12 SPECTRUM
actueel
beeld bij de vijver uit voortgekomen.
Dat jongetje is Johnny, die al weer ve
le jaren in Nederland woont. Toen in
2010 het misbruik door de katholieke
kerk in volle hevigheid in de publici
teit kwam, trok dat de wonden die hij
tijdens zijn internaatstijd op Curasao
opliep weer open. „Ik ben het nooit
vergeten", vertelt Johnny. „Maar ik
heb kans gezien om het jarenlang weg
te stoppen. Toen de slachtoffers in Ne
derland eindelijk van zich deden spre
ken, durfde ik ook mijn mond open te
doen."
Johnny wordt in 1953 geboren in Rot
terdam. Hij is, met een jongere half
broer en een oudere broer, het middel
ste kind. Zijn moeder is Nederlandse,
zijn vader Antilliaan. Als hij 5 is, emi
greert het gezin naar Curasao. Er vol
gen enkele mooie jaren. Dan overlijdt
Johnny's vader en komt zijn moeder
er alleen voor te staan. Zij brengt John
ny en zijn broers met de beste inten
ties onder bij de Fraters van Tilburg,
die zich in Soto bekommeren om we
zen en jongens uit gebroken gezin
nen. Anders dan zijn broers is Johnny
een verlegen kereltje, niet opgewas
sen tegen de keiharde mores in het in
ternaat. Hij wordt gepest omdat hij
van gemengd bloed is en regelmatig
mishandeld en verkracht door oudere
jongens. Van zijn toe tot zijn 14e
wordt hij bovendien misbruikt door
drie fraters. Zo is daar frater Henricus,
de kunstenaar, die bij Johnny liefde
weet op te wekken voor tekenen en
w - P het platteland
B van Curasao
i A staat, in de zinde-
rende hitte in het
stille dorpje Soto,
een restje tro
pisch Nederland.
Het gebouw Emaus van het voormali
ge jongensinternaat San Fernando,
waar ooit de Fraters van Tilburg de
scepter zwaaiden, is nog helemaal in
tact. Inclusief een kast vol kazuifels.
De fraters vertrokken in 1995. Emaus
is tegenwoordig een religieus bezin
ningscentrum. Daar is het, in the mid
dle of nowhere, een prachtige plek
voor, ver van de stadse drukte en de al-
t om aanwezige toeristen op de stran-
I® den. Voor de bezoeker is het heerlijk
toeven in de schaduw van de bomen
in de rustieke, oude fraterstuin. Voor-
w al het bankje met zicht op een met wa-
terlelies gevulde vijver is gewild.
Aan de rand van het vijvertje staat
een heeld: een in rood steen uitgehou-
wen jongetje, slechts gekleed in een
0 1 lendendoekje. Hij leunt met de han-
I den achter zijn hoofd achterover, zijn
t j mond opengesperd. Wat de rustzoe-
I *§0 kers niet weten, is dat dat jongetje in
het internaat van San Fernando, in de
vroege jaren zestig van de vorige
eeuw, op gruwelijke wijze is mis-
een van hen, frater Henricus, moest
hij vrijwel naakt poseren. Daar is dit
i
A
door Dorine Steenbergen