w Ai r 1' in liefdevolle herinnering 66 ZEELAND 39 Bij Leny van der Borgt thuis zaten ze met twaalf man aan tafel. i In deze rubriek praten mensen over verlies, rouw en hoe het leven verdergaat. Hoe ouder Leny van der Borgt-Martens (65) uit We- meldinge wordt, hoe minder ze snapt hoe haar ouders het gedaan hebben. „Acht kinde ren opvoeden, opa en opoe in huis en dat allemaal met weinig inkomen. Toch waren wij helemaal niet arm. Tja, een banaan ging soms door de helft en een sinaasappel moesten we delen, maar dat vonden we heel normaal. We kwamen niets tekort maar dat die mensen zich uit de naad werk ten om ons te geven wat we nodig hadden, dat zag ik later pas. Toen vond je dat ook normaal." Leny's vader, Anton Martens, was geboren en getogen in Hansweert. Hij kwam in het begin van de oorlog in contact met Annie de Jonge uit Ovezande, die in het zieken huis Bethesda/Sint Joseph in Vlissingen werkte. „Ze trouwden in 1943 en het was een goed huwelijk. Heel modern, eigenlijk. Mijn vader, die geen behoefte had aan rei zen en feesten, liet mijn moeder helemaal vrij. Dat was omdat hij haar vertrouwde. Ze was altijd voor ons bezig, maar ieder jaar ging ze carnaval vieren. Dan had ze van tevoren samen met een vriendin haar carnavalskleding verzonnen en gemaakt en dan ging ze dansen. Mijn vader vond het best, als hij maar niet mee hoefde." „Dat gold ook voor 'vakantie'. Mijn moeder was er gek op, mijn vader bleef thuis om te werken. Hij is een keer een paar dagen mee geweest naar een huisje in Udenhout. Mijn moeder was de koning te rijk dat hij mee wilde. Het was ook heel gezellig. Maar toen we thuis waren zei hij tot ieders verras sing: 'Heel leuk, maar het was eens en nooit weer'. Evengoed kwamen we ook wat dat betreft niets tekort. We ging op de fiets met de boot naar de speeltuin in Kloosterzande of we fietsten een dagje naar het strand. Dat was ook vakantie. Mijn moeder nam dan gerust nog een hele sliert vriendjes en vriendinnetjes mee." Leny en haar broers en zussen zagen wel hoe hun ouders bezig waren, maar hadden niet in de gaten dat ze hun uiterste best de den om de kinderen alles te geven. „Mijn vader was buschauffeur, werkte later ook als schilder, als tuinman en 's avonds als ober in De Korenbeurs in Kruiningen. Hij permanentte mijn moeder en knipte de kinderen. Samen hebben mijn ouders nog het dorpshuis in Hansweert beheerd." „Mijn moeder zat soms tot diep in de nacht toilettasjes en BH's te stikken of ze zat grote zakken erwten en bonen te lezen. Allemaal thuiswerk wat niet bijzonder veel verdiende. En dan naaide ze voor ons ook nog alles zelf. Hoewel, alles, dat is ook niet helemaal waar. Heel soms mochten we zelf iets gaan kopen in de winkel op het dorp, Hansweert. Dan mochten we zelf een jurk kiezen. We hoorden pas achteraf dat mijn moeder dan al in de winkel was geweest om te zeggen waarüit we mochten kiezen. Het ging haar erom dat we ons steenrijk voelden met onze nieuwe kleren." De moeder van Leny wist haar kanalen in een tijd zonder social media goed te benut ten. „Ik kreeg een vriendje toen ik vijftien was, een jongen uit de buurt van Eindho ven. Daar mocht ik alleen met de trein Acht kinderen, opa en opoe in huis en weinig inkomen. Toch waren wij helemaal niet arm heen en blijven slapen. Die ouders hadden wat twijfels bij ons gezin, ik vijftien en dan logeren bij onbekenden. Wat bleek? Mijn moeder had ver van tevoren al de pastoor daar gebeld en begrepen dat het een keurig gezin was." Dat een gevoel van schaarste of ontevreden heid nooit de kop opstak in het gezin, kwam volgens Leny ook doordat iedereen altijd liep te zingen. „Alles door elkaar, ope retteliedjes, kinderliedjes, ouwe mopjes: het maakte niet uit, eentje begon en de rest viel in. Allebei mijn ouders zongen ook in kerkkoren." Leny heeft maar één traumatische herinne ring: de rolschaatsen. „Ik wilde zo graag rol schaatsen, maar dat kon niet voor acht kin deren. Van mijn moeder mocht ik ervoor sparen. Ik weet niet hoe lang heb ik dubbel tje bij stuiver gelegd om ze te kunnen ko pen en toen het zo ver was zei mijn vader: 'het gaat niet door'. Ik kon hem wel wat doen maar nu snap ik dat hij met die ande re zeven problemen voorzag." Het gezin woonde lang in Hansweert: in de Hoofdstraat, de Nieuwstraat en later met een blinde opoe en een opa in de Ka naalstraat. „Toen ik dertien was, zijn we naar Goes verhuisd. Dat zat zo: Wij moch ten allemaal toelatingsexamen doen voor de HBS. In een goed katholiek gezin was dat natuurlijk het Sint Willibrord College in Goes. Voor leerlingen van Walcheren be taalde het Sint WC de reiskosten, maar voor Bevelanders niet. Voor mijn ouders was het niet meer op te brengen met zes kinderen in Goes op het voortgezet onder wijs. Daarom zijn we in '63 naar de Oude Singel verhuisd, waar later ook onze ande re opa in huis kwam." „Hansweert heb ik wel gemist. We hadden daar geweldige buren, de familie Poleij, die een melkwinkel hadden. Dat waren voor een zus en mij een soort extra ouders. Waar protestanten en katholieken elders niet met elkaar mochten omgaan, deden de familie Poleij en mijn ouders daar niet moeilijk over. Ze waren bij ons thuis erg ge lovig, maar wel met een echt christelijke grondslag: je moet goed zijn voor ieder een." Met de dood van haar ouders heeft Leny wel problemen gehad. Haar vader stierf al op 68-jarige leeftijd aan acute leukemie. Hij was maar zes weken ziek. Maar vooral de dood van haar moeder in 1990 heeft haar sterk aangegrepen. „Ik was net ver huisd naar Culemborg toen ze overleed. Ik kende daar haast niemand en ik kon er dus met bijna geen mens over praten. Eigenlijk heb je je familie juist in zulke tijden hard nodig. Gelukkig wonen we nu alweer een aantal jaren in Zeeland, dicht bij de fami lie." ZATERDAG 31 JANUARI 2015 ■f It Anton Martens 1911-1979 Annie de Jonge 1916-1990 Steenrijk met een beetje door Mieke van der Jagt Anton Martens en Anna de Jonge op hun trouwdag, foto's archief Leny van der Borgt-Martens Leny van der Borgt-Martens Hebt u ook mooie herinneringen aan een dierbare, die is overleden? We willen uw verhaal graag delen in onze rubriek 'In liefdevolle herinnering'. U kunt contact opnemen met Ab van der Sluis: 0118 434003, chefnieuws@pzc.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 39