66 Als je in je hotel of
jeugdherberg
aankwam, kon je
eerst je eigen shirt
nog gaan wassen
SPORT 51
ps-Élysées sprong ik nog weg en
heb ik een ronde of vier/vijf al
leen op kop gereden. Twee rond
jes voor het eind werd ik bijge
haald maar ik kwam toch nog als
vijftiende met m'n vuist omhoog
over de streep. Dat ik die Tour uit
gereden heb, nadat ik zo vreselijk
heb afgezien, voelde voor mij als
een overwinning." In het eind
klassement wordt hij 83e. Daar
mee houdt hij nog twee renners
achter zich.
Twee jaar later mag de inmiddels
31-jarige wielrenner het nog een
keer proberen. Weer in een Bel
gische ploeg, dit keer Splen-
dor-Wickes. Met ploeggenoten
als de dit jaar overleden Claude
Criquielion, Paul Wellens en de
broers Eddy en Walter Planckaert.
„Na de zestiende etappe heb ik
toen op moeten geven. De dag er
voor was de aankomst op Alpe
d'Huez en daar ben ik 's avonds
ziek geworden. Ik denk dat ik iets
uit het publiek heb aangenomen
dat niet goed was."
In ieder geval was het niet moge
lijk om door te fietsen en Schip
per besluit de volgende dag niet
meer te starten. „Eddy Planckaert
was ook koortsachtig en aan de
diarree. Hij zei: 'Jos, ik stap ook
op, ik ga met je mee.' Maar toen
ik de volgende ochtend m'n kof
fer had gepakt en uit het raam
keek, zag ik Eddy in z'n tenue en
met fiets naar de start vertrekken.
Ik kon toen in m'n eentje op de
trein en Eddy is die dag al voor
half koers afgestapt. Later bleek
dat-ie van ploegleider De Kimpe
moest starten."
Jos Schipper rijdt elf seizoenen
als profwielrenner rond. Naast
zijn twee deelnames aan de Tour
de France staan er ook nog drie
deelnames aan de Ronde van
Spanje op zijn palmares. Met in
1978 een vijfde plaats in het eind
klassement van die Vuelta, op een
dikke vier minuten achter win
naar Bernard Hinault.
„Ik kan terugkijken op een schitte
rende carrière. Voor mezelf ben ik
zeer tevreden." Want Schipper be
gon pas laat met fietsen. „Ik heb
eerst nog aan voetbal, zwemmen
en atletiek gedaan. Zwemmen en
atletiek ging eigenlijk ook best
goed. Pas toen ik achttien of ne
gentien was, ben ik gaan wielren
nen."
Bij de nieuwelingen bleek al snel
dat fietsen hem ook goed afging.
„Ik won toen in twee jaar tijd
twintig wedstrijden. Puur op ka
rakter. Een mooie stijl had ik
niet. Ze zeiden wel eens tegen
me: 'Schipper, je zit als een zout
zak op je fiets.' Bij de amateurs
kon ik m'n plan goed trekken. Ik
was geen top, maar reed wel
mooie prijzen. Een wedstrijd of
veertig heb ik daar wel gewon
nen."
Schipper was geen renner die in
een bepaalde discipline uitblonk.
Geen rasechte sprinter, klimmer
of tijdrijden Maar in goede vorm
kon hij veel. „Ik voelde wel eens
aan de start m'n vingers tintelen.
Dan wist ik dat ik goed was. Dat
had ik ook wel eens in de finale
van een koers. Ik was vooral een
aanvaller. Sprong er vaak in en
smeet dan met mijn krachten.
Dat is nou eenmaal de aard van
het beestje. Tien keer getelefo
neerd en de elfde keer weg zijn.
Misschien niet altijd even slim,
maar ik zat nooit te linkeballen
en deed altijd netjes m'n kop-
werk. Ik kon in een groepje wel
aardig aankomen en soms was ik
ook goed in het hooggebergte. Ik
herinner me een keer dat ik Johan
de Muynck in de bergen helemaal
heb teruggereden naar voren. Ter
wijl hij minuten achter lag."
In de klassiekers behaalt Schipper
vierde plaatsen in Gent-Wevel-
gem en de Amstel Goldrace. Ook
wordt hij zesde in de Ronde van
Vlaanderen. Met nog een tweede
plaats op het Nederlands kam
pioenschap achter Johan van der
Velde prima resultaten voor een
laatbloeier.
Toch ziet de inmiddels 63-jarige
wielerliefhebber hoe het in zijn
ogen anders en beter had kunnen
gaan. „Wij moesten indertijd al
les rijden. Je had soms geen tijd
om adem te halen. We reden
soms meer dan honderd koersen
per jaar. Dat is achteraf eigenlijk
te gek. Mocht ik het nu over doen
dan zou ik, zoals dat nu gaat in
het wielrennen, meer m'n rust
pakken en pieken. Ook zou ik er
op letten dat ik meer at en dronk
onderweg. Zo gaat dat nu ook in
het wielrennen met de uitgebalan
ceerde voeding en trainingsme
thoden."
Fietsen doet de Domburger nog
graag. Maar niet meer zo veel. „Ik
heb er vaak geen tijd voor. Met
mijn baan bij horecagroothandel
Kreko en het ondersteunende
werk voor de twee bed break
fasts en de hotelchalets Grasdui
nen van mijn vrouw schiet er
soms wel eens een seizoen of
zelfs een jaar bij in."
Wel volgt hij het wielrennen nog
op de voet. „Ik houd alles in de ga
ten. Ik geniet altijd voor de televi
sie. Wielrennen is een gecompli
ceerde sport. Ik kijk altijd naar de
Belg. Met wieler-analist José de
Cauwer, die lang de vaste ploeg
maat was van Hennie Kuiper."
Schipper denkt dat hij wel bij de
Zeeuwse Tourfmish aanwezig zal
zijn. „En dan hoop ik dat het flink
waait, want dat zou het bijzonder
maken. Dat heb je wel kunnen
zien bij de laatste Gent-Wevel-
gem. Dan moet er geknokt wor
den. En je moet altijd knokken
om ergens te komen. Dat heb ik
wel geleerd. Wilskracht is de bes
te doping die er is."
ZATERDAG 18 APRIL 2015
wel rekening met me
Op de Col du Tourmalet is Jos Schipper (vierde renner van links) in goed gezelschap. De groep is in achtervolging
op de ontsnapte Raymond Martin. Van links naar rechts: Sven-Ake Nilsson, Vincente Belda, Johan de Muynck, Jos
Schipper, Jean-René Bernaudeau, Joaquim Agostinho, Ludo Loos, Joop Zoetemelk, Hennie Kuiper en Robert Alban.
reproductie foto Cor Vos uit wielermagazine van 1980
1982
Eindstand Ronde van Frankrijk:
1. Bernard Hinault
2. Joop Zoetemelk
3. Johan van der Velde
Jos Schipper afgestapt i.v.m. ziekte
Jos Schipper op de Domburgse duinen, foto Lex de Meester
Jos Schipper