Clasina van Belzen-van Belzen
Casper van Belzen
ZEELAND 41
1925-2004
1922-2011
in liefdevolle herinnering
Terug naar de tijd van
Cas Kadet en Siene
van Neeltje Dut.
In deze rubriek
praten mensen over
verlies, rouw en hoe
het leven verdergaat.
Trouwfoto van Clasina van Belzen
en Casper van Belzen, 28 juni 1946
Mattie heeft er al een nacht
slecht van geslapen. Van
daag moet de krant als een
superverrassing bij haar ne
gen broers en zussen op de
mat vallen. Die weten niet dat ze herinne
ringen aan hun vader en moeder heeft op
gehaald. Ze vond het wel tijd worden dat
hun in 2004 overleden moeder en in 2011
overleden vader liefdevol zouden worden
geportretteerd. Dat is dus precies wat ze
nu gaat doen. Afgelopen nacht heeft ze al
aantekeningen gemaakt over wat ze alle
maal wil vertellen.
Zelf heet ze Mattie Goormachtig-van Bel
zen en is 64 jaar. Haar man Leo is drie jaar
ouder. Hij is afkomstig uit Vlissingen. Mat
tie kon niet weg uit Arnemuiden, dus daar
wonen ze. Al haar broers en zussen zitten
in de buurt, Nieuwland en Sint Laurens
zijn de verste adressen.
Mattie is geboren en getogen op de Kaai in
Arnemuiden, 't hoofd of't oot zoals ze zeg
gen. Zij was de derde in het gezin. Haar
ouders deden nooit moeilijk, vriendinne
tjes waren altijd welkom. Sterker nog, als
er een Arnemuidse dag of een ander festijn
was, dan kwam haar moeder dikwijls met
wildvreemde mensen thuis die op zoek wa
ren naar een koffieadres of een toilet.
„Daar komt ze weer met een stel", zei haar
vader dan.
Voor wie niet thuis is in Arnemuiden, wil
ze het toch even over de namen hebben.
Haar 'opoe' was een nogal stuurse vrouw -
je lijkt wel een kadet bij de marine, werd
er tegen haar gezegd. Sindsdien is de naam
Kadet in zwang. Haar vader Casper van Bel
zen werd Cas Kadet genoemd. Mattie zelf
ging als Maai van Cas Kadet door het le
ven. Haar moeder Clasina was van een an
dere tak en werd Siene van Neeltje Dut ge
noemd.
Zo wist iedereen in Arnemuiden over wie
je het had.
Vader Cas werkte aan de machines bij de
Vitrite in drieploegendienst. Hij zorgde
voor heel wat bijverdiensten. Door kolen
weg te brengen voor de kolenboer bijvoor
beeld. En door 's morgens in alle vroegte
lamsoor en zeekraal te gaan snijden in het
Veerse Gat. Thuis werd de oogst uitgezocht
en in rode emmertjes gedaan, die voor een
kwartje werden verkocht. Mattie: „Mijn
gen. Ze zei toen: „Jonge, wa bin 'k bliee
da'k joe een 'and mag geve." Clasina ging
regelmatig met de trein naar Urk, waar
vrienden woonden. In een speciale tas
nam ze haar gouden krullen en torenspel
den mee, voor de zondag. Op het station in
Rotterdam vroeg een gekleurde jongen of
hij haar tas niet even moest dragen. Da's
goed, zei Clasina. De familie thuis heeft
haar later ernstig onderhouden, dat ze haar
tas met goud voor hetzelfde geld kwijt had
kunnen zijn.
De foto's komen op tafel. Vader Casper met
een duif. Dat is geen toeval. In 1936 was hij
oprichter van de Postduiven Vereniging De
Voorwaarts.. Mattie: „Moeder lag op een za
terdagmorgen in het kraambed. Er waren
een dokter en een wijkverpleegster over de
vloer. De baby was er nog niet, dus vader
moest regelmatig naar binnen. Hij had
mannen in de buurt gewaarschuwd, dat ze
zijn duiven in de gaten moesten houden.
'Als je er één ziet vallen, moet je klokken',
had hij gezegd. Zo verschenen er steeds
mannen in onze tuin. 'Komen die al voor
de baby?' vroeg de dokter."
Moeder Clasina is de laatste vier jaar van
haar leven dementerend geweest. Ze woon
de thuis, een ongetrouwde broer en zus na
men de zorg voor haar op zich. Maar een
maand of acht voor ze stierf moest ze toch
naar een verpleeghuis. „Dat moment", zegt
Mattie, „heeft me meer verdriet gedaan
dan het eigenlijke overlijden. Het was een
regenachtige ochtend. Mijn vader zei toen
dat ze de deur uitgingen: 'Geef me maar
een arm'. Dat zie ik nog altijd voor me.
Want hoewel ze zielsveel van elkaar hiel
den, gaven ze elkaar nooit een arm."
Het was een mooi leven, oordeelt Mattie.
In het grote gezin schelen de oudste en de
jongste 22 jaar. Moeder Clasina was al oma
toen ze zelf nog een kind kreeg.
Mattie: „De avond dat ze stierf waren alle
kinderen erbij. Daarna stond ze opgebaard
in de kamer thuis. We zaten er met zijn
allen omheen en haalden herinneringen
op. Ik weet dat ze tegen mij altijd zei: 'D'r
is 't er geen een als joe'. Het mooie was dat
ze dat tegen al haar kinderen zei."
Hebt u ook mooie herinneringen aan een
dierbare die is overleden?
We willen uw verhaal graag delen in on
ze rubriek 'In liefdevolle herinnering'.
U kunt contact opnemen met Ab van der
Sluis: 0118-434003, chefnieuws@pzc.nl
moeder deed een kop op het emmertje,
mijn opoe haalde die er weer af. Kind, je
gaat niet voor niks langs de deur, zei ze
dan."
Vader Cas haalde ook zakken garnalen op,
die thuis werden gepeld. Opoe, moeder,
tante, vriendinnetjes, het was een gezellige
boel. „We woonden naast een friteskraam.
Als we goed hadden geholpen, mochten
we wat halen: voor 10 cent frites en 5 cent
mayonaise."
Wel eens van 'koteren' gehoord? Aardap
pels narapen op het veld, betekent dat. Va
der Cas was een verwoed koteraar, zelfs
zijn jaszakken vulde hij met aardappelen.
Hij nam zoveel mee, dat zijn fiets bijna stei
gerde.
Het waren heel lieve mensen, vult haar
man Leo aan. „Ik kreeg verkering met Mat
tie en werd zo opgevangen dat het wel leek
of ik een eigen kind was. Nooit, maar dan
ook echt nooit heb ik één woord ruzie tus
sen vader en moeder gehoord."
Werkgever Vitrite organiseerde in Middel
burg maandelijks spelmiddagen voor ge
pensioneerde werknemers. Moeder Clasina
ging daar graag naartoe. Ze liep altijd in
dracht. Op een keer bezocht prins Wil-
lem-Alexander de stad toen ze in de Singel
straat liep. Hij kwam haar speciaal gedag ze-
ZATERDAG 15 NOVEMBER 2014
Voor de broers en zussen
door Jan van Damme
Clasina en Casper van Belzen, circa 1990.