mmm
bmmM
£-
ZEELAND GEPEILD
2 BUITEN
In deze serie reizen we de pijlen achterna. Wekelijks landt er
eentje lukraak op de kaart van Zeeland. En precies daar, op
die toevallige plekken waar ze natrillend wijzen, nemen we
poolshoogte. Op akkers waar bieten op de rooier wachten,
op borrelende schorren en slikken, in door westenwinden
getekend bosgebied, op dromerige duinen - elk stukje
Zeeland heeft een verhaal.
WESTENSCHOUWEN
Indertijd kwam ze naar Zeeland vanwe
ge het werk van haar partner Kees de
Lange. En dit voorjaar verlaat ze na zes
tien jaar de provincie om dezelfde re
den. „Hij is met deze stationering het
langstzittende districtshoofd van Staats
bosbeheer in Nederland", lacht ze.
„Meestal word je al na vijf jaar overgeplaatst.
We hebben nog nooit zolang ergens gewoond.
Eigenlijk hoefden we niet zo nodig meer weg;
we zijn helemaal verzeeuwst en het leven is
hier goed."
Sylvia Mecking (52) staat aan de rand van Bos-
wachterij Westenschouwen. De wind stuwt
met felle vlagen de opspattende schuimkop
pen richting Schouwen-Duiveland. In het heu
velachtige landschap met zandverstuivingen,
valleien en duinweiden, kraken de kale tak
ken in het bos. „Dit vind ik een van de mooi
ste gebieden", zegt ze, en kijkt om zich heen.
„Vanaf hier wandel je naar de Meeuwendui
nen, die verstild en uitgestrekt zijn en nog
niet door iedereen ontdekt; je moet er even
moeite voor doen - het is een eind lopen."
De overgang, dat je zo tussen de bomen van
daan het strand nadert waar meeuwen zwie
ren over de duinen, vindt ze fantastisch; waar
ervaar je dat in Nederland? Ze vertelt dat het
ruim honderd jaar geleden nog één grote stui
vende vlakte was omdat schapen en konijnen
de planten kaalvraten. Rond 1920 werden er
dennen aangeplant. Schermen van wilgente
nen en helm creëerden natuurlijke zandwal-
len. In de jaren zeventig nam Staatsbosbeheer
de paar honderd hectare over. De naaldbomen
werden uitgebreid met eiken en berken, abe
len en balsempopulieren. Voor vogels, ook bui
zerds en haviken, is het sindsdien een ideaal
toevluchtsoord. „Je kunt hier mooi wandelen
en fietsen. Dus namen we hier ook altijd
vrienden mee naartoe."
Zijzelf zullen Zeeland ook weer vaak gaan aan
doen. Maar het zal wennen zijn, weet ze. „Wij
waren altijd een plek voor anderen, omdat we
hier woonden. Zeker voor mensen uit het oos
ten ben je dan een trekpleister." En dat kan ze
zich goed voorstellen, want jarenlang had ze
zelf, inmiddels allang gesetteld, het gevoel dat
ze op vakantie was. „Zag ik 's zomers al die
toeristen rondslenteren en dacht: die gaan
straks weer terug naar huis - en ik mag blij
ven!"
Kees en zij hebben veel rondgezworven over
de eilanden. „Bij allerlei weersomstandighe
den is het indrukwekkend. We maakten schit
terende foto's. We hebben veel beeldmate
riaal. Het voordeel van bij Staatsbosbeheer
werken is dat je plekken ontdekt waar je an
ders niet zou komen - omdat je ze niet weet te
vinden, of omdat je de sleutels van de hekken
en poorten niet hebt." Ze wijst om zich heen,
waar de glooiende zandvalleien niet helemaal
zijn vol geplant en waar over een paar maan
den weer duinviooltjes, jacobskruiskruid en
reigersbek te vinden zullen zijn. „De drie gro
te plassen in dit gebied zijn waterwinplaatsen.
Daar kun je heel grote libelles aantreffen. En
natuurlijk eenden, ganzen, futen en meeu
wen."
Dat Kees en zij het voorjaar hier niet meer zul
len meemaken, daar heeft ze het precies één
dag heel moeilijk mee gehad, vertelt ze. Want
relativeren kunnen ze goed. En ze waarderen
nieuwe mogelijkheden. Sinds hun studenten
tijd aan de Landbouw Universiteit in Wage-
ningen, waar hij bosbouw studeerde en zij
voeding gezondheid, hebben ze al zoveel ge
reisd, zowel individueel vanwege de lange, bui
tenlandse stages als later samen, en zelfs met
hun drie jonge kinderen verbleven ze jaren in
Kameroen en Niger, dat de nieuwe stand
plaats Soest niet onoverkomelijk lijkt. „Waar
aan ik wel steeds moet denken, is dat onze
twee oudsten voor weekeinden en vakanties
altijd naar hun ouderlijk huis konden terugke
ren. Nu onze jongste uitvliegt, vertrekken wij
zelf ook. Dat is voor haar vreemd, maar ik
merk dat het mij ook bezighoudt: niet zozeer
vanwege het lege nestsyndroom, maar omdat
we het nest totaal opdoeken." Inmiddels is
Kees als gebiedsmanager van de Oostvaarders-
plassen begonnen. De feestelijkheden rond
zijn afscheid zijn afgelopen week uitbundig ge
vierd. „Hartverwarmend was het met het
team. We werden enorm in het zonnetje ge
zet, terwijl het buiten hagelde en onweerde
en we van een heerlijke maaltijd op 't Hof
Welgelegen genoten. Ook de talkshow Wilder
nis Café in het Spiegeltheater, de dag erna,
met veel genodigden, van de provincie tot en
met ondernemers, en natuurlijk allerlei con
tacten binnen Staatsbosbeheer, was bijzonder.
Waar meeuwen
zwieren over
de duinen
door Jacoline Vlaander
iV
\t 1 fT
i iff
Sylvia Mecking foto Jacoline Vlaander