DE BEVRIJDING 7
van NSB'ers die al gevlucht waren."
Een andere foto, weer een tank met
Canadese soldaten. Eromheen blije
mensen. „Er hing een euforische sfeer
in de stad. Een stukje losbandigheid
kwam met die blijheid mee, dat moet
gezegd. Er zijn nadien heel veel kin
dertjes geboren."
Na jaren waarin niemand veel verder
durfde te denken dan de dag van nu,
was het tijd om verder te kijken en
plannen te maken. „Sommigen kozen
ervoor in militaire dienst te gaan om
Indië te bevrijden, zoals dat toen heet
te, of - niet te vergeten - de rest van
Nederland. Want om Walcheren
moest nog geknokt worden, denk er
om. Of ze gingen weer aan het werk.
Of vervolgden hun studie."
„Dat laatste deed ik. Ik ging verder stu
deren aan het Zeeuws Technisch Insti
tuut in Goes. Het gewone leven
kwam terug. Alleen was het niet ge
woon. Niet zoals het eerst was. Het
was een bevrijd leven, een ander le
ven. En wij waren geen kinderen
meer, maar volwassen. Naar volwas
senheid toegegroeid in de oorlog. Het
kan je in negatieve zin tekenen, maar
ook in positieve zin. Dat is bij mij het
geval. Ik ben mijn hele leven blij ge
weest dat ik de mogelijkheid had me
te ontwikkelen. Je moest hard werken
tijdens de wederopbouw, maar je kon
ook hard werken. Bruggen herstellen,
sluizen herstellen. Met plezier wer
ken, met plezier leven."
Jaap Rus (29 november
1923, Goes) is drager van
het Verzetsherdenkings-
kruis en Officier in de
Orde van Oranje Nas
sau. Tijdens de oorlog
ging Rus bij de onder
grondse, waarvoor hij onder
meer spioneerde. Als lid van
de Binnenlandse Strijdkrach
ten werd hij ingedeeld bij de
Ordedienst, die direct na de be
vrijding tot taak had het gezag
te handhaven en chaos te voor
komen in het machtsvaccuüm
dat onstond door het wegval
len van het Duitse gezag. Na
zijn studie aan het Zeeuws
Technisch Instituut werkte hij
als weg- en waterbouwkundi
ge, onder meer bij Rijkswater
staat.
bij de spoorlijn in Goes, ziet de twin
tigjarige student een Canadese carrier
rijden. Vanuit de richting van het sta
tion worden schoten gelost - een
scherpschutter, denkt Jaap bij zich
zelf. De Canadezen beantwoorden
het vuur, onstuitbaar trekt het pant
servoertuig verder op, richting het
centrum van Goes. 'Dit is het. De bevrij
dingschiet het door hem heen. Een
paar uur na de intocht van de Canade
zen komt er een verbindingsman
langs met een bericht van de burge
meester. Alle OD'ers verzamelen!
„We kwamen samen bij de Katholie
ke Meisjesschool. De hele club, een
man of vijfentwintig. 'Verrek, zit jij er
ook in?' hoorde je mensen uitroepen.
Want uit veiligheidsoverwegingen
kende je altijd hooguit een man of
drie; dan kon je er ook niet meer ver
raden als de Duitser je pakte. Dat was
waar je altijd bang voor was: dat ie
mand verraad pleegde, dat mensen op
gepakt werden en gemarteld en na
men vrijgaven, waardoor er nog veel
meer opgepakt werden."
„Onze eerste opdracht was: NSB'ers
oppakken en huiszoeking doen. Ik
heb in zo'n NSB-huis nog éenvuüf-'
wapen gevonden, 's Nachts patrouil
leerden we. Walcheren was nog niet
bevrijd, de granaten vlogen over Goes
heen. De stuiptrekkingen van het oor
logsgeweld. Ik herinner me dat ik bij
de Stenen Brug in Goes wacht liep,
toen een granaat insloeg in een zij
straat. Een hele dakkapel en een stuk
van het dak aan flarden. Het was erg
onrustig."
Zoals verwacht, gingen er mensen
voor eigen rechter spelen. „Vrouwen
werden van huis gehaald en kaalge
schoren omdat ze met Duitsers zou
den hebben geslapen. Onwezenlijke
toestanden waren het. Dat is toen wel
gestopt. De Canadese stadscomman-
dant zei: dat gaat niet door. Hij pro
beerde het te verhinderen. Wij waren
daar natuurlijk zelf ook tegen. Er zijn
ook leegstaande huizen geplunderd,
WOENSDAG 22 OKTOBER 2014
Jaap Rus: „Het gewone leven kwam terug. Alleen was het niet gewoon. Niet zoals het eerst was. Het was een bevrijd leven, een ander leven." foto Mechteld Jansen