Onderin het
gemeentehuis
was het kot
Nieuwe raadkaart
Steunpunt in de Romeinse verdediging van de Noordzee
BUITEN 7
„Dit is de Molendijk te Hoek", schrijft Joke
van Doesselaar-Verhage uit Hoek. „Aan de
rechterkant de smederij van J.C. Verhage. Ik
ben daar geboren. Nu is er een fietsenwin
kel van G. de Boer. Het was een levende
straat." De opgave van vorige week leverde
23 goede inzendingen op. 'De Molendijk in
Hoek, met rechts het voormalig gemeente
huis (met het torentje)', melden veel inzen
ders. Sommigen zijn daar getrouwd.
„Ik ben op de Molendijk geboren, op nr. 21
waar mijn vader schoenmaker was", schrijft
Corrie Notebaart Witte, al sinds 1966 woon
achtig in Middelburg. „We zijn ook ge
trouwd in de kerk die pas afgebrand is."
„In het huis naast de smederij woonde
mijn grootvader Murk van Stralen", aldus
Murk van Stralen uit Sas van Gent. „Aan de
andere kant het winkeltje van Bram van de
Welle." Volgens enkele inzenders werd hij
ook wel 'Bram Snot' genoemd. Ze melden
er niet bij waar die naam vandaan kwam.
Ankie van der Hoofd uit Hoek schrijft dat
op de foto Bram van der Welle voor zijn
winkel (vooraan links) staat, met zijn
vrouw en Jan Klaasen en zijn zoontje.
„In de straat was ook de bakkerij van Ro
bijn", schrijft J. van der Maale uit Hoek.
„Die mijn vader in de jaren '50 heeft overge
nomen."
Onderin het gemeentehuis was een gevan
gencel, aldus Jan Lauret uit Middelburg,
'maar oud-Hoekenees'. „Het kot. Ik ben er
door de 'vellewachter' (Butje) wel eens naar
toe gebracht, maar nooit opgesloten. Meer
als dreiging als je kattenkwaad had uitge
haald." Adri van Overdulve-de Kraker uit
Terneuzen kent de Molendijk van de tijd
dat ze er op de lagere school zat, in de perio
de 1944-1950. „Bij de lantaarnpaal links,
trapjes af, ongeveer vijftig meter tegelpad
en daar stond mijn school, School met de
Bijbel."
De winnaars van de waardebonnen: Murk van
Stralen, Sas van Gent; Adri van Overdülve-De
Kraker, Terneuzen en Joke van Doesselaar-Ver
hage in Hoek.
Hoek Molendijk
Zonder twijfel is Aardenburg de
plaats waar in Zeeland de mees
te opgravingen hebben plaatsge
vonden. Dat is vooral te danken
aan de daar aanwezige Romeinse
overblijfselen en de hardnekkige belangstel
ling daarvoor van de eerste provinciaal ar
cheoloog van Zeeland, ir. Jan Trimpe Bur
ger. De eerste opgraving vond plaats in
1949. Pas in 1955 werden de eerste Romein
se sporen opgegraven door de Rijksdienst
voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek
(ROB). Van 1957 tot zijn pensionering in
1986 was Trimpe Burger bij die opgravin
gen betrokken. Hij verhuisde daarvoor
zelfs naar Aardenburg. De laatste ROB-op-
graving werd in 1988 uitgevoerd. Voor de
onderzoeken vanaf 1999 werd een beroep
gedaan op archeologische bedrijven.
De eerste integrale studie van sporen en be
langrijke vondstgroepen is pas in 2013 gepu
bliceerd. In een inhaalslag van achterstallig
onderzoek van nationaal belang werkten
de SCEZ en Hazenberg Archeologie sa
men, met financiering van de Provincie
Zeeland en het Rijk. Daaruit bleek dat Ro
meins Aardenburg en omgeving een areaal
van 2 vierkante kilometer beslaat, van de
Draaibrugseweg in het noorden tot de
Schependomseweg in het zuiden. Centraal
daarin lag een militaire versterking, ter
hoogte van de Sint-Bavostraat en de
Burchtstraat.
De versterking was niet een eenmalig ste
nen bouwwerk, zoals Trimpe Burger dacht,
maar een opeenvolging van drie bezettin
gen. Van de eerste bezetting van ca. 170 na
Chr. zijn slechts gebouwresten bewaard ge
bleven. Rond 190 werd een tweede castel-
lum (fort) gebouwd, voorzien van een aar
den verdedigingswal. Van de binnenbebou-
wing zijn sporen van een groot hoofdkwar
tier en manschapbarakken blootgelegd.
Dertig jaar later werd deze versterking ver
bouwd: het hoofdkwartier werd uitge
breid, ten zuiden daarvan werd een kleine
tempel opgericht en buiten de wal een
nieuwe verdedigingsgracht gegraven. Om
streeks 240 werd dit kamp verwoest en ver
laten.
Rond 260 werd op dezelfde plaats een
nieuw fort gebouwd, nu omgeven door een
stenen verdedigingsmuur met ronde to
rens en een vijftien meter brede natte
gracht. Dit laatste fort bleef in gebruik tot
ongeveer 290.
In de forten was plaats voor 300 soldaten,
deels infanterie, deels ruiterij. De militaire
bezetting houdt zeker verband met een
dreiging van rovende invallers vanaf de
Noordzee in het gebied dat bewoond werd
door de Menapii. Aardenburg werd zo deel
van de Romeinse verdediging van de ooste
lijke Noordzeekust, die liep van de mon
ding van de Rijn bij Katwijk tot in Noord-
Frankrijk. De ruiterij in het fort was uiter
mate geschikt om als een interventiemacht
snel invallers te stuiten, met de infanterie
als back-up.
Aardenburg is de enige plaats in Nederland
waar zich nog resten van een groot steun
punt van de Noordzeekustverdediging in
de bodem bevinden. Veel vondsten zijn
tentoongesteld in het Archeologisch Mu
seum Zeeland aan de Marktstraat in Aar
denburg.
Robert van Dierendonck
adviseur archeologie
Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland
WOENSDAG 4 FEBRUARI 2015
levendige
De Molendijk in Hoek omstreeks de jaren dertig.
straat
Een nieuwe opgave uit
de collectie kaarten en
foto's van Hans Linden-
bergh. Onze vraag: waar
is deze foto genomen?
We zijn benieuwd naar
de locatie en lezen
graag anekdotes of ver
halen over deze plek.
Stuur uw oplossing naar:
redactie@pzc.nl of
Postbus 5046, 4380 KA
Vlissingen
Drie inzenders van goe
de antwoorden ontvan
gen een waardebon.