44 De Kenniswerf is
een krachtbron
en kan een
economische
motor zijn, maar
die motor moet
nog op toeren
komen
ZEELAND 39
hier gebeurt. Ik heb de minor Ondernemer
schap gedaan en weet daardoor dat studenten
hier op de Kenniswerf bij Dok4t kunnen aan
kloppen voor ondersteuning en een plek om
te werken. Maar veel van mijn klasgenoten we
ten dat niet. De Kenniswerf is een krachtbron
en kan een economische motor zijn, maar die
motor moet nog op toeren komen."
„Er is nu een proces van clustering gaande. Be
drijven komen naar de Kenniswerf toe. Als
dat proces eenmaal flink op gang komt, wordt
dit een place to be in Zeeland. Daarna zullen er
steeds meer bedrijven komen."
Ligt Zeeland niet te veel in de periferie?
„Ik woon in Yerseke. Binnen veertig minuten
ben ik in Antwerpen. Binnen een uur in Rot
terdam. En binnen twee minuten sta ik op het
strand. Met de ligging van Zeeland is niets
mis. Die is geweldig."
„Ik was in Overijssel, bij een technisch produ
cent; die deed er een half uur over om op de
hoofdweg te komen. En dan was er nog niets!
Wij zitten tussen Rotterdam en Antwerpen
ingeklemd. Dat maakt het voor technici heel
interessant. De nabijheid van de havens, de in
dustrie."
Platteland of stad, wat kies je?
„Ik heb in Eindhoven gewoond. Daardoor
weet ik: ik ben totaal geen stadsmens. Ik houd
van de de openheid van Zeeland, de rust als je
's nachts gaat slapen. In de stad is alleen maar
drukte en vieze lucht. Wat ik hoop, is dat ik
kan blijven wonen in Zeeland, en werken in
een gebied waar producten ontwikkeld wor
den. Tuurlijk, iedereen wil om de hoek wer
ken. Vijf minuten fietsen en je bent op je
werk. Maar je moet realistisch zijn. Past het
werk dat je dan hebt, ook bij je eigen eisen en
verwachtingen?"
ZATERDAG 24 JANUARI 2015
„Als ik al mijn 3D-paeremessen en
alle vijftig handgemaakte oester
messen de deur uit heb gedaan,
zoek ik met mijn bedrijf een nieu
we uitdaging. Meubelmaken zou
een volgende stap kunnen zijn. Ik
denk aan een heel mooie, houten
tafel. Maar dan wel bijzonder, inno
vatief. Een echte Bol-tafel."
foto Mechteld Jansen