I 1 I 1 i ^413. l 4 BUITEN Het raadsel van de Rembrandtlaan, dat hier vorige week werd besproken lijkt niet langer onoplosbaar. In dezelfde omgeving stond het ouderlijk huis van een bevriende bioloog, en die vertelde mij dat het een aantal decennia geleden niet ongebruikelijk was dat vanuit Noord-Brabant bosgrond werd aangevoerd, om de tuinen te verbeteren. De taaie poelklei ter plekke is totaal ongeschikt om te tuinieren, dus bodemverbetering was bepaald geen overbodige luxe. door Chiel Jacobusse HET ZEEUWSE LANDSCHAP Een karrenvracht bosgrond, met al le humus en sporen die daarbij ho ren zou de paddenstoelenrijkdom van de Rembrandtlaan op zijn minst voor een deel kunnen ver klaren. Een lezer wijst op de vroe gere aanwezigheid van een boom kwekerij ter plekke. Ook dat kan natuurlijk zeer wel een verklaring zijn. Genoeg daarover; het is bijna december en het paddenstoelenseizoen is daarmee alweer zo'n beetje voorbij. Het heeft dit jaar maar kort ge duurd, want door de droogte was het al bijna november voordat het seizoen goed van start ging. Overigens is het niet zo dat er nu geen paddenstoelen meer te vinden zijn, want die zijn er het hele jaar door. Maar met de eerste nachtvorsten is het feest van de enorme aan tallen in één klap voorbij. Als afscheid van een kort maar hevig paddenstoelenseizoen een terugblik op enkele hoogtepunten van 2014. Heel spectaculair was de vondst van het rood oorzwammetje in het Poelbos. De vondst kwam uitgebreid in het nieuws, dus was het niet al te moeilijk om de groeiplaats te vin den. Het bleek te gaan om een heel erg klein, maar door zijn kleur toch opvallend padden- stoeltje. Oorzwammetjes hebben niet de ge wone paddenstoelenvorm van een steel en een hoed, maar het zijn aan takken en stam men vastzittende hoedjes, met hooguit een korte, zijdelingse steel. Het rood oorzwamme- tje wordt in de meeste paddenstoelenboeken niet vermeld, dus er zijn niet zoveel bijzonder heden over bekend. De "Kleine kryptogamenflora" van de Oosten rijkse paddenstoelenkenner Moser vermeldt dat het rood oorzwammetje voorkomt op tak ken van linden en populieren. In het Poelbos was het zwammetje te vinden op wat dikkere populierentakken die op de bosbodem lagen. Het was voor het eerst dat deze bijzonderheid in Nederland werd gevonden. Zoals het vaak gaat waren er twee ver uit elkaar gelegen vind plaatsen tegelijk. Behalve in het Poelbos werd de soort ook gevonden te Zeewolde, in Flevo land. Speurend naar het rood oorzwammetje vond ik een paar felgekleurde paddenstoeltjes die nog heel erg in het beginstadium waren. Ze za ten op een rottende beukentak en de feloranje kleur van de steel was voldoende om deze miezertjes, ondanks hun prille stadium te her kennen. Het ging om exemplaren van de prachtmycena; een soort die in zijn voorko- men beperkt is tot afgevallen beukentakken. Beuken zijn trouwens voor paddenstoelenlief hebbers altijd interessant. Niet alleen omdat op het hout veel bijzondere paddenstoelen groeien, maar ook omdat er heel veel soorten zijn die in symbiose met beuken groeien. Der gelijke mycorrhizavormers groeien niet ten koste van de boom, maar dragen juist bij aan een gezonde en vitale toestand. Een derde categorie vormen de paddenstoelen die groeien in de strooisellaag onder beuken bomen. Daar is bijvoorbeeld het beukendopge- weizwammetje, dat in het voorjaar op de bol sters van overjarige beukennootjes te vinden is. Dit jaar vond ik voor het eerst de beukenko raalzwam; een prachtig paarsroze gekleurd ko- raalzwammetje, dat tot forse toefen kan uit groeien. In Zeeland met zijn weinige beuken bomen is het een echte zeldzaamheid. Nu het seizoen afloopt dragen de beuken hun laatste blad. De kleuren zijn nog even onwaar schijnlijk mooi, maar het gaat niet lang duren of ook daar gaan de nachtvorsten korte met ten mee maken. De herfst is zo goed als voor bij; de winter komt eraan. En ook dan heeft de natuur uiteraard weer allerlei verrassingen in petto. -■ wr i m*: ti WATERDUNEN EP Afscheid van een kort maar hevig paddenstoelenseizoen STICHTING Ramaria fagetorum, beukenkoraalzwam Projectleider Lies Dekker bij de getijdenduiker. Die zit grotendeels in de dijk: de 'ingang" van één van de kokers is zichtbaar. Bovenop wordt gewerkt aan het bedieningsgebouw, foto Camile Schelstraete

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 44