44
Tom Dumoulin is
de wielerhoop van
de natie. Zijn fans
dromen al van een
ritzege bij de start
van de Tour deze
zomer in Utrecht.
„Die druk is
zeker niet leuk."
vooruitblik 2015 I woensdag 31 december 2014 I
Een forse doos met een
stel nieuwe racewie-
len in de gang. En op
een kastje in de huis
kamer een paar, als tro
fee herkenbare, bron
zen beeldjes. Maar dat
is alles. Meer verwijst er niet naar dat
de bewoner van dit appartement prof
wielrenner is. Ook de naamkaartjes
van de andere bewoners in dit gereno
veerde complex in een oude Maas
trichtse wijk, verraden op geen enkele
manier de domicilie van een topspor
ter. Vooruit, speels detail, zijn naam
staat bovenaan het rijtje: Tom Dumou
lin.
Ook op de wanden in zijn huiska
mer geen wielerattributen. „Nee,
geen foto's of truien aan de muur",
zegt Dumoulin vanuit de open keu
ken. Het blijkt een bewuste keuze: „Ik
probeer mijn privéleven af te schei
den van mijn werk." Hij wijst op een
prachtige landschapsfoto die boven de
bank hangt. „Die heb ik zelf genomen
in Vietnam. Vorig jaar ben ik drie we
ken door dat land getrokken. Een
maand per jaar wil ik heel iets anders
dan wielrenner zijn."
24 jaar jong is Dumoulin, toch
raakt de wielerwereld steeds meer in
de ban van zijn talent. Op het afgelo
pen wereldkampioenschap tijdrijden
werd de Giant-renner derde achter de
fenomenen Bradley Wiggins en Tony
Martin. In de rittenkoersen ontpopt
hij zich daarnaast als een veelzijdig
renner.
Toch kun je de Limburger een rela
tieve laatbloeier noemen. Hij komt
niet uit zo'n typisch wielernest waar
talenten al vroeg opgehemeld worden
door hun omgeving. Hij reed nooit in
de jeugdcategorieën en bij de nieuwe
lingen was wielrennen slechts een
speelse bezigheid.
Dumoulin jaagt wellicht daarom
geen grote jongensdromen na. „De
Tour en de Amstel Gold Race zijn de
enige wielerwedstrijden die ik mee
kreeg in mijn jeugd. In de zomer
stond de tv thuis vaak afgestemd op
de Tour. Ik keek mee met mijn vader,
maar ik volgde de koers niet echt. Wat
dat betreft heb ik meer met de Amstel
Gold Race. Misschien ook, omdat die
vlakbij aankwam op de Maasboule
vard."
In Maastricht dus. De stad waar hij
dit jaar 'thuis' oud en nieuw viert.
„Voor het eerst sinds lange tijd. Tot
nu toe ging ik geregeld een weekje ski
ën tijdens de jaarwisseling." Veel wie
lerploegen zien liever niet dat hun
toppers zich op gevaarlijke skipistes
begeven, maar daar heeft zijn keuze
voor een feestje thuis niets mee te ma
ken, verzekert Dumoulin. „Als je van
af half november tot het einde van
het jaar hard getraind hebt, kan het
ook goed zijn om even een soort van
een break te nemen. Voor mij is skiën
dan juist een veilige bezigheid. Mijn
mountainbike heb ik soms minder on
der controle dan mijn ski's."
De jaarwisseling staat voor hem
niet symbool voor terugkijken en goe
de voornemens. „Dat doe ik het hele
jaar door. Ik ben al volop bezig met
2015. Oudejaarsavond is voor mij ge
woon een feestelijke avond met veel
vuurwerk en zo."
4 juli 2015 start de Tour in Utrecht
met een 13,7 kilometer lange proloog
die Dumoulin op het lijf is geschre
ven. „Ik hoop op vier mooie dagen in
2015. Naast de Tourstart is dat de Am
stel Gold Race, Luik-Bastenaken-Luik
en het WK-tijdrijden. Ondanks deze
focus wil dat niet zeggen dat ik er an
ders naar toe moet leven. Het par
cours in Utrecht heb ik bijvoorbeeld
nog niet verkend. Dat heeft nu nog
geen zin, dat komt wel in de dagen
voor de Tourstart. Zo doe ik het in el
ke ronde en altijd blijkt dat het par
cours goed in mijn hoofd zit. Dus
waarom zou ik het nu eerder moeten
gaan verkennen. Ik waak ervoor dat
het een obsessie wordt."
Dat laatste is volgens hem al lastig
genoeg, omdat de buitenwereld nu al
met Utrecht bezig is 'alsof er niets an
ders is'. Dumoulin zegt dat de laatste
te begrijpen. „Maar de manier waarop
ik naar een wedstrijd toeleef, ga ik
niet veranderen, omdat het de Tour is.
Ik wil vooraf alleen weten hoe lang de
rit is. Ik reken daarbij niet in kilome
ters maar in minuten. Voor de Tour
proloog schat ik dat in op zestien mi
nuten. We gaan dus een plan maken
dat ervoor moet zorgen dat ik zestien
minuten lang zo hard mogelijk fiets,
zestien minuten lang zoveel mogelijk
vermogen trap en zestien minuten
lang optimaal op de fiets zit."
Het is deze methodische aanpak
die volgens Dumoulin 'heel erg' bij
hem past. „Ik hoop dat 2015 het jaar
wordt van het proces en van de resul
taten. Die twee moeten samengaan.
