Hier kon je heerlijk van de dijk af glijden Nieuwe raadkaart Porselein van stand BUITEN 23 De raadkaart van vorige week toont Het Ba ken in Scharendijke. Dat hadden bijna alle inzenders goed gezien. Kees Stevense schrijft dat de foto rond 1915 is genomen. „De weg is vanouds bekend als 'Het Baken' en ontleent zijn naam aan een vroeger op de zeedijk staand baken dat de vaarroute aan gaf door de Grevelingen. De huisjes langs de weg werden bewoond door onder anderen schaapherder Daan de Bruijne, Leen van de Panne en smid Van Dongen. De grote schuur was van Ornee, een vlas boer. De twee mannen op de foto zouden Kees van Eek en Jan van de Panne zijn. De buurtschap werd voornamelijk bewoond door landarbeiders en dijkwerkers." Sjaak Dorreman uit Scharendijke schrijft dat het voorste huisje van de familie van de Panne er inmiddels niet meer staat. Dorreman her innert zich dat je er vroeger heerlijk van de dijk kon glijden of rollen, omdat je dan niet direct op straat terecht kwam. Ook Anjo van Burg-Rotte herinnert zich het spelen op de dijk: „Alsof je op de glijbaan zat. Later in mijn tienerjaren werd de dijk weer gebruikt voor wat ze tegenwoordig een 'hangplek' noemen. Volgens Ad Stoel is de foto van het Baken vanaf de Elkerzeeseweg genomen. „Op de foto staat mijn opa, de man links op foto. In het voorste huisje woonde zwarte Janna." Ook Marijke Krepel weet dat Janna er woonde: „In het kleinste huisje rechts vooraan woonde een vrouw die iedereen Janna zonder lenden noemde. Waarom?" Ze zou het leuk vinden als iemand het ant woord daarop weet. P.C. Snoep weet nog te melden dat er in 1856 een schip met scha pen verging. Ondanks dat het verboden was werd door veel dorpelingen het vlees van de aangespoelde dode dieren gegeten. De dijk werd in 1916 verhoogd met een zogenoemde Muraltmuur en stond tot 1953 bekend als de hoogste dijk in Nederland. Gjezieht bij Scharendijke, Kei zoogenaamde Baken Met z'n drietjes staan ze in een apar te kleine vitrine in het Zeeuws Ma ritiem MuZEEum, drie zeldzame voorwerpen afkomstig uit de opgravingen op het Vlissingse Scheldeterrein in 2007-2008. Eén van de drie is zelfs zo uniek dat Japanse archeologen er met grote belangstelling naar gekeken hebben. Het gaat om een dikwandig in een mal ge vormd porseleinen bordje met een gegolf de rand. Het is prachtig polychroom be schilderd met onder meer bloesemende Ja panse kers en een vogel. Aan de achterzijde een vierkant merkje en gestileerde takken met bloesems in blauw. Het bordje is ku- taniporselein, genoemd naar de gelijknami ge productieplaats in Japan. Het is echter niet zeker dat het daar is gemaakt. Ook in Japan is het zeldzaam en de discussie over dit type porselein is nog volop gaande. Het bordje werd gevonden in een beerbak die behoorde bij een huis, gelegen aan de westzijde van het huidige Dokje van Perry. De beerbak is te dateren tussen 1609 en 1675. Gedurende een deel van deze periode was de steenrijke Vlissingse reder Cornelis Lampsins eigenaar van het pand. De beer bak vormt zowel kwalitatief als kwantita tief de rijkste vondstcontext van het hele onderzoek. Bijna de helft van alle opgra vingsmateriaal komt uit deze ene beerbak! Hoe is dit bijzondere bordje daar nu te rechtgekomen? Daarvoor moeten we terug naar halverwege de 17de eeuw. De Neder landers onderhielden, nadat de Portugezen Japan waren uitgezet, als enigen in Europa handelscontacten met Japan. Deze contac ten waren aan strenge regels gebonden. Vanaf 1641 fungeerde het kunstmatige ei landje Deshima in de haven van Nagasaki als Nederlandse factorij. Elk jaar werd daar een andere leidinggevende gekozen. In 1646-1647 was dat Willem Verstegen, een uit Vlissingen afkomstige koopman. Later zetelde hij in Fort Zeelandia op Formosa, nu Taiwan, als commissaris. Zijn klerk daar was een zekere Zacharias Wagner, die zich bijzonder interesseerde voor het hoogwaar dige porselein dat in de omgeving van Ari- ta, niet ver van Nagasaki, werd vervaardigd. Tien jaar na Willem Verstegen werd hij zelfs tweemaal 'opperhoofd' op Deshima. In 1658 liet hij een grote order Japans porse lein naar Nederland verschepen. De productiedatum van het bordje (1640-1660) ligt in de periode van de be windsjaren van Verstegen. Kutaniporselein was voorbehouden aan de aan het shogu- naat gerelateerde elite en had daar een soort rituele betekenis. Het was zeker geen exportproduct. Kutani ligt echter ver buiten de regio waar mee de Nederlanders contacten onderhiel den. Maakte het bordje misschien deel uit van de geschenkenuitwisseling tijdens het jaarlijkse bezoek van de Nederlanders aan de shogun in Edo? Dan is het verleidelijk om te denken aan Willem Verstegen en an dere Zeeuwse kooplieden die in die jaren in Deshima verbleven. Het moet dan een uniek relatiegeschenk zijn geweest. Als het bordje echter deel uitmaakte van de scheep sladingen porselein die rond de jaren 1660 naar Nederland werden gezonden, dan is Arita als herkomst meer voor de hand lig gend. Dit unieke bordje, de vroegste archeologi sche vondst van Japans porselein in Neder land, ging uiteindelijk de weg van alle ge broken vaatwerk. Ruim 350 jaar later kun nen we het, fraai gerestaureerd, bewonde ren in het stadspaleisje van Cornelis Lamp sins, nu het Zeeuws Maritiem MuZEEum in Vlissingen. Leida Goldschmitz is vrijwilliger Archeologi sche Werkgemeenschap Nederland Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland WOENSDAG 25 MAART 2015 De waardebonnen gaan naar Sjaak Dorreman, Scharendijke, Hennie van der Linde, Scharendijke en Anjo van Burg-Rotte, Zierikzee Scharendijke begin vorige eeuw. Een nieuwe opgave uit de collectie kaarten en foto's van Hans Linden- bergh. Onze vraag: waar is deze foto genomen? We zijn benieuwd naar de locatie en lezen graag anekdotes of ver halen over deze plek. Stuur uw oplossing naar: redactie@pzc.nl of Post bus 5046, 4380 KA Vlis singen. Drie inzenders van goe de antwoorden ontvan gen een waardebon.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 24