Hoe voer je nu een gesprek over je huis houdelijke hulp? Laat je altijd bijstaan, ad viseert Ad de Witte. Hij is één van de ve le vrijwilligers die mensen adviseert. 66 Zorg altijd dat er iemand bij zo'n gesprek over huishoudelijke hulp aanwezig is 66 Grote ongelukken lijken er nog niet te gebeuren. Maar we zijn net begonnen 32 ZEELAND HUISHOUDELIJKE HULP f Oh, u kunt de tegeltjes in de keuken zelf nog schoonma ken? Mooi, dan hoeft de hulp dat niet meer te doen." Zo hard wordt het soms gespeeld. Mensen voelen zich onder druk ge zet, weten zich geen raad en gaan argeloos ak koord met vermindering van het aantal uur huishoudelijke hulp. Ad de Witte van de Ka tholieke Bond voor Ouderen staat veel men sen bij. „Zorg altijd dat er iemand bij een keu kentafelgesprek aanwezig is." Het is nog te vroeg om te zeggen dat de veran deringen in de huishoudelijke hulp leiden tot grote ongelukken. Maar er gebeuren hele gek ke dingen. Het is moeilijk om een compleet overzicht te krijgen, omdat de situatie overal anders is. De ene gemeente maakt belrondjes, de ander voert zogenoemde keukentafelge sprekken. Maar soms besteden gemeenten die gesprekken uit aan de zorgaanbieder zelf. „Dat is nogal vreemd", zegt De Witte. „Omdat de gene die hulp geeft eigenlijk zijn eigen baan om zeep zit te helpen. Want alles wat iemand zelf kan doen, hoeft een hulp niet meer te doen. En het is ook niet goed voor de verstand houding met cliënten." Hoe het ook geregeld is, zorg dat je nooit al leen komt te zitten tegenover een ambtenaar of hulpverlener, waarschuwt de Oostkapellen- aar. En vooral: teken niet zomaar wat wordt voorgesteld. De Witte is Vrijwillige Burger Adviseur en leidt andere vrijwilligers op. Inmiddels lopen er in acht Zeeuwse gemeenten zo'n 70 VBA's rond. Die zijn onafhankelijk en adviseren en helpen bijvoorbeeld bij de aanvraag van de zorg- of huurtoeslag, de administratie of wo ningaanpassingen. En nu dus ook bij de keu kentafelgesprekken. „Mensen hebben ondersteuning nodig", weet hij uit eigen ervaring. „Want drie dagen voor zo'n keukentafelgesprek slapen mensen niet. Vervolgens komt er iemand langs die zoge naamd gelijkwaardig is. Maar dat is natuurlijk niet zo. Want degene die het gesprek voert, heeft veel meer kennis en is op pad gestuurd met de boodschap dat het geld op is en dat zui nig aan gedaan moet worden. Dus zorg altijd dat iemand bij het gesprek aanwezig is. Als het een familielid is die erbij kan zijn, is dat prima. Maar als je die niet hebt, zorg dan voor een ondersteuner." Nu de zorg verandert, gemeenten verantwoor delijk zijn voor huishoudelijke hulp en er fors op moet worden bezuinigd, wordt gekeken of mensen veel meer zelf kunnen doen. Gemeenten en instellingen hebben de inten tie dat gesprekken eerlijk en rechtvaardig ver lopen, is de indruk die De Witte heeft. „Maar zo'n gesprek wordt natuurlijk de kant op ge stuurd dat het allemaal een tandje minder moet." Als De Witte mensen bijstaat, bereidt hij samen met hen het keukentafelgesprek voor. „Ik zei laatst tegen iemand dat hij zich niet als een macho moet gedragen. Want ik weet dat hij met zijn stok niet verder kan lo pen dan de heg voor zijn huis. Maar als in het keukentafelgesprek een mooie mevrouw vraagt of hij goed kan lopen, vertelt hij rustig dat hij hele dagen over het dorp loopt." Het is wel begrijpelijk, zegt De Witte. „Want wie vertelt nu graag dat hij van alles moet inle veren, terwijl hij vroeger alles kon? Ouderen vinden dat heel moeilijk. Die zijn voor, in of vlak na de oorlog opgevoed met het idee: je hebt het maar zelf voor elkaar te boksen. En nu moeten ze erkennen dat ze dat niet meer kunnen." Grote ongelukken lijken er nog niet te gebeu ren. „Er zijn weinig problemen. Het gaat echt niet allemaal mis. Maar we zijn net begonnen. Gemeenten hebben