Ik plak nooit resultaten op mijn doe
len. Ik ben meer bezig met het pro
ces."
De Tourstart in Utrecht zorgt bij de
fans voor meer opwinding dan gebrui
kelijk. Dumoulin kan daar immers de
gele trui pakken. En het is lang gele
den dat een Nederlander het geel
droeg in de Ronde van Frankrijk. Op
de voorlaatste dag van de ronde wacht
nog een grote rit: de finale op Alpe
d'Huez.
Beide dagen kunnen de richting
aangeven waarin de Limburger zich
professioneel ontwikkelt: wordt hij
op den duur meer een klassements
renner, of ligt het goud vooral te blin
ken in de tijdrit. „In principe is het
klassement in de Tour dit keer nog
geen doel. Misschien het jaar erop
wel. Ik word in ieder geval wel steeds
meer benieuwd naar wat ik nog meer
kan. Ik heb de afgelopen jaren flinke
stappen gezet. Het klimmen gaat bij
voorbeeld steeds beter, maar tot waar
ik kan komen, weet ik niet. Ik heb me
nog nooit met een hoogtestage voor
bereid op een grote ronde. Nog nooit
drie weken getraind in de bergen. Als
ik dan ook nog eens anderhalve kilo
verlies, gaat dat natuurlijk allemaal
een verschil maken. De vraag is alleen
hoe groot dat verschil zal zijn. Of het
dus groot genoeg is om mee te kun
nen doen voor het klassement van
een grote ronde."
Voor de man die alles
mee lijkt te hebben kan
2015 het jaar van de gro
te doorbraak worden.
Hoe vaak kun je doorbre
ken, vraagt hij zichzelf ook af. Op zijn
19e werd Dumoulin al eens verkozen
tot Talent van het jaar. „Punt is dat
ook ik twee jaar geleden er nog geen
besef van had dat dit allemaal erin
zat. Ik denk dat mensen nu denken:
'Hij wordt een nog betere renner dan
we gedacht hadden'. Dat voelt voor de
buitenwereld dan ook weer als een
doorbraak."
Een logische vlucht naar het aller
hoogste niveau is het voor hem nog al-
Voetballen doe ik
niet meer. Niet uit
angst voor blessu
res, maar omdat ik
zuinig moet om
gaan met energie
tijd niet. „Geloof me, ik ben de afgelo
pen jaren vaker met mijn neus op de
feiten gedrukt, dan dat ik me heb ver
baasd in het hooggebergte", zegt hij
over onder meer zijn eigen kleine
doorbraakmoment in de Ronde van
Zwitserland van dit jaar. „Ik heb vaker
teleurstellingen gehad in het klim
werk dan dat ik me goed voelde. De
goede momenten, zoals in Zwitser
land, waren spaarzaam. Het zette me
wel aan het denken. In die zin dat rij
den voor het klassement misschien
ook tot de mogelijkheden behoort."
Het wordt in ieder geval voor hem
een jaar dat de verwachtingen bij de
fans en de verdere buitenwereld ho
ger gespannen zullen zijn dan ooit te
voren. Zeker met het oog op de Tour
start. „Dat is zeker niet leuk", reageert
hij zonder nadenken. Hij wil zich nu
eenmaal optimaal kunnen blijven fo
cussen op wat hem die dag in Utrecht
te doen staat. De invloed van de bui
tenwereld is een van dingen waar een
renner mee om moet kunnen gaan:
„Ik weet voor mezelf dat ik in ieder ge
val onder druk kan presteren. De ke
ren dat ik er dit jaar moest staan, was
ik er."
De vraag of 2015 wellicht het jaar
wordt waarin hij van telefoonnum
mer gaat veranderen, beantwoordt
Dumoulin met een lachend 'Welnee'.
„Misschien gaat het bij mij ook wel
een keer gebeuren", zegt Dumoulin
over renners die hij ziet veranderen
naarmate ze succesvoller worden.
„Veel toprenners sluiten zich meer en
meer af. Of ze stellen zich gereserveer
der op naar de mensen toe. Gelukkig
ben ik wat dat betreft nog geen top
per."
Maar toch, ongeacht de successen is
er geen ontkomen aan, beseft ook de
midden in het leven staande Maas
trichtenaar. „Jammer genoeg verande
ren we uiteindelijk allemaal. Want
om een goede renner te worden, zul
je anders moeten gaan leven. Alles
moet meer en meer wijken voor de
sport. Dat is nu al gaande. Ik merk dat
ik er vroeger gedachten op nahield die
ik inmiddels niet meer helemaal on
derschrijf. Over eten bijvoorbeeld.
Daar moest je niet panisch over doen.
Gewoon eten wat je lekker vond. Te
genwoordig let ik er veel meer op.
Voetballen op het pleintje doe ik ook
al niet meer. Niet uit angst voor bles
sures, maar omdat ik zuinig moet om
gaan met mijn energie."
Dumoulin doceert en verduidelijkt:
„Een wielrenner is het hele jaar moe.
Hij gaat trainen en maakt zich moe.
Zodra hij fit is, gaat hij weer trainen.
Daar wacht hij geen drie dagen mee,
want anders mist hij twee dagen trai
nen en daarmee weer een stukje pro
gressie. Je bent dus het hele jaar moe
en als je dan ook nog eens buiten op
het pleintje gaat voetballen, herstel je
minder snel. Dan kan ik een uur min
der trainen, tot ik moe ben. En dat
gaat uiteindelijk het verschil maken."
Alles voor geel
door Ad Pertijs
foto David van Dam