VERDIEPING 15 Barbara Doniecka (80) Henryk Duszyk (80) Marian Majerowicz (88) zat met haar moeder in Auschwitz. Geeft lezingen over hele wereld en vertelt over gruwelen en hoe kinderen 'levend werden opgevreten door luizen'. Sliep maanden in bed met getraumatiseerd weeskind. arriveerde in 1944 met zijn vader, stiefmoeder en broer in Auschwitz. Zij werden daar van elkaar gescheiden. Duszyk, zijn broer en zijn stiefmoeder overleefden en werden op 27 januari 1945 bevrijd. werd op 17-jarige leeftijd met zijn familie naar Auschwitz gestuurd. Zijn moeder en jongere broer werden daar vrij snel vergast. Ook zijn vader stierf voordat het kamp op 27 januari 1945 werd bevrijd. vertelden later hoe Fritzsch - handen op de rug, langzaam schrijdend langs de rijen - er genoegen in schiep met z'n gehandschoende vinger naar hen te wij zen, om zich vervolgens te bedenken en een andere ongelukkige aan te wij zen. Zo komt de Duitser die dag uit bij Fran- ciszek Gajowniczek. Gajowniczek had als legersergeant meegevochten bij de verdediging van Warschau. Hij was door de Duitsers gevangengenomen en overgebracht naar Auschwitz, het con centratiekamp dat diezelfde zomer door de Reichsführer SS, Heinrich Him- mler, werd aangewezen als vernieti gingskamp voor de Europese joden. De 41-jarige Gajowniczek raakt in pa niek. Hij ziet zijn dood naderen en denkt aan zijn gezin: „Oh God, mijn vrouw, mijn kinderen", roept hij ver twijfeld uit. Dan gebeurt er iets wonderlijks. Een man, mager en klein van gestalte, stapt uit de rij en loopt af op het gezelschap rond Fritzsch, onder wie zich ook de ge hate Rapportjuhrer Gerhard Palitzsch, een beruchte massamoordenaar, be vindt. In de onwrikbare hiërarchie van het kamp is dit niet slechts een affront van de leiding, deze schending van het reglement betekent normaal gesproken een doodvonnis. De Duitsers zijn te verbijsterd om te reageren. Ze reageren als versteend. Bij Fritzsch strijden verbazing en opko mende woede om voorrang. „Wat wil dit Poolse zwijn?", vraagt de Schutzhaftlagerführer, als die zich heeft herpakt, aan Palitzsch - die geen idee heeft - en dan aan de tolk. Maximilian Kolbe, want die is het, spreekt echter goed Duits en ant woordt, wijzend op Gajowniczek: „Ik wil sterven in zijn plaats." „Wie ben jij?", vraagt Fritzsch. „Ik ben een Poolse priester", antwoordt Kolbe, muts in de hand, z'n duim tegen de vouw van de broek, zoals het kamp reglement voorschrijft. De spanning is om te snijden. Iedereen wacht af: de gevangenen, de SS'ers, de kapo's. Fritzsch is meester over leven en dood. Hij kan Kolbe ter plekke dood schieten wegens diens brutaliteit. Hij kan Kolbe en Gajowniczek beiden naar de hongerbunker sturen. Maar Fritzsch is kennelijk geïntrigeerd door Kolbes moed. Hij stapt nu over van Du op het respectvollere Sie. „Waarom wilt U in zijn plaats sterven?" „Hij heeft een gezin en is nog jong. Ik ben al ouder en heb niemand." Fritzsch denkt na. Dan valt het oordeel: „Goed." Rapportjuhrer Palitzsch streept het nummer 5659 van Gajowniczek door. Ervoor in de plaats komt 16670: de gevangene Maximilian Maria Kolbe. Twee weken later krijgt de half bewus teloze Kolbe, die met drie andere ver oordeelden nog min of meer in leven is, een dodelijke injectie toegediend met fenol. Karl Fritzsch heeft de hon gerbunker nodig voor nieuwe gevange nen. Maximilian Kolbe is in 1982 door de Poolse paus Johannes Paulus II hei lig verklaard. Tegen Karl Fritzsch werd in 1943 een intern SS-onderzoek geo pend wegens doodslag. Een jaar later werd hij naar het front gestuurd. Frit zsch kwam waarschijnlijk om in mei 1945, tijdens de slag om Berlijn. Zijn fa milie weet niet waar hij ligt begraven. ZATERDAG 24 JANUARI 2015 fotografie portretten Kacper Pempel/Reuters achtergrondfoto Eyal Warshavsky/HH j*" Dit voorjaar verschijnt van Wierd Duk het boek 'De Beul en de Heilige, een geschiede nis uit Auschwitz' (Prometheus/Bert Bak ker). Zie ook pagina Media www.wegnaardebevrijding.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2015 | | pagina 15