootjes. Ook dat is vergelijkbaar met wat er nu in de Middellandse Zee gebeurt. Wat wel anders was: in die bootjes zaten mensen van alle leeftij den, kinderen, oudere mensen en vrouwen. Ze kochten met zijn allen een boot en vertrokken. Ze betaalden wel, maar niet zo veel als nu. In Libië opereert nu een echte vluchtelingen- maffia. Ze proppen zo veel mogelijk mensen op een bootje en gaan. Ik ge loof niet dat er destijds in Vietnam zo'n organisatie achter zat." Vaak was Struik wel een week onder weg met zo'n groep mensen aan boord. De bemanning zorgde van te voren dat er genoeg eten en drinken aan boord was. „Mensen waren ziek en uitgedroogd. Sommigen hadden in het water en de olie gelegen, die hiel den niets binnen. Maar het is geluk kig altijd gelukt. Bij mij aan boord is nooit iemand overleden." DINSDAG 21 APRIL 2015 van Rusland naar Siberië 0 vanaf 1940 Europese joden naar VS 0 vanaf 1945 van Turkije naar Nederland en Duitsland van Nederland naar Canada, Australië en VS 0 vanaf 1950 van Mexico naar VS van Vietnam naar VS, Canada, Australië en West-Europa (o.a. Nederland) 0 vanaf jaren '90 van Noord-Afrika naar Europa (vooral Italië) door Nadia Berkelder Bram Struik

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 11