nog een leertijd nodig, want natuurlijk gebeuren er gekke dingen." Ook voor de vrijwillige adviseurs is het lastig een beeld te krijgen hoe het in heel Zeeland verloopt. „Het gaat overal anders. In Vlissin- gen en Veere zijn mensen gebeld nadat de ge meente hen eerst een brief had gestuurd. Mid delburg wil keukentafelgesprekken voeren." De Witte probeert zich voor te stellen hoe zo'n telefoongesprek gaat. „De telefoon gaat. Wie? De gemeente? Uh, die heb ik helemaal niet gebeld hoor en degene hangt op. Ik zie het helemaal voor me. Die methode komt niet over bij oudere mensen." Ook keukentafelgesprekken zijn niet gelijk waardig, stelt de burgeradviseur. „In de Oos- terschelderegio worden keukentafelgesprek ken gevoerd. Maar gemeenten besteden dat uit aan de zorgaanbieders. En dus voeren de alphahulpen vaak zelf het gesprek. Dat doen ze met behulp van een soort checklist. Die alp hahulpen gaan dan over hun eigen baan hè. Dus als ze vragen of iemand nog kan stofzui gen en diegene zegt ja, dan is ze haar baan kwijt. Zo kun je dat toch niet organiseren? Het is de slager die zijn eigen vlees keurt. Niet alleen voor de ouderen die hulp nodig hebben is het onwenselijk, maar ook voor de alphahul pen. Die komen in een rare positie." Toch vindt De Witte het niet vreemd dat de huishoudelijke hulp kritisch tegen het licht wordt gehouden. „Wie had er 20 jaar geleden nou huishoudelijke hulp? Toen betaalden we die zelf. Ondertussen zijn we gewend dat het betaald wordt. We hebben dat geprofessionali seerd en er zijn enorme instellingen ontstaan. En vervolgens komen we er achter dat dat he lemaal uit de hand loopt en dat er bezuinigd moet worden. Voor de mensen die in de zorg werken is het natuurlijk enorm vervelend dat ze hun baan kwijtraken." Er zitten dan ook twee kanten aan de bezuini gingen, onderstreept De Witte. „De ene kant: je bent 85, je hebt het hele leven op het land gewerkt en het enige dat je kon lezen was de Bijbel. Dat kan zo voorkomen. Dan krijg je een brief van de gemeente Veere. Daarin staat dat er nogal wat verandert in de zorg en dat je vanaf 1 januari de huishoudelijke hulp niet meer vergoed krijgt. Vervolgens staat er dat je andere zorg moet zoeken en het voortaan zelf moet betalen. Als ik dan naar de financiële ge gevens kijk, zie ik dat ze de hulp niet zelf kun nen betalen. In dit geval heb ik de wethouder daarop aangesproken. Dan blijkt ineens dat als je in Veere een minimum-inkomen hebt, je drie uur in week hulp kunt krijgen en dat de gemeente een tegemoetkoming betaalt. Dat is niet goed gecommuniceerd. Zouden mensen niet zijn bijgestaan door een adviseur, dan hadden ze in de problemen gezeten." Maar de vrijwilligers zien ook voorbeelden waarbij het uit de hand is gelopen. „Ik was on langs bij een mevrouw die twee ochtenden in de week huishoudelijke hulp heeft. Ze heeft die hulp ooit toegewezen gekregen en dat is automatisch door blijven lopen. Nu moet ze de hulp zelf gaan betalen. Dan kijk ik naar de financiële situatie en zie dat die mevrouw een vermogen heeft en dat ook makkelijk kan. Ver volgens zegt ze dat één ochtend in de week hulp ook genoeg is. Dan denk ik: dat had vroe ger dus ook gekund." Mensen krijgen niet minder huishoudelijke zorg, maar wel minder huishoudelijke hulp, zegt De Witte. „Als mensen in de problemen dreigen te komen, zie ik ook dat gemeenten in grijpen. Er is wel degelijk een vangnet. Ge meenten, provincies en rijk roepen niet voor niets: meld het als het niet goed gaat. En dat moet iedereen dan ook doen." Voer nooit in j e eentj e het gesprek over hulp door Jeffrey Kutterink Ad de Witte Ad de Witte Ad de Witte leidt Vrijwillige Burger Adviseurs op om mensen bij te staan in bijvoorbeeld keukentafel gesprekken. foto Ruben Oreel

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 33